Uitverkiezing in het juiste perspectief
Ds. W. F. 't Hart | Geen reacties | 05-11-2020| 12:50
Vraag
Volgens de leer van de uitverkiezing komt een gelimiteerd aantal mensen in aanmerking voor Gods genade. Tegelijkertijd wordt vaak gesteld dat God voor iedereen ‘open’ staat. De verleiding is echter groot om dan je best te gaan doen om bij die paar uitverkorenen te gaan behoren. Maar dan hoor je soms zeggen dat dat nou weer niet de bedoeling is omdat God naar zondaren zoekt. Wanneer ben je goed genoeg om verkoren te zijn, maar slecht genoeg om als zondaar aangenomen te worden?
Antwoord
Beste vragensteller,
Als het over de uitverkiezing gaat, zijn er al heel veel boeken over geschreven. Ook op deze website kun je diverse antwoorden vinden onder de tag “uitverkiezing”. Wanneer de thematiek van de uitverkiezing aan de orde komt, is het van groot belang om deze leer in het juiste perspectief te zien. Deze leer is namelijk een ontzettend rijke troost voor hen die geloven mogen. Dus dat is de eerste vraag aan jou: Geloof je in de Heere Jezus Christus als jouw Redder en Zaligmaker? Ja?! Dan mag dit je troost zijn: niets en niemand zal je uit Zijn hand wegnemen. En in een leven vol strijd en dankbaarheid mag je leven met Hem Die je kocht met Zijn bloed.
Is je antwoord nee?! Dan behoef je je over de uitverkiezing niet druk te maken. Iemand maakte ooit de volgende vergelijking. Als je een munt pakt, dan heb je een boven en een onderkant. Het is één munt. Welnu, zo is dat met de uitverkiezing ook. De Heere God kijkt naar de bovenkant van de munt: Uitverkiezing. Wij kijken tegen de onderkant van de munt: Roeping. Als er geen uitverkiezing was, zou er niemand zalig worden. Hoe weet je of je uitverkoren bent? Dat weet je wanneer je gelovig amen zegt op de roep die tot je komt: Wendt je naar Mij toe en wordt behouden!
De uitverkiezing gebeurt overigens niet vanwege kwaliteiten of het gebrek daaraan in mijn leven. Zo is je vraag niet te beantwoorden. God heeft niet uitverkoren op basis van een vooraf geziene bepaalde mate van geloof of ongeloof. Hij heeft daarvoor redenen genomen uit zichzelf. Als ik weleens te maken krijg in de voorbereiding op preken of tijdens een lezing met zulk soort vragen, verwijs ik graag naar een geschiedenis rondom Jezus Zelf. Je leest daarover in Lucas 13. “Heere, zijn er ook weinigen, die zalig worden? En Hij zeide tot hen: Strijdt om in te gaan door de enge poort; want velen, zeg Ik u, zullen zoeken in te gaan, en zullen niet kunnen; Namelijk nadat de Heer des huizes zal opgestaan zijn, en de deur zal gesloten hebben, en gij zult beginnen buiten te staan, en aan de deur te kloppen, zeggende: Heere, Heere, doe ons open! en Hij zal antwoorden en tot u zeggen: Ik ken u niet, van waar gij zijt.” Met andere woorden: Nu staat de poort van de genade nog wagenwijd open. En zolang die openstaat, geldt: Strijdt gij om in te gaan door de nauwe poort.
Van harte een gezegend leven gewenst met deze Heiland!
Met hartelijke groet,
Ds. W. F. ’t Hart, Tholen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W. F. 't Hart
- Geboortedatum:16-08-1990
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Zwartebroek-Terschuur-Voorthuizen
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: