8 vragen over de doop
Redactie Refoweb | Geen reacties | 20-05-2020| 12:40
Vraag
Ik heb een achttal vragen (en meningen) over de doop.
1) Waarom wordt er gezegd dat je je kinderdoop verwérpt, wanneer je je als gelovige laat (over)dopen?
2) Kun je op bijbelse grond én je kind dopen én de geloofsdoop ondergaan? Ik bedoel: verwerpt God het wanneer je 2x gedoopt bent?
3) Bij je geloofsdoop is je belijdenis/doop toch juist een ántwoord op je kinderdoop?
Kinderdoop is een teken van Gods trouw en werk door de geslachten heen. Het is ook persoonlijke roeping, je wordt opgevoed door mensen die Hem kennen. Je ouders gunnen je Gods genade en brengen je daarom bij Hem. Bij het doopvont.
4) Maar die roeping tot bekering en geloof heb je zonder de doop ook. Gods beloften zijn van evengrote kracht. Toch?
5) Waarom is doop zo'n gewoonte in kerkelijk Nederland? Ik wil niet iedereen over 1 kam scheren, maar zelf ervaar ik weinig levend geloof in mijn omgeving. Dit merk ik uit onverschilligheid en oppervlakkigheid, vooral bij jonge mensen (20-30 jaar).
Zelf ben ik als kind gedoopt, sinds een paar jaar pas gelovig. Ik ervaar de kinderdoop als een mooi teken, maar verder niet als iets cruciaals in het geestelijk leven. Het was immers de keus van mijn ouders mij bij God te brengen (uit gewoonte, niet eens uit waar geloof). Dat God spreekt vind ik wel prachtig! Maar ik kots van alle schijnheiligheid en tradities die niet met een frisse blik bekeken en uitgelegd worden.
6) In het nieuwe testament lees je van de geloofsdoop. Niet van kinderdoop.
In Johannes 3 vers 22 staat dat Jezus doopte. Wat zegt dit over Hem?
7) Wat wordt er bedoeld met 1 Petrus 3 vers 21?
8) Kunt u mij Gods wil in dit alles laten zien?
Een heel aantal vragen, die vast in verband staan met eerder gestelde vragen; ik kijk uit naar uw reactie.
Antwoord
Beste vraagsteller. Al je vragen zijn al eerder aan de orde gesteld. Je kunt ze vinden via de zoekfunctie op deze site en door te kijken naar de trefwoorden doop, kinderdoop, geloofsdoop en overdoop.
Een paar misverstanden in je vraag lichten we er even uit.
1. De kinderdoop is niet zozeer “een teken van Gods trouw en werk door de geslachten heen”, maar vooral een teken van Zijn verbond en de verzekering van Zijn beloften. Daarom worden kinderen gedoopt (verzegeld) in het geloof op de belofte dat God hun Vader is, Christus hun Zaligmaker is en dat de Heilige Geest dit geloof werkt in het hart. Het enige wat de dopeling hoeft te doen is deze belofte met een waar geloof, door middel van bekering, aan te nemen. Het is dus geen gewoonte, maar een geloofsdaad. Dat er zoveel onverschilligheid in reformatorische kring is m.b.t. de doop heeft te maken met het feit dat de diepte en kracht van de kinderdoop veelal niet meer begrepen en bepreekt wordt. Kennis ontbreekt en de doop wordt ernstig onderschat (of in het verbondsautomatisme en veronderstelde wedergeboorte overschat). De (rechterflank van de) CGK vormt hierop een gunstige uitzondering. Luther besefte de kracht van de kinderdoop als geen ander. Daarom kraste hij op zijn bureau de Latijnse woorden “Baptismus Sum”: ik ben gedoopt. In tijden van aanvechting veegde hij zijn boeken van tafel, om deze woorden weer tot zich door te laten dringen.
Bij de geloofsdoop is het probleem omgekeerd evenredig. Daar staat de gelovige en zijn getuigenis vaak centraal. Het is pas waar en echt als de gelovige zich laat dopen. Anders hoor je er ook niet bij in actieve zin. Je bent geen lid van de gemeente zonder geloofsdoop. En om er maar bij te horen laat men zich dan dopen zonder dat er sprake is van radicale bekering, dat blijkt uit de vrucht er van. Probleem daar is veelal geloofsoppervlakkigheid en wereldgelijkvormigheid. Nog los van het gevoel en emotie die hierbij een belangrijke rol speelt.
2. Je praat verder van een frisse blik die nodig is. Je kotst van de tradities. Een tegenvraag is: hoe oud moet een traditie zijn om er van te gaan kotsen? Iedere beweging, groepering of geloofsrichting kent zijn eigen tradities, gebruiken en gewoonten. En daar hoeft op zich niets mis mee te zijn. Paulus geeft in Rom. 14 een heldere richtlijn voor: Alles wat niet uit het geloof is, is zonde. Lees hier een heldere uitleg.
3. Je wijst op Joh. 3:22 waar staat dat Jezus doopte. Wat dat over Hem zegt...? A. Misschien moet je daar de tekst bij betrekken dat Jezus zegt: “Laat de kinderen tot Mij komen en verhindert ze niet” (Mark. 10, Matt. 19, Luc. 18). Misschien doopte Hij ze wel... althans Zijn discipelen, want Hij doopte niet Zelf, lezen we een stukje verder (Joh. 4:2). B. De doop is in de tijd van Jezus geen nieuw fenomeen (o.a. de proselietendoop was bekend), maar Christus geeft er een nieuwe betekenis aan. Zeker als Hij dat verbindt met de Woordverkondiging aan de heidenen. Zo is Gods heilsplan in Christus niet alleen voor de joden (besnijdenis) maar ook voor de volken (doop). Kinderen horen daar helemaal bij. Ook die mogen tot Hem komen. Ja zelfs zuigelingen verkondigen met hun mond Gods lof (Psalm 8/Matt. 21:16). Waarom ze dan niet dopen?
5. Tot slot. Wat is dat toch dat vooral de doop een strijdpunt is onder christenen? De doop is nota bene niet zaligmakend. Zou dat niet te maken hebben met ten diepste hoogmoed en elkaar de maat nemen enerzijds (“des Heeren tempel zijn wij”) en aan de andere kant ongeloof? Wie van de doop een strijdpunt maakt, heeft in ieder geval van de inhoud daarvan helemaal niets begrepen.
Redactie Vragenrubriek
Dit artikel is beantwoord door
Redactie Refoweb
Bijzonderheden:
Mailadres: vragen@refoweb.nl