Net als Luther
Ds. W. F. 't Hart | Geen reacties | 16-12-2019| 08:00
Vraag
Ik ben een jongere van 23. Gisteren ben ik begonnen in het boekje “De ontdekking van Maarten Luther.” Heel fijn boekje is dat, dat op eenvoudige vertelt wat er tijdens de reformatie is gebeurd. Maar al lezende kwam de vraag bij mij op: ben ik niet zelf ook zoals Luther, toen hij nog dacht door de werken zalig te kunnen worden. Zie eens mijn ijver, of juist gebrek en tekort aan ijver, in de dienst van de Heere. Zo vaak probeer ik in de kerk aan alle of bijna alle activiteiten mee te doen, doordeweeks naar de kerk (wat de Heere ook heeft willen zegenen). Maar ik krijg het idee dat alles nooit genoeg is. Ik weet dat ik niet volmaakt ben, maar ik ben zo bang dat ik zo nog altijd probeer wat voor de Heere te verdienen als dat al zou kunnen en dan straks als huichelaar openbaar te komen.
Zoveel geef ik nog toe aan mijn zondige begeerten en verlangens. Hoe kan dat ooit met genade samengaan? Ik beloof beterschap, maar het wordt er helaas niet beter op. Hoe krijg ik vrede en verzoening met God en hoe kan dat altijd maar weer de werken breken? Natuurlijk is het leven met de Heere ook zeker een liefdedienst en dat je dan voor de Heere wil leven Hem dienen en goede werken doet uit wederliefde, maar ik ben zo bang dat ik misschien wel half rooms ben: altijd mezelf maar aan het opwerken -als dat al kan- en altijd maar proberen mezelf geschikt te maken voor genade. Zo blijf in vertwijfeling leven.
Ik kan niet ontkennen dat de Heere in mijn leven gewerkt heeft en soms zijn er momenten dat ik het echt zeker mag weten, maar het is zo snel weer lauw, koud, aangevochten en bestreden. Is het wel allemaal echt waar bij mij of zal ik straks toch nog als een huichelaar openbaar komen? O ik ben zo bang om straks eeuwig zonder de Heere te moeten zijn, net als die rijke man... Kunt u richting geven, dominee?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste jongere van 23 jaar,
Je vraagt mij of ik richting kan geven in datgene wat je hierboven beschrijft. Ik probeer voor mezelf helder te krijgen wat je schrijft en wat je vragen zijn.
1. Ben ik hetzelfde als Luther?
2. Kom ik openbaar als huichelaar?
3. Ben ik half-rooms?
4. Is het allemaal wel echt bij mij?
Waar wij mensen allemaal aan lijden, is het ‘voor wat hoort wat’. Als we van iemand een cadeau krijgen, wat groots en mooi is, zeggen we: dat had je nu niet hoeven doen? Waarom? Of omdat we het onverdiend vinden. Of omdat we bang zijn dat we het niet kunnen vergelden (naar ds. J. J. Poort). Weet je waar wij zo snel en zo gemakkelijk mee de mist in gaan? In de eerste plaats dat we de Heere slecht kennen. En in de tweede plaats dat we onszelf nog veel slechter kennen. De Psalmdichter is daar achter gekomen, toen Hij beleed: in Uw licht zien wij het licht (Psalm 36: 10b). Om dus achter de antwoorden op je vragen te komen is dat licht allereerst nodig. In het licht van de Heere zien we in de eerste plaats Zijn goedheid, Zijn genade, Zijn barmhartigheid, Zijn lankmoedigheid, Zijn goedertierenheid, in het nodigen tot het heil. Hij laat ons zien dat bij Hem alles gereed is om tot de zaligheid te komen. Dat zijn Zoon in deze wereld gekomen is tot de verzoening van zonden. Vervolgens wijst Hij ons erop, door Zijn Geest, dat het ons aan alles ontbreekt. En dat we Hem dus juist nodig hebben. We hebben Hem nodig voor de vergeving van onze zonden. Want deze God is ook rechtvaardig. Dat betekent dat we of zelf in eeuwigheid voor onze zondeschuld moeten betalen. Of dat Hij onze zonden gestraft heeft aan Zijn lieve Zoon.
Gaandeweg ontdekt Hij ons dan ook aan onze zonde. Aan onze onwilligheid. Wij zijn wat dat betreft hele zondaren. Onverbeterlijk ‘Rooms’. “Zie, ik breng voor mijn behoud U geen wierook, mirr' of goud...” Dat zing je mee. En dat is de ervaring van ons als het gaat om de rechtvaardiging van de goddeloze. Maar voor het leven van de heiliging gaan we weer zelf aan het werk. We hebben een Heiland tot onze rechtvaardiging en ook tot onze heiliging. We hebben Hem in alles nodig. Bij mij is het nooit echt. Omdat aan mijn beste werken nog de zonden kleven. Mijn beste werken zijn besmeurd met eigengerechtigheid. Met werkheiligheid.
Zo kom ik tot een afronding. Je vraag mag zich ergens anders op richten. In de eerste plaats zul je je af moeten vragen: is het allemaal echt bij God? Wat Hij belooft? Ik kan je verzekeren: wis en waarachtig is het echt bij Hem. Want geen ding zal voor God onmogelijk zijn! Vervolgens vraag je jezelf af: gaat mijn hart uit naar Hem? Heb ik Hem lief? Is het mijn verlangen om voor Hem te leven? Om tot eer van Hem hier op aarde te zijn? Als dat zo is, dan ben je zalig. Omdat Hij die liefde gewerkt heeft. En vervolgens mag je, als leerling op de school van de Heilige Geest, je oefenen in Johannes 15: “Zonder Mij kunt u niets doen.” Kun je niet rechtvaardig zijn. Kun je niet heilig zijn. Kun je niets. Dat betekent: elke dag weer met lege handen naar Hem, Die ze vult en vervult. Zo’n Heiland is Hij.
Rest mij je hartelijk te groeten en je gezegende dagen te wensen,
Ds. W. F. ’t Hart
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W. F. 't Hart
- Geboortedatum:16-08-1990
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Zwartebroek-Terschuur-Voorthuizen
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: