Terug willen naar familie
Ds. H. Veldhuizen | Geen reacties | 04-03-2004| 00:00
Vraag
Ik ben sinds kort getrouwd. Ik woon een eind van m'n familie af. Ik heb die stap onbewust gezet doordat ik tot over m'n oren verliefd was. Na een hoop moeite ga ik dat steeds meer in zien. Had ik maar... Ik zou dolgraag terug willen, maar mag dat? Ik heb zelf die stap gezet en dat zegt m'n man eigenlijk ook. Ik heb het er erg moeilijk mee. Daarbij komt dat m'n schoonouders erg claimend zijn. Ik voel me door van alles hier niet prettig. M'n man wil eigenlijk niks opgeven, terwijl ik dat wel gedaan heb toen we trouwden. Daarbij dat m'n man overspannen is geweest vorig jaar. Maar moet de gezonde onder de 'zieke' lijden? Hopelijk snapt u m'n vraag.
Antwoord
Beste vriendin,
Je hebt een vraag gesteld die, denk ik, niet alleen een vraag van jou is. Soortgelijke vragen kunnen ook bij anderen voorkomen, in het bijzonder als men pas getrouwd is. Ik weet ook dat ze voorkomen. En het is te begrijpen: ineens ben je als je getrouwd bent ‘24 uur per dag’ samen, ben je in vrijwel alle dingen van elkaar ‘afhankelijk’, woon je ‘in eigen gezin’, ben je ‘niet meer aangewezen op je ouders’ (ik zet het steeds tussen aanhalingstekens om het wat extra te onderstrepen; je zult dat begrijpen), je man gaat naar z’n werk, jij waarschijnlijk ook, je ziet elkaars positieve kanten maar ook (en soms heel scherp) elkaars onhebbelijkheden, en gewoontes van de ander die je niet gewend bent, enz. Je vragen zijn dus begrijpelijk. Ik weet van een dominee die de stellen die hij in het huwelijk bevestigd had na een jaar bezocht of, als ze ver weg woonden, opbelde, om te vragen hoe het met hen ging. En hij bedoelde dan: hoe het samen, met het getrouwd-zijn, ging. Hij deed dat niet voor niets!
Nu vind ik het niet zo gemakkelijk om je vragen heel concreet te beantwoorden. Ik ken namelijk je omstandigheden niet. Je schrijft dat je sinds kort getrouwd bent, maar wat is kort? En dat je een eind van je familie af woont: hoe ver is dat? En dat je de stap naar het huwelijk onbewust gezet hebt: maar jij en je man hebben toch bewust elkaar het jawoord gegeven. En dat je tot over je oren verliefd was: hoe lang hebben jullie verkering gehad? Enz. Want een verkeringstijd is er om gelegenheid te hebben om naar elkaar toe te groeien. En ik heb nog een paar vragen. Bijvoorbeeld: Hoe oud ben je? Een 20-jarige heeft in het algemeen een langere verkeringstijd dan bijvoorbeeld een 35-jarige. Aan de andere kant is een 35-jarige waarschijnlijk meer los van haar of zijn familie dan een 20-jarige. En: is je huwelijk in de kerk ingezegend? Hebben jullie toen tevoren een gesprek met de dominee gehad? Waarom zou je geen contact zoeken met die dominee en hem in een persoonlijk gesprek, als dat kan, je vragen voorleggen? Of, als dat niet kan, is het niet mogelijk naar je huidige dominee of een andere vertrouwenspersoon van je kerk, te stappen? Dominees en ook vertrouwenspersonen hebben hun ambtsgeheim, dus je mag weten dat je vragen bij hen veilig zijn.
Toch ga ik proberen je vragen te beantwoorden. In de eerste plaats: Je schrijft dat je nog maar kort getrouwd bent. Dan is het begrijpelijk dat je vragen hebt. Alles is zo nieuw en zo anders. Je bent (ik zet het weer tussen aanhalingstekens) helemaal ‘op elkaar aangewezen’. Waarbij ook nog (dat mag ik toch wel noemen?) de seksualiteit komt, die een vrouw in het algemeen anders beleeft dan de man. En Paulus zegt: onttrekt u elkaar niet (1 Korinthe 7:4-5).
Ik heb een boek dat als titel heeft “Samen winnen in je huwelijk” (schrijver: Arnold Mol; uitgeverij Buijten & Schipperheijn). Alleen de titel is al de moeite waard om over na te denken. ‘Winnen’ gaat niet vanzelf, daar moet je moeite voor doen. Soms verlies je eerst, maar door goed te oefenen ga je winnen. Op de vierde bladzijde van dat boek staat: “Het huwelijk, daar moet je hard aan werken”. Dat is waar! En dat is er niet meteen vanaf de eerste dag. Eigenlijk geldt het heel je leven. Zoals je van het leven (van de Heere!) leert, leer je ook in het huwelijk. Heel eenvoudig: als er kleine of grote teleurstellingen zijn, of kleine of grote irritaties (want je man en jij zijn niet volmaakt). Of als er kinderen komen. Of als ze niet komen, terwijl er verlangend naar wordt uitgezien. Of als de kinderen (later) de deur uitgaan en je bent als man en vrouw weer samen. Een vraag: ken je een huwelijk in de Bijbel dat volmaakt is? Ik denk dat je lang moet zoeken. En: Heb je de uitdrukking wel eens gehoord: ‘Het huwelijk is een werkwoord’?
In de tweede plaats: Je woont een eind van je familie af. Ik weet niet hoe ver. Maar is dat, als je het heel eerlijk op een rijtje zet, werkelijk ver? Hoe gemakkelijk zijn in onze tijd niet afstanden te overbruggen. Er is de auto, de trein, de telefoon om elkaar te bellen, enz. Ik begrijp wel dat het moeilijk voor je is: alles is zo anders, de gemeente waartoe je nu behoort, de omgeving, de vrienden zijn weg, enz. Toch: Ik denk aan de tijd die nog niet zo ver achter ons ligt, dat dat alles er niet of nauwelijks was en mensen soms ook een flink eind weg trokken. Of aan mensen die kort na hun huwelijk emigreerden en dan verschrikkelijke heimwee hadden: naar de ouders, de familie, de gemeente, het vaderland. Maar ze konden niet terug en moesten het vaak doen zonder telefoon, met de brief als enige mogelijkheid van contact. Terug kon men alleen met de boot, maar er gingen vaak vele jaren overheen voordat dat kon.Geldt dat trouwens ook niet voor de Bijbeltijd? Rebecca ging met Eliëzer mee, zelfs naar een haar nog onbekende man, naar een ver en vreemd land. Rachel en Lea gingen na verloop van tijd met Jakob mee naar zijn land. Sara met Abraham, zelfs met belofte van kinderzegen, terwijl ze onvruchtbaar was. Maar ze gaat. Het is onder andere daarom dat Petrus schrijft: ze is Abraham gehoorzaam geweest, hem noemende haar heer (1 Petrus 3:6).
In de derde plaats: je schrijft dat je schoonouders je claimen. Laat ik maar ronduit zeggen: dat is niet goed. Jij en je man hebben het recht om samen een eigen leven op te bouwen. Misschien kun je het eerlijk met hen bespreken. Of beter (om geen scheve verhoudingen te krijgen): het met je man bespreken; hij weet misschien, omdat hij zijn ouders het beste kent, wat er gedaan zou kunnen worden. Waarbij je natuurlijk moet oppassen dat het niet verkeerd overkomt. Misschien hebben je schoonouders namelijk juist het goede met je voor. Misschien hebben ze in de gaten dat je erg moet wennen en proberen ze, maar dan op een te claimende manier, je op te vangen. Schoonouders kunnen die gewoonte, met heel goede bedoelingen, wel eens hebben. Probeer er wat positiefs in te zien en daarnaast de zaken helder op een rijtje te zetten.
In de vierde plaats: Je man is overspannen geweest, schrijf je. Dat is heel verdrietig voor hem. En ook voor jullie beiden. Mag ik je eens wat vragen: Zou jij hem juist niet met wat extra liefde kunnen opvangen? Zodat hij niet weer in een overspannenheid terugvalt. Is dat niet een taak juist van de ander in het huwelijk? Ik denk aan wat het huwelijksformulier zegt, dat het eerste doel van het huwelijk is dat “man en vrouw elkaar trouw helpen en bijstaan in alle dingen die tot het tijdelijke en eeuwige leven behoren”. Het tijdelijke wordt zelfs het eerste genoemd, dus dat hoort er helemaal bij. Heb je het mooie gezegde wel eens gehoord: “Het geheim van het huwelijk is niet wat je aan de ander hebt, maar wat je voor de ander betekent”? Je zou die zin moeten opschrijven en het papier ergens neerleggen zodat je het elke dag kunt lezen. Probeer zo je huwelijk en het jawoord dat je hebt gegeven te zien.
In de vijfde plaats: Je schrijft dat je tot over je oren verliefd was.Geen enkel bezwaar. Mooi zelfs. Maar dan komt de verkeringstijd. Want verliefd-zijn is wat anders dan liefde. Weet je wat het bijbelse woordje liefde is? Dat is niet liefde die ontvangt, maar liefde die geeft. Ik kan ook zeggen: ze is “liefde-ondanks” en niet “liefde-omdat”. “Liefde-omdat” is: je hebt een jongen lief omdat hij lief Ãs. Maar wees eens eerlijk: daar is geen kunst aan. “Liefde-ondanks” is een jongen (of meisje) liefhebben dat niet zo lief is. En nu moet je eens verder denken: Zo was Jezus’ liefde. Hij had zondaren lief. Hij ging voor zondaren naar het kruis. En nu wil de Heilige Geest ons leren dat we daarop zien en onze liefde, in de navolging van Hem, daar wat van gaat krijgen.
In de zesde plaats: Je schrijft dat je dolgraag zou terug willen, maar je vraagt je af of dat mag. Ik denk het niet. Zie wat Jezus (!) daarover zegt in Mattheüs 6:31-32 en 19:1-9. En, wees eens eerlijk, ik denk dat je er niet gelukkig mee zou zijn ook. Het zou betekenen dat je altijd bij je houdt: mijn huwelijk is mislukt. En dat, terwijl het huwelijk de moeite waard is om aan te werken. En: je hebt je jawoord gegeven. Een heel wezenlijk element van het huwelijk is de trouw jegens elkaar: je ‘lieft’ niet met elkaar, maar je ‘trouwt’ met elkaar, je draagt geen liefdesring, maar een trouwring. Daar zit, net zoals in het woord trouwen, het woord “trouw” in. En dat is, ik zeg het eerlijk, de bijbelse lijn. Laat ik het eens omdraaien: Probeer aan je huwelijk te werken. Met Gods hulp. Je zult er de Heere in mee hebben. Is Hij geen Helper voor ieder die het biddend van Hem verwacht? Lees 1 Korinthe 13. Prachtig. Maar het zijn niet allemaal gaven. Het zijn vooral opgaven. Om zo aan de liefde tot elkaar (ook in brede zin, naar de familie toe) te werken.
In de zevende plaats: Ik schreef het al: Misschien kun je eens met een dominee of vertrouwenspersoon praten. Misschien kun je daarnaast ook een goede vriendin, die zelf getrouwd is, in vertrouwen nemen. Elkaars zorgen delen is in onze tijd een heel hoog goed. En het is nog Bijbels ook. En: is er in de gemeente waartoe je behoort geen jonggehuwdenkring of iets dergelijks? In veel gemeenten is zo’n kring, in de regel onder leiding van de dominee of een wijze ouderling. En: je zou een of meer boeken over het huwelijk en getrouwd-zijn kunnen lezen. Het is, denk ik, goed dat ieder die getrouwd is, dat doet. Met name in onze tijd staat het huwelijk op de tocht. Daarom is het heel belangrijk om in het licht van de Bijbel wat goede lijnen en adviezen te ontvangen. Ik noemde al het boek “Samen winnen in je huwelijk”. Daarnaast denk ik aan twee boeken die uitgegeven zijn bij uitgeverij Groen in Heerenveen: “Samen het huwelijk in”, en: “Echtscheiding, een onmogelijke werkelijkheid”. Beide boeken zijn uitgegeven in de serie “Praktisch & Pastoraal” en iedere christelijke boekhandel zal ze kunnen leveren.
Beste vriendin, mijn brief is lang geworden. Maar ik hoop echt dat ik je geholpen heb. Het huwelijk is door de Heere al ingesteld in het paradijs. Alleen we leven niet meer in het paradijs. Dat leert elke getrouwde inzien en belijden. Nochtans, Jezus deed Zijn eerste wonder op een bruiloft, teken, zegt het huwelijksformulier, dat Hij het huwelijk hoog geëerd heeft. En: Hij brengt de wijn aan. Wijn is het beeld van de vreugde. Wat zou het groot zijn als je de vreugde en het goede van het getrouwd-zijn ook mag (gaan) evaren.
God zegene je daarbij.
Ds. H. Veldhuizen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. H. Veldhuizen
- Geboortedatum:02-01-1938
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Wapenveld
- Status:Inactief