Model-refogezin of haantjesgedrag
N. J. van Dooijeweert-Van der Slikke | Geen reacties | 07-02-2019| 12:37
Vraag
Graag een reactie van iemand van de Gereformeerde Gemeenten. Ik ben een meisje van 17 jaar. Mijn vader heeft een heel goede baan binnen de reformatorisch gezindte. Mijn moeder is huisvrouw en doet veel binnen de kerk. Ik heb best veel broers en zusjes. Voor de ‘buitenkant’ staan wij bekend als een model-refogezin. Mijn broers studeren allemaal, mijn oudere zussen zijn getrouwd, een aantal heeft al kinderen. En ander deel is verloofd of heeft verkering (net als ik). De jongsten zitten op de basisschool.
Ik heb respect voor mijn beide ouders. Echter ik vind dat mijn vader, mijn moeder niet gelijkwaardig behandelt. Hij verwacht altijd maar dat zijn eten klaarstaat, zijn koffie wordt ingeschonken, zijn ontbijt wordt gemaakt en zijn lunchtrommel gevuld. Hij controleert of er geen stof ligt op de kastjes, of de wc’s schoon zijn etc. Mijn moeder, zussen en ik lopen ons de benen uit ons lijf. Mijn broers gaan zich ook al zo gedragen als mijn vader. Zelfs mijn kleine broertje.
Ik heb het ooit aangekaart. Toen werd dit gedrag ‘verantwoord’ op Bijbelse gronden. Enfin, dan ben ik als het ware ‘uitgepraat’. Immers, tegen het Woord van de Heere ga je niet in. Dat is ook niet mijn bedoeling, maar het haantjesgedrag staat me gewoon ontzettend tegen. Ik zie geen gelijkwaardigheid in het huwelijk van mijn ouders en vind het voorbeeld dat zij geven eerlijk gezegd niet goed. Ik raak er opstandig van. Overdrijf ik en moet ik dit accepteren? Of is de vrouw inderdaad ‘ongelijkwaardig’ aan de man, ook daar waar het het dagelijks leven betreft?
Antwoord
Beste vraagsteller,
Met verdriet en ontroering heb ik je mail gelezen. Het is een verhaal dat helaas vaker voorkomt, ook in de reformatorische wereld. Vader een goede baan, hij heeft het goed geschoten in de wereld van vandaag. Een keurig gezin... tenminste zo denken en zien de mensen dat. Een christelijk voorbeeldgezin. Het ontbreekt aan niets... voor de buitenwereld.
Maar vader is de grote man waar moeder en kinderen naar te luisteren hebben. Vader denkt er misschien niet aan dat hij zijn vrouw van de Heere gekregen heeft als een “hulpe tegenover hem” Genesis 2:20-22. Niet onder hem, niet achter, maar tegenover hem: zijn maatje. Niet minder dan hij als man. Maar ieder met eigen gaven en talenten. Geschapen naar Gods beeld, zo vullen zij elkaar aan. Ze vormen een eenheid, met ieder een speciale taak die de Heere hen toebedeeld heeft. In liefde en respect. Geen macho gedrag!
Dat gedrag, dat vaders ook weer aan hun zonen over dragen, is intens triest, maar ook in strijd met het Woord van God; jullie zien het bij de broers. Er mag op grond van de Bijbel geen egoïsme of heerszucht zijn bij de man. Man en vrouw zullen één vlees zijn, maar ook eens-geestes. Het is heel fijn als het eten altijd klaar staat, maar er mag van hem ook best wat verwacht worden. Even de tafel dekken, of wat dan ook. Het is goed dat hij ook eens de koffie voor zijn vrouw in schenkt en zijn eigen lunchtrommel klaar maakt. Zijn vrouw is geen sloof van hem. Hij moet haar terzijde staan. Zeker in een groot gezin is het heel nodig dat een man beseft dat hij ook zijn deel daarin heeft.
Sorry, maar waarom moet hij controleren of er ergens stof op ligt? Dat is zijn opdracht toch niet? Kijken of de wc’s schoon zijn? Heeft hij slordig personeel aangetrokken? Wat moet dat diep vernederend voor je moeder zijn en ook voor jullie als oudere kinderen. Wat moet je moeder gestrest zijn om dit spiedende gedrag en wat zal het pijn geven om bestraft te worden als iets niet in de haak is zoals haar man verwacht en eist.
Het is goed dat je het aan gekaart hebt. Je vader had zijn antwoord op Bijbelse gronden klaar... Maar had je vader de Bijbel open om samen te lezen wat Paulus schrijft aan de Efeziërs in hoofdstuk 5:25? “Gij mannen, hebt u eigen vrouwen lief, gelijk ook Christus de Gemeente lief gehad heeft, en Zichzelf voor haar heeft overgegeven.” Even verder zegt hij dat mannen hun vrouw moeten lief hebben als hun eigen lichaam. Wie van zijn vrouw houdt, houd van zichzelf, want niemand haat zijn eigen lichaam... Aan de gemeente van Kolosse schrijft hij: “Gij mannen, hebt uw eigen vrouwen lief, en wordt niet verbitterd tegen hen”, Kol. 3:19. Je zou het zo kunnen zeggen: mannen heb je vrouw lief en reageer je ergernissen niet op haar af!
Petrus herkende het ook dat mannen niet gelijkwaardig en liefdevol met hun vrouwen omgingen en in zijn eerste brief schrijft hij in 1 Petrus 3:7: “Gij mannen, evenzo, woont bij haar met verstand, aan het vrouwelijke vat, als het zwakste, eer gevende, als die ook mede erfgenamen van de genade des levens met hen zijt, opdat uw gebeden niet verhinderd worden.”
Vertaald naar jullie situatie: man, toon begrip voor je vrouw, ze behoort tot het zwakkere geslacht, je moet eerbied voor haar hebben...
Begrijpelijk dat dit haantjesgedrag van je vader en broers je heel erg tegen staat en je opstandig wordt. Nee, je overdrijft niet! God heeft de vrouw niet ongelijkwaardig aan de man geschapen. Nooit mag een man zich daar op voorstaan. Probeer nogmaals een gesprek met je vader over zijn gedrag aan te gaan. In de hoop dat hij tot inzicht komt. Bid er voor! Zijn gedrag staat lijnrecht tegenover de Bijbelse visie op de verhouding man-vrouw. Het is dringend nodig dat hij dit gaat inzien.
Van harte sterkte en ik hoop dat jouw, jullie, huwelijk later D.V. een Bijbels huwelijk zal zijn. Met respect en liefde naar elkaar.
Gods zegen,
Mw. N. J. van Dooijeweert- van der Slikke
Dit artikel is beantwoord door
N. J. van Dooijeweert-Van der Slikke
- Geboortedatum:25-04-1942
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Waddinxveen
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Functie: Pastoraal medewerkster
Bekijk ook: