Puzzelkind

A. Teerds-Gertenbach | 9 reacties | 16-01-2019| 07:55

Vraag

Wij hebben vragen over de manier waarop we ons oudste zoontje het beste kunnen helpen en opvoeden. Hij is nu bijna 3,5 jaar oud. Ons tweede kindje wordt bijna 2. Onze oudste kon zich in de box altijd prima vermaken met zijn speelgoed. Hij heeft er tot twee maanden na zijn tweede verjaardag bijna iedere dag in gezeten. Toen hij niet meer in de box zat, ging hij echter niet op de grond spelen. En tot op de dag vandaag speelt hij niet/nauwelijks met LEGO, auto’s, blokken, treinbaan e.d. Het gebeurde ook geregeld dat hij ‘s morgens vroeg zei: mama ik hoef niet te spelen... Tja, waar krijg je dan de dag vol mee?

We ontdekten dat hij interesse had in puzzels. Inmiddels is hij toe aan puzzels van 100 stukjes. Op de doos staat dan de leeftijdsindicatie 6+ en hij is bijna 3,5. Maar hij maakt alle puzzels maximaal tien keer. Daarna is de uitdaging er weer af en vertoont hij in onze ogen vervelend gedrag. Bijvoorbeeld: lampen aan en uit doen, stekkers uit stopcontacten trekken, rolluiken open en dicht doen, koffiezetapparaat aan/uit doen. We proberen hem te stimuleren om met iets anders te spelen en bouwen bijvoorbeeld iets van LEGO in de hoop dat hij meespeelt. Maar hij loopt er gewoon bij weg en lijkt niet geïnteresseerd. Het lastige gedrag stopt pas weer als hij een nieuwe puzzel krijgt waarop hij flink z’n best moet doen. Hij heeft dan veel concentratie om de puzzel te maken. Maar soms lijkt z’n geheugen wel fotografisch, want bij een tweede of derde keer dat hij een puzzel maakt, zegt hij al: deze moet hier, dat stukje daar.

Hij is wel geïnteresseerd in boekjes en wil graag voorgelezen worden. Zijn taalontwikkeling loopt wat achter. Hij heeft wel een normale woordenschat, maar zijn zinsopbouw blijft achter. Intussen krijgt hij ook interesse in letters en cijfers. Hij telt tot 15 en herkent ook al een aantal letters. Wat hij bijvoorbeeld ook een poosje gedaan heeft: de steentjes van Rummikub sorteren op kleur en cijfer. Maar ook dat zie ik hem nooit meer doen.

Drie maanden voor zijn derde verjaardag hebben we hem naar de voorschool/peutergroep gedaan, omdat we hem thuis niet meer bezig konden houden (behalve door nieuwe puzzels aan te bieden). Inmiddels gaat hij er drie ochtenden met veel plezier heen. Maar ook daar vertoont hij weinig vrij spel. Het liefst zit hij aan tafel en maakt puzzels. Maar de grootste die ze daar hebben, is onder zijn niveau. Dit geeft hij zelf niet aan. Hij maakt ze gewoon iedere keer weer. De juffen proberen hem wel bij andere activiteiten en spellen te betrekken. Hij speelt niet graag met anderen samen. Hij is meer bezig om anderen te observeren.

Concrete vraag: op welke manier moeten we hiermee omgaan? Kan ik hem onbeperkt puzzels aan blijven bieden om hem uit te dagen? Hoe reageer ik het beste op dat lastige gedrag? Zou hij erg slim kunnen zijn gezien dat puzzelen en niet willen spelen met ‘simpel’ speelgoed? En als we dat vermoeden sterker krijgen, zou dat getest moeten worden voordat hij aan de basisschool begint?


Antwoord

Met veel belangstelling heb ik je vraag gelezen. Je schetst een uitvoerig beeld van je zoontje. Ik kan me goed voorstellen dat je twijfelt of het allemaal wel goed gaat. Moet je meegaan is zijn speciale voorkeuren of juist niet? Moet je hem stimuleren tot allerlei activiteiten, hoewel hij die niet graag doet? Wat is het beste voor hem?

Je hebt al veel geprobeerd. Je biedt hem van alles aan, geeft hem aandacht en probeert zijn interesse te wekken. Ondertussen krijg je dat niet goed voor elkaar en dat is begrijpelijk. Wat is er met hem aan de hand? Gaat het met zijn ontwikkeling wel goed? Is die soms wat onevenwichtig? Het gedrag, dat hij vertoont, hoort dat erbij? Is hij op onderzoek uit? Is hij geboeid door het effect van de knopjes? Het zijn allemaal vragen, waar je zomaar geen antwoord op weet.

De voorschool/peutergroep zal zeker goed voor hem zijn. Daar leert hij omgaan met andere kinderen en krijgt hij toch andere uitdagingen dan thuis. Bovendien kun je met de juffen over hem praten en dat heb je natuurlijk ook gedaan. Hoe vinden zij het gaan met je zoontje? Zien ze bijvoorbeeld een wat afwijkende ontwikkeling bij hem? 

In je vraag klinkt bezorgdheid door. Met zorgen rond ontwikkeling, gedrag en opvoeding moet je niet blijven rondlopen. Daarom raad ik je aan om met een deskundige te praten. Dat kan zeker geen kwaad. Vaak blijkt het voor zowel opvoeders als kind positief te werken. Voor jezelf geeft het (meer) zekerheid als je weet wat met je zoontje aan de hand is. Je kunt je zorgen kwijt en indien nodig krijg je ook hulp. Vraag er eens naar op het consultatiebureau of bij je huisarts. Van harte succes daarin toegewenst!

Mw. A. Teerds-Gertenbach

Lees meer artikelen over:

opvoeding
Dit artikel is beantwoord door

A. Teerds-Gertenbach

  • Geboortedatum:
    29-01-1951
  • Kerkelijke gezindte:
    Gereformeerde Gemeenten
  • Woon/standplaats:
    Hendrik-Ido-Ambacht
  • Status:
    Actief
44 artikelen
A. Teerds-Gertenbach

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
9 reacties
jorinde
16-01-2019 / 09:30
Beste moeder,

Gedrag van jullie zoontje is voor mij heel herkenbaar.
Wij hebben drie kinderen en ik vond/vind het opvoeden van oudste het moeilijkst. Niet om het kind, maar gewoon omdat alles nieuw is.
Ga in gesprek met school ze hebben de nodige ervaring om je te helpen en je vragen te beantwoorden. Daar staan ze vast open voor en als je niets zegt kunnen ze jullie zoon ook niet helpen.
Probeer het ook wel een beetje nuchter te zien, dat is misschien wel het beste in deze tijd waar er zoveel van onze kinderen verwacht wordt. Dat wil niet zeggen dat ik je zorgen niet begrijp, want als kinderen moeite hebben met niet willen/kunnen spelen dan is dat best wel pittig om ze de hele tijd uit te dagen.
Naturel
16-01-2019 / 21:26
Super herkenbaar dit, zowel uit mijn stage als mijn eigen zoon
Ik ga er niet om heen draaien, ik zie toch wel wat lijntjes die leiden naar het autistisch spectrum
Mij zoon is op 3,5 jarige leeftijd gediagnosticeerd met PDDNOS , later is gebleken dat het een Asperger is in combinatie met hoogbegaafdheid
Ga zeker "hulp" zoeken, een arts, iemand van school, GGZ
En doe ook vooral wat je zelf denkt dat goed is .
naam
17-01-2019 / 14:05
Natuurlijk kan er iets aan de hand zijn. En wanneer jullie je zorgen maken moet je dit inderdaad bespreken met een deskundige.

Maar... er zijn genoeg 3-jarigen hoor die niet zelf spelen. Onze tweede speelde ook nooit. Geen speelgoedje uit zichzelf aangeraakt.
En lampen aan en uit doen, stekkers uit stopcontacten trekken, rolluiken open en dicht doen, koffiezetapparaat aan/uit doen vind ik ook echt gedrag van een driejarige die zich verveeld. Ik kan wel gekkere dingen verzinnen ;-).

Kun je ook dingen ontdekken (behalve puzzelen) die hij wel leuk vind?? Misschien inderdaad al wel met letters, cijfers, iets uitdagende met kleuren oid.
Is hij ook 'vervelend' als je hem positief betrekt bij huishoudelijke taken of als je ergens op de koffie gaat waar meerdere kinderen zijn? Of als je een keer 1 op 1 gaat zwemmen? Muziek op schoot bij muziekschool? Kijken bij de kinderboerderij? Peutergym? Zelf boodschappen doen met zn eigen karretje en hem alles zelf laten zoeken? Zelf speelgoed bij speel-o-theek uit laten zoeken? Spelletjes met hem doen, samen wat bakken?
Heeft hij in al deze (of in nog heel andere dingen!!) ook geen interesse??

Onze vierde is nu ook 3jaar en een kind waar ik mij nog nooit zorgen om hebt gemaakt. En kan ook wel even zelf spelen, heerlijk. Maar toch ga ik er veel op uit. Thuis is het gauw vervelen (en dat is gekke dingen doen, klieren, zeuren, claimen, elke minuut wat tegen je zeggen). Hem overal bij betrekken, veel naar buiten, naar anderen toe, heel positief zijn, werkt hier.

Niet dat ik nu dus wil zeggen dat er niets aan de hand is (dat kan zeker), maar ik lees toch echt te weinig om dat te denken. Sommige peuters zijn ook gewoon heel intensief en sommigen hebben echt veel uitdaging nodig (de 1 op een ander gebied dan de ander).
Niagara
17-01-2019 / 17:20
Wat Naturel zegt dacht ik ook meteen, een behoorlijk typisch beeld van een kind met autisme.

Kijk bijvoorbeeld maar eens naar de lijst met kenmerken van Asperger (vorm van autisme) volgens het diagnostische handboek (DSM IV):

1. Kwalitatieve beperkingen in de sociale interactie, zoals blijkt uit ten minste twee van de volgende items:

a. duidelijke stoornissen in het gebruik van veelvoudig non-verbaal gedrag, zoals oogcontact, gelaatsuitdrukking, lichaamshouding en gebaren om de sociale interactie te bepalen
b. er niet in slagen met leeftijdgenoten tot relaties te komen die passen bij het ontwikkelingsniveau
c. een tekort in het spontaan proberen met anderen plezier, bezigheden of prestaties te delen (bijvoorbeeld het niet laten zien, brengen of aanwijzen van voorwerpen die van betekenis zijn) afwezigheid van sociale of emotionele wederkerigheid

2. Beperkte, zich herhalende en stereotiepe patronen van gedrag, belangstelling en acitviteiten, zoals blijkt uit ten minste één van de volgende items:

d. sterke preoccupatie met één of meer stereotiepe en beperkte patronen van belangstelling die abnormaal is in intensiteit of aandachtspunt
e. duidelijk rigide vastzitten aan specifieke niet-funcionele routines of rituelen
f.stereotiepe en zich herhalende motorische maniërismen (bijvoorbeeld fladderen, draaien met hand of vingers of complexe bewegingen met het hele lichaam)
g. aanhoudende preoccupatie met delen van voorwerpen

Ik lees sowieso b., d. en g. In jouw verhaal. Punt
g. aanhoudende preoccupatie met delen van voorwerpen,
dat is duidelijk zichtbaar in het herhaaldelijk aan en uitdoen van de lichtknopjes, koffiezetapparaat, rolluiken etc. Het verschilt per kind wat hij/zij interessant vindt maar het zijn meestal repeterende bewegingen van objecten/apparaten (wieltjes van speelgoedautootjes die ronddraaien, ik vond vroeger zelf de casettebandjes die ronddraaiden in de radio fascinerend, veel apparaten, techniek etc. hebben onderdelen herhaaldelijk bewegen of waar de beweging zelf te herhalen is. Niet-autistische kinderen houden ook vaak wel van herhaling, maar vaak ook meer op sociaal vlak en op een manier die vaak minder extreem/abnormaal en meer natuurlijk/passend bij de leeftijd ervaren wordt. De intensiteit en duur van een fascinatie bij kinderen met autisme is vaak opvallend groter dan bij een ‘gemiddeld’ kind.

Ouders die meerdere kinderen hebben met deze trekjes en ze misschien ook van zichzelf en/of hun partner herkennen zullen misschien minder snel denken dat dit gedrag ‘abnormaal’ is vanwege hun eigen referentiekader. Autisme is erfelijk (ook ADD en ADHD worden vaak in dezelfde familie gezien als autisme) en daarom is het goed mogelijk dat als je kind autistisch is, je (sommige) trekken bij je kind ook herkent van een familielid of van jezelf.

Kinderen met autisme kunnen overigens ook juist op sociaal vlak wel erg hechten aan herhaling (bijvoorbeeld dat je altijd hetzelfde moet zeggen bij het wakker maken of andere rituelen en ze onrustig worden en/of je gebieden het zo te doen als het in hun ogen hoort als je daar eens van afwijkt). Ze kunnen er angstig/gespannen van worden als dingen niet gaan zoals ze gewend zijn. Maar het vermogen tot communiceren van die angst is er vaak niet of in beperkte mate. Om de angst toch te uiten kunnen kinderen met autisme bijvoorbeeld dwangmatig knopjes aan en uit doen of dingen ordenen/sorteren, zichzelf heen en weer wiegen/ijsberen/andere repetitieve bewegingen met hun lichaam maken, of andere pogingen doen om zichzelf te kalmeren. Als dit niet lukt kunnen ze ook een woedeaanval krijgen, of helemaal uit contact gaan. Maar er zijn ook kinderen met autisme waarbij dit niet, of niet opvallend meer dan bij gewone kinderen gebeurt. Dit verschilt ook per karakter, of ze een plek hebben waar ze zich veilig voelen en of ze geleerd hebben om over gevoelens te praten (dit leert het ene kind met autisme makkelijker dan het andere, het hoort vaak bij autisme dat dat erg lastig te leren is maar sommige kinderen met autisme vertellen juist wel heel makkelijk over gevoelens maar dan ook te pas en te onpas omdat ze niet aanvoelen waar dat wel en niet past in sociale situaties).

Wat dat stukje met tot vervelend aan toe met schakelaars spelen betreft: het kan pure fascinatie zijn, maar het kan ook dat het dwangmatig wordt, en/of een manier om lastige gevoelens een uitlaatsklep te geven. Als je vermoedt dat het stoomafblazen van moeilijke emoties eronder zit, dan zou ik het gedrag niet verbieden maar wel kijken (met hulp van liefdevolle mensen met ervaring hierin) of je alternatieve manieren kunt aanbieden om de emoties te uiten. Gezien de leeftijd is erover kunnen praten ook nog niet meteen te verwachten, maar je kunt wel een basis leggen zodat dit kan groeien. Ook als je kind geen autisme heeft kan dit natuurlijk geen kwaad.
3,5 jaar is voor alle kinderen nog wel jong om veel over de emoties te begrijpen, je kunt bijvoorbeeld beginnen met het benoemen van emoties die je op het gezicht ziet bij het kind ‘ik zie dat je blij/bang/boos/verdrietig bent’ en emoties benoemen die hij bij andere mensen op het gezicht kan zien (eventueel met duidelijke plaatjes). Als je kind nou inderdaad autisme heeft kan het zijn dat je merkt dat het erg moeilijk te leren is, of bijvoorbeeld dat als je de mond bedekt van het plaatje van iemand die blij is, hij niet meer kan zien wat de emotie is terwijl het voor jou nog steeds aan de ogen te zien is dat het plaatje lacht. Dat is een mogelijke manier om te ontdekken of er ook sprake is van
a. duidelijke stoornissen in het gebruik van veelvoudig non-verbaal gedrag, zoals oogcontact, gelaatsuitdrukking, lichaamshouding en gebaren om de sociale interactie te bepalen.
Veel mensen met autisme kijken liever naar de mond dan naar de ogen van iemands gezicht, dat is echter ook iets wat ons als ‘degene naar wie gekeken wordt’ soms niet opvalt als geen oogcontact maken, want er wordt dan wel naar het gezicht gekeken (en sommige duidelijke emoties worden ook wel van de mond afgelezen).
Ook hoort bij dit punt dat andere non-verbale signalen vaak niet opgepakt worden (zoals binnen iemands persoonlijke ruimte komen zonder te voelen dat dat vervelend is voor diegene, niet begrijpen dat iemand non-verbaal al laat zien dat hij/zij geirriteerd is en er dan van schrikken/niet begrijpen als hij/zij ‘opeens’ ook echt boos is) maar vanwege de jonge leeftijd zijn zulke signalen moeilijker te duiden.

Punt
b. er niet in slagen met leeftijdgenoten tot relaties te komen die passen bij het ontwikkelingsniveau
Dit kan met sociaal onvermogen te maken hebben, maar ook met de interesses die afwijken van die van leeftijdsgenoten. Dit wordt vaak gezien met autisme, maar ook bij hoogbegaafdheid kunnen de interesses en belevingswereld zo afwijken van die van leeftijdsgenoten dat er weinig aansluiting is. Dus enkel de aanwezigheid van dit punt duidt niet meteen op autisme. (In combinatie met de andere dingen die je vertelt gaan mijn gedachten echter wel die kant op. Een hoogbegaafd kind heeft namelijk meestal zeer brede interesses waarvan er een aantal zeer specifiek kunnen zijn en ver boven wat je verwacht van de leeftijd, maar er is dan ook wel ‘gewoon’ (of zelfs ook boven de leeftijd gebruikelijk) begrip van emotionele en sociale gebeurtenissen. Bij hoogbegaafde kinderen gebeurt het echter wel dat ze sociale problemen kunnen krijgen doordat ze voelen geen aansluiting te krijgen als volledige persoonlijkheid: niet met leeftijdsgenoten waar ze op emotioneel en lichamelijk vlak zitten qua ontwikkeling omdat ze daar uit de toon vallen door intelligentie, maar ook niet bij de oudere kinderen/volwassenen waar het denkniveau matcht maar de rest niet.
Dit kan soms moeilijk te onderscheiden zijn van autisme, autistische kinderen hebben vaak ook betere aansluiting bij kinderen die jonger en ouder zijn dan bij leeftijdsgenoten omdat als de leeftijd niet gelijk is het niet met elkaar matchende ontwikkelingsniveau binnen de persoon met autisme makkelijker geaccepteerd wordt. Leeftijdsgenoten hebben dat afwijkende namelijk veel te goed door omdat ze kunnen vergelijken met zichzelf, terwijl jongere of oudere kinderen sneller accepterend kunnen zijn want ‘ach, die is toch niet dezelfde leeftijd dus dan is het oké dat hij/zij niet hetzelfde is als ik/wij’. En vaak hebben kinderen met autisme qua emotionele beleving meer raakvlakken met jongere kinderen, en als ze slim zijn qua intelligentie ook met oudere kinderen en/of volwassenen.

Het ver boven leeftijdsniveau oplossen van puzzels kan duiden op hoogbegaafdheid in combinatie met autisme (Asperger), enkel hoogbegaafdheid, maar het kan ook autisme zijn met normale of beneden-gemiddelde intelligentie. Ook mensen met autisme en een laag iq kunnen bepaalde specialismen hebben waar ze in uitblinken. Savantisme noemen ze dat ook wel. Zo zijn er mensen met autisme die bijvoorbeeld ongelofelijk goed in wiskunde zijn (bijvoorbeeld de getallen van pi tot heel ver achter de komma uit hun hoofd kunnen berekenen), of die tot jaren terug precies weten welke datum welke dag van de week was, of die ongelofelijk snel kunnen zien welk aantal iets is (bijvoorbeeld in één oogopslag zien dat er 3071 mensen op een tribune zitten ofzo), mensen die op fotografisch geheugen tot in de kleinste detail een stad kunnen natekenen, of bijvoorbeeld na één keer horen een compleet pianoconcert kunnen naspelen. En sommige van die mensen kunnen dan wel dat ene ding heel erg goed, maar hebben daarnaast een laag iq of kunnen bijvoorbeeld niet eens praten omdat sociaal contact zo moeilijk voor ze is. Dat zijn extreme voorbeelden. Eén specifiek talent in combinatie met verder lage intelligentie noemt men ook wel ‘idiot savant’ (vind ik niet echt een geslaagde term, maar goed).
Maar ook in minder extreme mate komt het voor onder mensen met autisme (veel vaker dan bij mensen zonder autisme) dat ze één specifiek ding of een paar specifieke dingen erg goed kunnen terwijl de rest (sociaal, emotioneel, motorisch, intellectueel) gemiddeld of ondergemiddeld lukt.

Aan jouw verhaal af te leiden lijkt je kind wel een minimaal gemiddelde intelligentie te hebben, maar meer opvallende trekken en ongebruikelijke manieren waarop die intelligentie wel en niet zichtbaar wordt. Ik denk dat het goed is je kind wel uitgedaagd te houden in de puzzels ook al gaat het boven het gebruikelijke voor de leeftijd. Een gemotiveerd kind is namelijk ook met ‘rare’ trekjes te verkiezen boven een verveeld en gefrustreerd kind (die om zijn verveling te kanaliseren gaat obsederen op schakelaars etc.) Het uit de toon vallen bij leeftijdsgenootjes zal hoe ouder hij wordt hoe meer opvallen, maar met wat aanwijzingen en oefening voor hoe hij moet omgaan met het ‘opvallen’ (niet arrogant worden) hoeft het heel goed kunnen puzzelen op zich sociaal geen groot obstakel te zijn.

Ook kan hetgeen wat hij leuk vindt dienen als beloning voor het overwinnen van moeilijke/saaie/spannende dingen. (Bijvoorbeeld: ‘als je je bord leeg hebt mag je tien stukjes puzzelen’ ofzo.) stel dat je kind nou echt moeite blijkt te hebben met sociaal contact vanuit autisme, dan kan het puzzelen helpend zijn ook in zijn hoofd de emotionele en sociale puzzelstukjes bij elkaar te krijgen. Het kan rust geven en hem bevestigen dat er ook dingen zijn die hij wel goed kan. Je kunt het als je hem sociale dingen wilt leren begrijpen goed gebruiken dat hij zoiets heeft om de informatie te verwerken. Autisme is een stoornis waarbij de informatieverwerking in de hersenen anders gaat dan ‘normaal’, dus ook mensen met autisme die niet een letterlijke puzzel maken hebben vaak puzzeltijd nodig om de informatie te verwerken die ze krijgen. Daardoor zijn veranderingen vaak ook moeilijker, het omschakelen kost meer tijd want het denkproces gaat zegmaar via een omweg door de hersenen in plaats van regelrecht naar waar de boodschap moet zijn. (Terwijl soms boodschappen die ‘normale’ mensen niet doorkrijgen of heel veel tijd kosten bij sommige mensen bij autisme heel snel kunnen gaan, op allerlei manieren zoals die die ik opnoemde bij savantisme). Een taak als puzzelen wordt veel gebruikt door mensen met autisme tijdens een emotioneel/sociaal verwerkingsproces. Andere taken met vergelijkbare werking kunnen zijn: dagdromen, schommelen, wandelen, onkruid plukken, met een dier knuffelen, iets sorteren op kleur, alfabet, datum etc.
Ieder heeft zijn eigen voorkeuren en je kunt soms wel alternatieven proberen als jou manier ongezond wordt, maar die werken heel vaak ook niet, ze moeten wel bij je passen. Wat niet werkt, werkt gewoon niet, waarom is voor ons mensen niet altijd logisch te verklaren.
Als je kind moeilijk te begrenzen is in het stoppen met puzzelen/omschakelen van activiteit kan het helpen er een kookwekkertje naast te zetten met duidelijk zichtbaar hoeveel tijd hij mag puzzelen, of dat je als hij moet afronden zegt: nog (aantal) stukjes en dan gaan we stoppen en (...) doen. Sommige kinderen met autisme hebben ook in hun concentratie niet door dat ze naar de wc moeten, dorst hebben etc en hebben daar wat tijdsbegrenzing voor nodig.

Kinderen met autisme (maar ook andere kinderen trouwens) kunnen ook zeer gevoelig zijn voor aanraking, geur, smaken, texturen van bijvoorbeeld eten of stof van kleding etc. Als je vloerbedekking, een kriebelend kleed of een koude of plakkerige vloer hebt kan ook dat een reden zijn dat je kind niet op de vloer wil spelen. Het verschilt per kind welke tactiele ervaringen als prettig en onprettig worden ervaren. De een zal juist blij zijn met een gladde vloer die niet kriebelt, waar de ander liever op warme vloerbedekking dan op koude tegels of plakkerig zeil zit. Ook zijn sommige kinderen bijvoorbeeld bang voor ‘vies worden’. Zoiets kan mogelijk ook meespelen in de reden dat je kind niet op de grond wil spelen.

Een diagnose hoef je in principe niet te laten stellen, tenzij dat helpend is. Als je het gedrag van je kind niet als problematisch ervaart, of wel maar je kunt al de goede hulp krijgen zonder dat er daarvoor een stickertje op hoeft voor de financiering op gang komt ofzo, ben je vrij om te kiezen of je dat traject in wilt. Op deze leeftijd wordt de diagnose vaak nog niet gesteld tenzij het gedrag erg problematisch en/of duidelijk autistisch is. Daarom is een diagnosetraject op deze leeftijd vaak niet lonend, tenzij het echt nodig is om hulp te krijgen (dat verschilt erg per plaats en organisatie waar je hulp zoekt). Er is voor zulke jonge kinderen vaak ook wel hulp mogelijk zonder dat stickertje, juist omdat op jonge leeftijd het stickertje eigenlijk vaak nog niet te plakken is maar er echt wel meer ouders tegenaan lopen dat hun kind niet ‘normaal’ ontwikkelt. Veel ouders herkennen bij elkaar ook het gevoel te moeten ‘leuren’ met hun kind. Er zijn ook op veel plekken ouderpraatgroepen waar je steun kunt krijgen als je wel zo’n diagnoseproces in moet of als je gewoon even gehoord wil worden en ervaringen wilt uitwisselen. En ook in de kerk zitten vaak wel een paar mensen die ook ervaring hebben met dat één kind wat anders ontwikkelt dan hun andere kinderen. Twijfel ook niet bij de school te vragen naar mogelijkheden voor ondersteuning.
Veel zegen gewenst met de opvoeding!
Sambalbij
17-01-2019 / 17:32
Ik vroeg me al af hoe snel de zelfverklaarde internetdokters de diagnose autisme zouden stellen! Best snel dus. Erg geruststellend voor moeder ook.
Niagara
17-01-2019 / 19:02
@Sambalbij
Natuurlijk kan niemand via internet de diagnose stellen, daarom ook het stukje over de noodzaak van een diagnosetraject. Waarin ook vermeld dat de diagnose op deze leeftijd nog nauwelijks gesteld kan worden.
Het lijkt me dat de moeder prima in staat is van de gegeven informatie af te leiden wat zij herkent in haar kind en wat niet.
Er hoeft niet persé een stickertje op, maar gezien de ervaringen van mensen met autisme van wie het laat ontdekt is lijkt het me niet verkeerd informatie te geven over wat het is zodat de moeder zelf kan oordelen of die mogelijkheid verder onderzoek waard is. Er zijn genoeg ouders die later zeggen: ‘oh had ik maar eerder geweten dat het autisme was. Dat had zoveel leed bespaard.’ En ik denk dat ouders die hun kind goed kennen ook wel aan gegeven informatie kunnen afleiden of dat kloppend lijkt bij hun kind.

Zoals in mijn bericht te lezen is van het eerste deel van de criteria nodig dat minimaal twee van de drie punten worden herkend en daar heb ik toch duidelijk aangegeven maar één van de betreffende punten in het bericht terug te lezen wat op zichzelf niet persé autisme hoeft te betekenen (het kan ook met hoogbegaafdheid te maken hebben, en er zijn natuurlijk ook andere redenen dat kinderen soms niet aansluiten bij leeftijdsgenoten, die niet persé een stickertje hebben of hoeven hebben). Dus dat is niet echt de diagnose autisme stellen lijkt mij. Echter dat er van het tweede deel van de criteria ook punten aanwezig lijken maakt het woord autisme wat mij betreft wel noemenswaardig.

Het noemen van de mogelijkheid, of zelfs het noemen dat de gegeven informatie naar mijn ervaring typerend is voor kinderen met autisme, betekent niet dat het dat dus zonder meer is. Het is geen diagnose stellen. Mensen die daartoe bevoegdheid hebben zouden dat nooit doen aan hand van één bericht. Daar is simpelweg niet aan af te meten of er hier sprake van is, wat precies de reden is dat ik meer informatie geef voor eigen afweging. Ik acht de moeder in kwestie wel zo hoog dat zij weet dat iemand op internet geen diagnose kan stellen, wat ook de reden zou kunnen zijn dat zij vraagt of het de moeite waard is het gedrag van haar kind verder te onderzoeken voor de basisschool. Als zij internetantwoorden als gelijk aan volwaardig onderzoek zag was die vraag toch overbodig geweest?
jorinde
18-01-2019 / 08:01
@ Niagra, @Naturel

Misschien even goed over nadenken en je proberen in te leven wat zo'n schriftelijke reactie met een moeder kan doen? Het is niet niks om zomaar zo'n diagnose te krijgen.
Niagara
18-01-2019 / 15:05
Ik ben geloof ik te veel inhoudelijk geweest en niet duidelijk genoeg over hoe mijn bericht wel en niet bedoeld is. Dus bij deze:

Er hoeft niet persé meer aan de hand te zijn dan wat opmerkelijke gedragingen. Ieder kind is anders, en op jonge leeftijd is gedrag vaak nog niet te duiden. Opmerkelijk gedrag hoeft niet door te zetten en kan bij het ouder worden normaliseren, of deels aanwezig blijven maar prima leefbaar zijn als gewoon niet meer dan een eigenaardig karaktertrekje.
Van wat ik lees, dacht ik echter wel aan hand van mijn eigen ervaring: Er is een mogelijkheid dat het beschreven gedrag duidt op aanwezigheid van een ontwikkelingsstoornis, hoogbegaafdheid of iets anders, waarvan het wel prettig kan zijn dat, als dat zo is, in ieder geval de ouders hiervan bewust zijn zodat er in de opvoeding rekening mee gehouden kan worden.

Gezien de leeftijd is nog niet vast te stellen of er sprake is van een probleem of dat er niets aan de hand is wat zichzelf niet oplost.
Daarom is mijn antwoord bedoeld als informatie ter overweging van de moeder die haar kind in werkelijkheid kan observeren en deze informatie bied ik aan zodat zij indien gewenst zich verder kan inlezen en/of zelf kan observeren óf de mogelijkheid van autisme misschien kan bestaan en/of dat iets is wat bij haar kind (nu of later) de moeite waard is om verder te onderzoeken.
Ik, en niemand, is geautoriseerd om via internet op basis van een bericht een diagnose te stellen/‘geven’.

Het was het opteren van een mogelijke denkrichting. Mijn bewoording is in het bericht wellicht stelliger overgekomen dan de bedoeling was (daar heb ik wel een handje van, geloof ik).

Diagnostiseren is geenszins mijn intentie of wens.
Ook de moeder zelf is hier niet toe geautoriseerd, maar zij is wel degene die haar kind het best kent.
Zij is degene die haar kind moet opvoeden en hulp zoeken als het niet alleen lukt of zij zich zorgen maakt.
Maar dat kan best lastig zijn, om dat zij tegelijk als er ‘afwijkend’ gedrag is niet vanzelfsprekend ineens de kennis in huis heeft om te kunnen begrijpen waar dat vandaan komt, hoe ermee om te gaan en waar informatie en hulp te zoeken 1]. Moederinstinct kan soms een hoop doen, maar niet alles.
Ik heb ook niet alle kennis in huis wat dat betreft, maar wel ervaringsdeskundigheid op GGZ-gebied en voornamelijk autisme (omdat ik dat zelf ook heb). Dat is dus ook de bril waarmee ik keek in het schrijven van mijn bericht, waar een moeder misschien meer zou normaliseren en geruststellen of eigen ervaringen in opvoeding zou delen, en een dokter misschien meer naar lichamelijke oorzaken zou zoeken en bij afwezigheid daarvan concluderen dat het nog maar even aangekeken moet worden.
Ik probeerde een stukje van mijn kennis over te dragen over waar haar verhaal mij aan doet denken. Uit de ervaring dat het erg prettig kan zijn informatie zo toepasbaar mogelijk ter overweging te krijgen om te zien of dat ook echt van toepassing is.
Mijn eigen ervaring en wat ik ook zie bij veel andere mensen, is dat er een kloof is tussen de beschrijvingen in de DSM van autisme en begrip van hoe dat er in de dagelijkse praktijk uitziet. Omdat autisme aangeboren is, niet aangeleerd, is het eigenlijk niet te onderscheiden van de persoon. Je kunt niet zeggen: zo zou die persoon zijn als hij/zij geen autisme had. Veel van die trekjes als bijvoorbeeld ijsberen worden vaak niet anders geïnterpreteerd dan als: ‘dat doet dat kind gewoon, dat hoort bij hem/haar’. En als dat dan niet specifiek genoemd staat in die criteria onder het criterium waar het wel onder valt, gebeurt het vaak dat er dan niet gerealiseerd wordt dat dat criterium van toepassing is 2].
Vandaar mijn verdere toelichting bij sommige van de criteria, zodat voor de moeder te overwegen is of dat herkenbaar is.

Als ze haar kind er niet in herkent is dat een geruststelling lijkt me. Als ze haar kind er deels in herkent, is het mee te nemen als mogelijkheid 3]. Dan is indien gewenst op het onderwerp in te lezen en uit te proberen welke van de opvoedtips voor kinderen met autisme wel en niet helpend zijn bij het kind. Als het wel autisme is, is dat ook geen reden tot paniek. Dan is het fijn om te weten zodat je op tijd handvaten kunt krijgen om ermee om te gaan.
Ook het ene kind met autisme is het andere niet, dus de opvoedtips zijn sowieso maatwerk. Maar dat is wat moeders vaak het allerbeste kunnen als ze de juiste gereedschappen krijgen, omdat zij hun kind heel goed kennen.

Omdat kinderen met autisme anders denken/informatie verwerken is het voor ouders gewoon lastiger om zich daarin in te leven, en kinderen (en ook veel volwassenen) met autisme kunnen ook vaak niet zoveel onder woorden brengen dat er makkelijk bij ze in te leven is. Zij kunnen evenmin buiten eigen referentiekader bedenken wat anderen van hen niet begrijpen.
Als moeder wil je graag kunnen aansluiten bij de belevingswereld van je kind, en kan het pijnlijk en verdrietig zijn als dat niet lukt. Dus als je daar moeilijkheden bemerkt, is het toch fijn dat je gericht iets kan lezen wat er misschien bij kan helpen en kijken of dat je helpt beter bij het kind aan te sluiten?

Dat is de gedachte waarvanuit ik mijn associatie van het vertelde met autisme gedeeld heb.

1]Men zoekt vaak als eerste hulp bij een huisarts. Huisartsen herkennen het in de beperkte tijd en grote werkdruk die ze hebben vaak niet als er sprake is van autisme, begrijpelijk gezien de complexiteit, maar wel reden dat bij de goede hulp terecht komen via de huisarts vaak niet lukt tenzij je zelf al gericht naar het goede vraagt, wat in dat geval dus al eigen expertise vraagt om te kunnen deduceren wat dat goede is om naar te vragen. Dat geldt overigens voor veel ontwikkelingsproblemen, omdat die op jonge leeftijd lastig van elkaar te onderscheiden kunnen zijn.

2] Voor mensen dit nu weer verkeerd interpreteren: Daarmee zeg ik niet dat alle ijsberende mensen autisme hebben. Er is niet voor niets een lijst met criteria waarvan er meerdere moeten passen. Typerend voor studenten die psychische diagnostiek krijgen is dat ze van heel veel diagnoses denken: ‘oh, maar aan dit criterium hier, en dat criterium daar voldoe ik ook!’ Dat is ook logisch want de criteria beschrijven allemaal menselijk gedrag. Dat gedrag kan in meerdere of mindere mate aanwezig zijn in iedere persoon. De diagnoses worden pas gesteld bij bepaalde combinaties van gedragingen als die als hinderlijk/schadelijk/storend ervaren worden en er hulp nodig is. Een gedraging die in de criteria genoemd wordt op zich, is niet per se ziekelijk of duidend op een diagnose, en een criterium kan voor verschillende diagnoses een criterium zijn. Dus trek geen overhaaste conclusies.
Er lopen heel veel mensen op de wereld rond die als ze willen wel een diagnose zouden kunnen krijgen omdat ze voldoen aan de criteria van het een of ander, maar die dat helemaal niet nodig hebben omdat hun leven prima gaat zonder diagnose. Er zijn ook veel mensen met (veel trekken van) autisme die geen diagnose ‘halen’ bij een dokter maar er zelf veel over lezen en zo ook wel om leren gaan met hun lastige trekjes zonder hulpverlening.
En er zijn geen twee mensen hetzelfde, ook als mensen dezelfde diagnose hebben zijn ze gewoon hun eigen persoon, met gedrag wat nou eenmaal ook onder de criteria van de gegeven diagnose valt. Mensen met dezelfde diagnose kunnen soms wel steun aan elkaar hebben omdat ze vergelijkbare problemen herkennen. Een diagnose moet dienend zijn om gerichter te kunnen zoeken naar wat helpend is voor een persoon, niet andersom dat de persoon er is om maar in een hokje te plakken, dat dat zijn/haar definitie is en dat daar niet meer buiten getreden mag worden.

3] De situatie waarin sommige criteria kloppend zijn en niet alle benodigde voor de diagnose, kan heel lastig zijn. Dan kan het zijn dat er sprake is van een andere ontwikkelingsstoornis o.i.d. Maar kan het ook iets niet (blijvend) problematisch zijn. Of dat bepaalde kenmerken nog niet opgemerkt worden door latente aanwezigheid. Het kan je erg doen twijfelen waar je nou goed aan doet.

Het lastige is:
-Er zijn dan vaak mensen die je proberen te kalmeren/sussen met alle goede bedoelingen van dien. Sommige kalmeringen zullen terecht zijn, andere niet.
Dat voelt vaak niet fijn is als je moedergevoel wel ‘alarm!’ zegt. Dan kun je denken ‘ik ben toch niet gek? Ben ik dan overbezorgd? Moet ik het dan ook maar op z’n beloop laten en gewoon niet zo zeuren?’
Neem het moedergevoel serieus. Als je voelt dat er iets met je kind aan de hand is, laat je niet met een kluitje in het riet sturen. Laat je alleen geruststellen als het je écht geruststelt wat iemand zegt en het klopt het hele plaatje. Anders blijft je moedergevoel dooremmeren, en niet voor niets. Het is zeer functioneel dat moeders dat voelen omdat er soms ook rationeel dingen nog niet te verklaren zijn maar die kwesties al wel serieus moeten worden genomen voordat de verklaring er is, want nog niet verklaarbaar betekent niet dat het er niet ís.
-Er zijn ook mensen die opties aandragen wat het kan zijn of wat je kunt proberen, met alle goede bedoelingen van dien. Sommige zullen passen, andere gedeeltelijk of juist echt niet.
Maar die aangedragen dingen kunnen ook zorgen dat je moedergevoel een verkeerde richting wordt gegeven en dat het alarmgevoel paniek wordt, wat zich omzet in vastgrijpen aan die voorgestelde optie wat het misschien kan zijn. En overweldigende machteloosheid als die optie dan onjuist blijkt te zijn. Om vervolgens de hoop weer op iets nieuws te stellen, wat het soms ook weer niet is. (Veel mensen gaan die cirkel meerdere keren door bij een moeilijk te verklaren klacht, lichamelijk en/of geestelijk.) Vaak kun je als je je wanhopig vastgrijpt aan een onjuiste optie ook wel ergens voelen dat het ergens niet klopt, maar negeer je die signalen uit wanhoop en wil dat je het nu gevonden hebt. Ik zou zeggen: neem dat ‘deze-optie-klopt-ergens-ook-niet’gevoel heel serieus als je het hebt. Laat je niet verblinden door de hoop dat je het gevonden hebt maar kijk eerlijk naar de redenen waarom het het wel en niet kan zijn. Durf daar ook je tijd voor te nemen om het helder te krijgen en laat je niet onder druk zetten.

Dus als je zo’n half/half gevoel hebt bij het idee autisme, laat je dan vooral niet aanpraten dat dat het wel of niet moet zijn.
Je kunt bepaalde dingen op deze leeftijd gewoon nog niet zeggen. Wel kun je als je dat wilt/nuttig vindt er dingen over lezen en als je denkt dat het bij je kind kan passen één of meerdere opvoedtips uitproberen die aansluiten op waar je denkt dat hij last van heeft. Maar doe dat niet tegen je moedergevoel in.
minemoesje
22-01-2019 / 16:16
Wat fijn dat we zo goed zijn in stickertjes plakken op onze kids en die van een ander! Hier ook een meisje die puzzelen erg leuk vind en met 3,5 ook puzzels van 50 en 60 stukjes maakt en ik denk dat 100 binnen de kortste keren ook lukt. Alleen spelen met ander speelgoed vindt ze moeilijk, knutselen is wel leuk en boekjes lezen ook. Als moeder merk ik dat het helpt als ik meespeel. Ze gaat nu ook haar fantasie steeds verder ontwikkelen en langzaam komt dit in haar spel terug. Als ik stop met spelen stopt zij ook.
Op school zit ze vaak aan tafel te puzzelen of te kijken naar wat andere kinderen doen.
Ik probeer de lijntjes met de juffen kort te houden en te overleggen wat zij er van vinden. Als reactie hoor ik dat het vanzelf op school wel verder gaat en ze zich geen zorgen maken.
Weg is wat ze erg leuk vindt. Zolang het samen is, is het helemaal leuk!
Ik hoop lieve moeder dat je de juiste mensen om je heen kunt verzamelen die je verder kunnen helpen. Praat over je zorgen, zoek een andere moeder, misschien wel met oudere kinderen waar je herkenning kunt vinden.
Het klinkt mij in de oren als uitdaging zoeken. Als het saai wordt ga je klieren. Probeer ook 1 op 1 activiteiten met hem te ondernemen zonder het kleine broertje en vergeet jezelf niet. Een opgeladen moeder kan ook beter omgaan met de zorgen en frustraties rondom en van haar kind! Praat er over en bidt om kracht en wijsheid. Sterkte van een moeder die veel in je verhaal herkent!
Je kunt niet (meer) reageren op dit bericht. De reactiemogelijkheid is niet geactiveerd of de uiterste reactietermijn van 1 maand is verstreken.

Terug in de tijd

Zelfbeeld en ik-versterking

Kan iemand (dominee) mij helpen wat ik moet met zelfbeeld en ik-versterking? Ik heb het gevoel dat het helemaal niet past bij de Bijbel en belijdenisgeschriften. Dat het allemaal om jezelf gaat. Hoe m...
1 reactie
14-01-2014

Avondmaalsmijding of lichtvaardig aangaan

Ik heb een vraag over het avondmaal. Wij weten en geloven dat als je aan het avondmaal deel mag/kan nemen er een verandering in je leven plaats vindt en dat je niet zo maar aan kan gaan, dat je je and...
6 reacties
14-01-2016

Toch voorbehoedsmiddelen gebruiken

Ik ben een jonge vrouw van begin 21. We zijn nu bijna 2 jaar getrouwd en hebben een lief kindje. Voordat we trouwden hadden we afgesproken geen voorbehoedsmiddelen te gebruiken voor en in het huwelijk...
Geen reacties
14-01-2009
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering