3 visies op de verhoring van het gebed
Ds. P.D.J. Buijs | Geen reacties | 06-03-2005| 00:00
Vraag
Ik zit met een onderwerp, namelijk verhoring van het gebed. Nu weet ik dat zoiets niet het meest gemakkelijke onderwerp voor een predikant is, maar misschien dat u mij toch kunt helpen met enkele gedachten; helpen om een aantal dingen te plaatsen.
Als ik in de Bijbel lees, kom ik vooral in de woorden van Jezus enkele prachtige beloften tegen aangaande het gebed. U zult ze beter kennen als ik, teksten als Mattheus 7:7, Mattheus 7:11, Mattheus 18:19, Mattheus 21:22, etc. Nu zeggen sommige mensen: ja, maar dat geldt alleen voor geloofszaken, voor dingen die Christus dienen; niet voor andere dingen. Vaak maakt men dan een losse verwijzing naar 1 Johannes 5:14 om dit te onderstrepen. Toch lees je in Mattheus 7 duidelijk in de voorbeelden die Jezus gebruikt ook van materiële dingen.
Een tweede groep zegt: ja, gebeden worden verhoord, maar alleen die gebeden die passen in Gods plan. Ik lees hierover echter ook niets in de Bijbel.
Een laatste groep tenslotte (evangelisch?) zegt: je gebeden worden verhoord, zolang je maar gelooft in en vertrouwt op God. Dit lees ik ook in de Bijbel; probleem is echter dat die mensen God dan in hun toepassing van die uitleg vaak lijken te gaan gebruiken als een soort "instant gebedsverhoorder" (met alle eerbied en respect gezegd, weet het alleen niet anders uit te drukken). Dan denk je: de gedachte was goed, maar men schiet iets te ver door.
Kunt u mij een evenwichtige visie hierop geven? Moeten die eerdergenoemde teksten uit Mattheus gelezen worden in het licht van Johannes 5:14? Of is het meer net als in Mattheus 21:21; dat wij zo'n klein geloof hebben dat ook ons gebed (Markus 9:23 en 11:24) krachteloos is door een gebrek aan geloof, en dat wij daarom "uitvluchten" zoeken ten opzichte van teksten die ons dat gebrek duidelijk doen voelen?
Antwoord
Beste lezer(es),
“Nooit kan 't geloof teveel verwachten”, zingt een lied. En dat is waar. Tegelijk zullen we op dit tere terrein (dat is het toch als het gaat om onze gebeden) nauwkeurig moeten luisteren naar de Schriften.Van belang is dan altijd in de eerste plaats: waar staat een tekst in de Bijbel? Wat over het gebed wordt gezegd staat ook steeds in een bepaald verband.
Neem als voorbeeld Matt. 7. Neem je het parallele gedeelte erbij (Luk. 11) dan blijkt dat voorafgaande aan de bekende woorden “bidt en zal gegeven worden”, etc. het gebed des Heeren (het “Onze Vader”) te staan. Het bidden dat Jezus bedoelt zal dus in de lijn moeten liggen van het “Onze Vader” Als je zo bidt, zal je gegeven worden!
Om dan meteen een andere vraag te beantwoorden: dat gaat over zowel “materiele” als “geestelijke” dingen. Je ziet: ik zet die woorden tussen aanhalingstekens. Want wat is geestelijk en wat is materieel? Het gaat erom dat we heel ons leven op een geestelijke manier beleven, en daar vallen ook de materiele dingen onder! Denk aan de bede: “Geef ons heden ons dagelijks brood”. Maar in dat “volmaakte gebed” dat Christus Zijn discipelen leerde gaan andere dingen voorop: Gods Koninkrijk, Zijn Naam, Zijn wil. En alles wat dat dient in ons leven wil de Heere ons geven. Kleding, voedsel, een huis, etc., om Hem daarmee te dienen.
Als gezegd wordt: de gebeden die in Gods plan passen worden verhoord, is dat op zich waar. Alleen: wij kennen dat plan van God niet precies. Wij mogen en moeten uitgaan van alles wat Hij ons bevolen heeft om te bidden (zie vr. en antw. 118-119 catechismus). Ja, we mogen al onze begeerten door bidden en smeken, met dankzegging, bekend maken bij God. Geeft Hij ons dan altijd precies wat wij vragen? Nee, niet altijd. En we weten ook niet altijd precies waarom. Maar aan de oprechte bidder geeft Hij in elk geval Zijn vrede (zie Filipp. 4 : 6 en 7). Iemand heeft eens gezegd: God regeert de wereld door de gebeden van Zijn kinderen. Met andere woorden: ook die gebeden zijn in Zijn plan opgenomen. Wat zie je dat duidelijk in Openb. 8: in antwoord op de gebeden van Zijn kinderen barsten de oordelen over de aarde los.
Als gezegd wordt: je gebeden worden verhoord, als je maar gelooft in en vertrouwt op God, past daar toch een kanttekening bij. Je kunt niet zeggen: als er maar een vertrouwen op God is ( in het algemeen) dan worden mijn gebeden wel verhoord. Ook iemand die zegt op God te vertrouwen kan soms verkeerd bidden (Jak. 4:3). Of... anders verhoord worden (Mozes die ondanks zijn gebed het beloofde land niet in mocht, Paulus die ondanks zijn gebed de doorn in zijn vlees niet kwijtraakte).
Samenvattend: we mogen in het gebed grote verwachtingen van de Heere hebben en vrijmoedig pleiten op Zijn beloften. Tegelijk kan de Heere een grens stellen aan de verhoring, die voor ons niet altijd meteen inzichtelijk is. Zijn wegen zijn meer dan eens anders dan wij gedacht hadden. Een ding is zeker: met een oprecht gebed dat Hem aanspreekt op Zijn Woord doet de Heere altijd wat. Soms op een ongedachte manier en op een ongedachte tijd.
Nee, gebed is geen 'druk op de knop'. Maar het is wel de weg waarin de Heere Zijn zegeningen wegschenkt. Lees maar eens wat de Heere aan het eind van een machtig hoofdstuk vol beloften zegt: Ezechiel 36:37. Mochten er toch onduidelijkheden overblijven, dan lees ik het wel.
Tot slot noem ik twee prachtige boeken over het gebed, vol bijbels onderwijs:
- J.P. Versteeg, Het gebed volgens het Nieuwe Testament (Buijten en Schipperheijn, Amsterdam);
- C.G. Vreugdenhil, Als je bidt (Groen, Heerenveen)
Ik wens je de Geest van de genade en van de gebeden toe!
Hartelijke groet, ds. P. D. J. Buijs
Dit artikel is beantwoord door
Ds. P.D.J. Buijs
- Geboortedatum:02-11-1961
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Nunspeet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: