Geen vrouwen in de politiek?
Ds. H. Paul | Geen reacties | 09-01-2006| 00:00
Vraag
Waarom mogen sommige predikanten niet in alle Ger. Gem-gemeenten preken?
En waarom mogen er geen vrouwen in de politiek? Dat laatste staat ergens in de Bijbel zeggen ze, maar waar dan?
Antwoord
Beste vraagstel(ler)ster,
Wat je eerste vraag betreft kan ik kort zijn. Een kerkenraad is bevoegd om voor te laten gaan aan wie men de voorkeur geeft. Dit hangt samen met de visie van de kerkenraad om bepaalde accenten van de geloofsleer sterker benadrukt te willen zien dan door sommige predikanten wordt gedaan. Andere kerkenraden zien dat weer anders. Vandaar het onderscheid.
Wat de tweede vraag betreft, daar moet ik meer van zeggen. In Gen. 27 lezen we: "En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; man en vrouw schiep Hij ze". De nadruk valt daar op de gelijkwaardigheid van man en vrouw. Maar deze gelijkwaardigheid neemt echter de ongelijkheid niet weg. We lezen in Gen. 2:18: "Het is niet goed, dat de mens alleen zij; Ik zal hem een hulp maken, die als tegenover hem zij". Er is dus enerzijds overeenkomst, anderzijds is er verschil. Dat is door de Heere duidelijk gewild. We gaan tegen de scheppingsorde in, als we de man en de vrouw in alles aan elkaar gelijk stellen. De vrouw heeft een andere plaats gekregen dan de man. Dit verschil te erkennen houdt eerbiediging in van Gods Woord en heeft niets te maken met traditionele en verouderde ideeën.
Dit onderscheid heeft gevolgen voor de verdeling van de arbeid die door de Heere aan de mens is opgedragen. Dat geldt zowel het werk in de schepping als in de gemeente. De vrouw is als "hulp tegenover de man" niet achter gesteld bij de man, maar zij heeft een eigen plaats, een eigen waarde en een eigen recht van God gekregen. De man kan op haar plaats niet staan. Net zomin als zij op de plaats en in de funktie van de man kan staan.
De zonde heeft ingrijpende gevolgen gehad in verhouding tussen man en vrouw. Daardoor is de harmonie verstoord en de onderworpenheid van de vrouw aan de man is er het gevolg van. Lees het huwelijksformulier er maar op na. Maar door herscheppende genade worden man en vrouw weer beelddragers van God. Zie Gal. 3:28. Dan wordt de orde van de scheppnig hersteld, al blijft alles hier maar ten dele. Vanuit Gods Woord wordt de plaats aangewezen aan man en vrouw. In Ef. 5 wordt ieder de huiselijke plichten aangewezen. In 1 Kor. 11 en in 1 Tim. 2 worden we onderwezen over de plaats van de vrouwen in de gemeente.
Daardoor is in de loop der tijden in het staatkundige leven aan vrouwen geen leidinggevende plaats gegeven. Door de emancipatie wordt nu deze wel opgeëist. Dat brengt gewetensconflicten mee voor hen die zich op Gods Woord beroepen en deze woorden ook nu van toepassing verklaren op het staatkundige leven.
De vraag blijft wel of men aan anderen, die een andere mening hebben, eigen gedachten dwingend mag opleggen.
Hartelijke groet,
Ds H. Paul
Dit artikel is beantwoord door
Ds. H. Paul
- Geboortedatum:16-07-1928
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Moerkapelle
- Status:Inactief