Conflict met familielid
Ds. R. W. van Mourik | 2 reacties | 17-11-2017| 07:55
Vraag
Ik loop al enige tijd met een zaak waar ik graag eens de visie van een predikant over wil horen. Het is namelijk zo dat ik mijn baan heb moeten beëindigen omdat ik werkte met een (vrouwelijk) familielid (hierna X genoemd) die het leven op mijn werk voor mij ondraaglijk maakte. Ik kreeg er slaapproblemen door, diep verdrietig over het onrecht wat telkens plaats vond (daar heb ik nog steeds last van), ik werd zeer onzeker over mezelf, veel stress en ik ging dagelijks met lood in mijn schoenen naar mijn werk. In gesprek gaan met X was onmogelijk. Wat ik ook zei, alles werd 180 graden gedraaid zodat de kwesties altijd bij mijzelf terecht kwamen. En het gesprek eindigde ook altijd met gillen. Mevr. X maakte namelijk absoluut geen fouten, er was er maar één heel erg goed in haar werk en dat was zij. De details van wat er allemaal gepasseerd is laat ik maar even in het midden, ik praat er liever niet meer over. Maar dat ik de duistere kant van X heb leren kennen lijdt geen twijfel.
Het punt is dat ik nu niet meer wil dat X nog deel uitmaakt in mijn leven. (Tot zij zich zal bekeren van haar duistere praktijken.) Naar alles wat ik van X gezien en meegemaakt heb zie ik het zelfs zo dat ik geen omgang met haar meer mág hebben (zolang er geen inkeer/bekering is). Iemand die zegt christen te zijn maar in praktijk zó met de medemens omgaat. Zó slecht en doortrapt zonder enige vorm van schaamte of spijt of een grammetje naastenliefde. Altijd op zichzelf gericht en er toe in staat bleek te zijn om met leugen en bedrog haar gelijk te krijgen. Door laster, kwaadspreken de andere collega’s aan haar front te krijgen. De situatie was echt ernstig, voor mij onhoudbaar. Op verjaardagen feliciteer ik gewoon iedereen zoals het hoort dus ook X, op straat groet ik haar gewoon, hoewel minder hartelijk maar ik steek wel mijn hand uit. Meer dan dit zit er niet meer in.
Dit is de situatie, nu mijn vraag. Met mijn vriendin heb ik altijd alles besproken. Zij vindt deze situatie in de familie best erg. Ik krijg het gevoel dat van mij als christen verwacht wordt dat ik normaal om moet blijven gaan met X. Dat ik dat een soort van verplicht ben. In dit licht heb ik de uitspraak gedaan dat Jezus ook niet met iedereen omgang had. Nu zit ik met het onderhuidse gevoel dat deze uitspraak mij kwalijk wordt genomen. Hier ga ik nog over in gesprek natuurlijk, maar eerst zou ik wel eens willen weten, hoe kijkt een dominee hier eigenlijk tegenaan? Wat denkt u, is mijn uitspraak (vanuit Bijbels perspectief) echt zo onchristelijk? Naar mijn weten ging Jezus met iedereen vriendschappelijk om die vóór Hem was, maar niet met mensen die tégen Hem waren. De farizeeën bijvoorbeeld die Hem steeds wilden verzoeken, ging Jezus met hen zo vriendschappelijk om? Als Hij zoiets niet gedaan heeft waarom zou bij mij dan de druk liggen om dat wel te moeten doen (denk ik dan)? Zit ik nu echt zo fout als ik zo in het leven sta?
Knelpunt voor mij is dat ik graag Zijn beeld wil uitdragen in mijn leven en dat is door mijn houding tegenover X nu misschien niet het geval. Nu ga ik waarschijnlijk iets te horen krijgen over “je moet vergeven.” Maar dan loop ik eigenlijk tegen een soortgelijke vraag aan: vergeven, ja natuurlijk, maar ook als X geen enkele vorm van spijt toont en blijft liegen over wat is voorgevallen? Ik geloof werkelijk dat God bij haar eerst zal moeten ingrijpen want uit haar zelf zal ze nooit haar falen toegeven. Zou ik dan als christen verplicht zijn om haar te vergeven? Nu zijn het twee vragen geworden, maar ze hebben beide wel dezelfde strekking.
Antwoord
Een vervelende situatie waarin je terecht bent gekomen. Zeker omdat het een familieband is en het ook nog niet uitgepraat kan worden. Ja, in die gebrokenheid leven we als christenen. Het zou zo niet moeten zijn, maar helaas is de weerbarstige werkelijkheid anders. Nu heb je twee vragen die veel met elkaar te maken hebben.
Allereerst vraag je je af of je niet op dezelfde manier als Jezus met de farizeeën omging ook met je familielid mag omgaan. Nu is het wel zaak om in het oog te houden dat, alhoewel Jezus kritisch omging met deze geestelijke leidslieden van het volk, Hij hen wel liefhad. Hij haatte hen niet. Dus ondanks de kritiek die Hij had, had Hij hen wel lief. Heeft Hij immers niet zelf gezegd dat je zelfs je vijanden moet liefhebben. Natuurlijk is dat niet gemakkelijk, maar dat is wel leven naar het Beeld van Christus. Zoals Paulus later in de brief aan Filippi zegt dat de gezindheid van Christus in ons moet zijn (Filip. 2:5). Dat betekent overigens niet dat je het familielid haar fouten vergeeft. Vergeving kan alleen maar plaatsvinden als ze eerst beleden zijn. Dat is van de kant van dat familielid (nog) niet gebeurd. In die zin mag je er om bidden dat er bij haar bekering mag plaatsvinden. Zolang dat niet gebeurd is, heb je haar op die manier te benaderen zoals je dat nu steeds doet. Geen ontwijken van haar, maar wel wachten op inkeer van haar kant. Naar mijn gevoel neem je een juiste houding in en is je niets te verwijten. Als er niets is uitgepraat kan er niet op een zelfde manier omgegaan worden met haar als dat je dat doet met andere familieleden. Als er één is die dat moet begrijpen, is dat het bewuste familielid die niet wil weten van spijt en berouw. We hopen dat God daar een wending in brengt. Dan komt het er op aan om die ander echt lief te hebben en ook te kunnen vergeven. Zover is het echter nog niet. Dat vraagt wijsheid en geduld.
Ds. R. W. van Mourik,
Alblasserdam
Dit artikel is beantwoord door
Ds. R. W. van Mourik
- Geboortedatum:07-02-1958
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Alblasserdam
- Status:Actief