De Heere moet het geven
Ds. J. Driessen | Geen reacties | 15-08-2004| 00:00
Vraag
Ik zit met een zaak waar ik de laatste tijd veel mee bezig ben. De Bijbel spreekt heel duidelijk dat ik me moet bekeren en moet geloven. Bij ons in de kerk wordt daar niet zoveel de nadruk op gelegd. Het is meer: De Heere geve het. Vraag er maar veel om. Ik moet zeggen dat ik dat ook veel doe en ik weet dat de Heere me het moet geven.
Toch lees ik bij anderen (Puriteinen, zoals Spurgeon, Ryle, etc.) dat ik mij moet bekeren en het evangelie geloven. Vooral Spurgeon dringt daar zeer op aan. Maar ik kan niet zomaar geloven. Het erge is ook dat ik mij niet echt zondig voel. Ik weet dat ik het ben en belijd dat aan God, maar ik heb er (en dat vind ik echt erg) geen verdriet over. Mijn leven beteren zet ook geen zoden aan de dijk, want ik kom geen stap dichter bij Hem. Toch heb ik God nodig en wil ik graag een kind van Hem zijn. Hij is goed. Wat adviseert u mij?
Antwoord
Vanwege de vakantietijd heeft deze vraag (te) lang op beantwoording gewacht. Veel liever zou ik met de vraagsteller(ster) een persoonlijk gesprekje hebben over de dingen die hier aan de orde gesteld worden. In een gesprekje kunnen denk ik, als je wat meer achtergronden weet, zaken duidelijker worden. Maar goed, ik zal proberen om op enkele aspecten van de vraag in te gaan.
De eis tot bekering en geloof is inderdaad een bijbelse eis. De Puriteinen hebben dat voluit gepreekt, maar ook onze Dordtse Leerregels spreken daar heel nadrukkelijk over. Denk maar aan de zinsnede uit II, 5 dat de belofte van het Evangelie verkondigd en voorgesteld moet worden met bevel van bekering en geloof, en dat aan allen, zonder onderscheid, tot wie God naar Zijn welbehagen Zijn Evangelie zendt. Dat Evangelie mag dus niet verkondigd worden zonder de eis van bekering en geloof. De Heere heeft recht die te eisen want Hij heeft ons goed geschapen, zodat we alles konden volbrengen wat God van ons eist. Dat wij door de zonde niet kunnen geloven en ons niet kunnen bekeren is onze schùld! Maar dat betekent niet dat God iets van Zijn bevel of van Zijn eis afdoet. Integendeel, het blijft gelden: bekeert u! Dit is Zijn gebod, dat wij geloven in de Naam van Zijn Zoon. En wat een wonder dat de Heere ook Zelf gééft wat Hij eist. Daarom mogen we met Augustinus vragen: Heere, ik heb het niet verdiend, maar gééf wat u van mij eist; bekeer mij, zo zal ik bekeerd zijn!
Ja, zeg je misschien, maar ik kan God niet vinden; ik bid wel, maar ik kan niet bidden; ik merk niet dat er iets verandert in mijn leven; ik ben zo lauw en zo dood! Maar dan zeg ik toch: strijk eens over je voorhoofd. Dan is je hand nat. Want doopwater droogt nooit op. Dat blijft geldig, je leven lang! Onze NGB zegt daarvan: onze doop is niet alleen van nut, zolang het doopwater op ons is, maar ook al de tijd van ons leven. Vraag, ootmoedig daarop pleitend, bedelend als een arme zondaar, aan de Heere, of Hij met Zijn Heilige Geest wil binnendringen in je leven en je leven nieuw wil maken. Zeg maar: "Heere, ik laat U niet gaan, tenzij dan dat Gij mij zegent".
Moet je zeggen dat je zo'n stenen hart hebt; dat je de Heere niet op Zijn Woord wilt en kunt geloven? Hoor wat de Heere zegt: "en Ik zal het stenen hart uit hun vlees wegnemen, en zal hun een vlesen hart geven" (Ezech. 11:19b). Is er in je hart geen hartelijk berouw, geen verbrokenheid? Dan zegt de Heere: dat werk IK! "Zij zullen komen met geween, en met smekingen zal Ik ze voeren" (Jer. 31:9).
Verder wil ik je adviseren om te lezen het prachtige boekje van Lambertus Myseras: "De geestelijke pelgrim; der vromen ondervinding op de weg naar de hemel", een uitgave van Pieters in Oostburg. Waarschijnlijk nog wel in de boekhandel verkrijgbaar.
Met hartelijke groet, ds. J. Driessen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J. Driessen
- Geboortedatum:25-07-1939
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Ds. Driessen is op 12-02-2021 overleden.