Muziekkeuze kan ouders niet bekoren (2)
G. Slurink | Geen reacties | 14-12-2016| 16:16
Vraag
Zou ik over deze vraag een vervolgvraag mogen stellen op 'Muziekkeuze kan ouders niet bekoren'? Dit antwoord raakt voor mij wel direct een belangrijke kern van opvoeden, namelijk dat je je kinderen leidt tot de Bron. Dat is het antwoord aan deze jongere. Het roept bij mij als opvoeder (met aankomende pubers) ook wel wat vervolgvragen op. Dat komt omdat ik zelf een zeer opstandige puber was thuis. De houding die ik ontmoette was niet de houding zoals dhr. Slurink hier heeft. Mijn ouders zullen wel het beste gedaan hebben wat ze konden. Zij zeiden zoiets als: “Deze muziek kan toch echt niet. Die is echt verkeerd! Dat mag je niet doen en willen we niet.” Meer gesprek was er niet mogelijk, hoewel mijn vader intelligent was en ik dat zelf denk ik ook wat meer dan gemiddeld ben.
Ik had dus duizend vragen en gedachten, maar die konden daar niet zijn. Nu zoek ik blijkbaar alsnog een beetje wijsheid. Want, hoe zit het als je kind deze stap niet kan maken? Ik kon dat destijds zeer zeker niet. God was veel te hoog, heilig en ver weg, voor echte gelovigen, waar ik nog lang niet bij hoorde. Toch zou ik nu als ouder natuurlijk wel wensen dat ik mijn kinderen kon opvoeden met de houding die dhr. Slurink hier weergeeft.
Ik worstel evengoed met die houding van mijn ouders die zich in mij genesteld heeft. Hoe zal ik mijn kind bij deze vragen tegemoet treden? Enkele kinderen van mij en ik hebben een zeer sterke wilskracht, worstelen met lage eigenwaarde en komen erg moeilijk tot overgave. Hoe zullen wij dan omgaan met dergelijke botsingen? Kan ik als ouder echt die gehoorzaamheid vragen, zolang we in één huis samenleven? Of is er sprake van beginnende volwassenheid en laten we daar onze kinderen meer en meer los en leven ze voor eigen verantwoording?
Ik ben ook heel benieuwd of de vragensteller die overgave kan ‘bereiken’. Hoe zal het gaan als dat niet lukt? Als hij toch van mening blijft (en ook ik vraag me dat af) dat deze muziek gebruikt moet kunnen worden? Ik ben overigens wel blij met het scherpe en liefdevolle antwoord, al versta ik niet alle facetten ervan. Hoe kun je bijvoorbeeld, als God voorop staat, muziek kiezen die bij je eigen overtuiging past? Misschien moet ik me dat niet afvragen, maar alleen eerst God zoeken.. maar toch. Hoe gaat dat? Dank voor uw tijd alvast.
Hartelijke groet, een jonge moeder.
Antwoord
Beste jonge moeder,
Als ik terug kijk naar mijn eigen jeugd zie ik daar ook veel opstandigheid. Ik verlangde er naar helemaal mijn leven zelf te kunnen bepalen. Alhoewel mijn ouders me relatief vrij lieten, zeiden ze het wel altijd als ze iets verkeerd vonden. Maar als ik dan navroeg waarom, hadden ze -naar mijn smaak- ook niet altijd een overtuigend antwoord. Echter te midden van dit alles hebben ze me iets meegegeven dat denk ik heel belangrijk was en dat was de realiteit van de levende God die niet met Zich laat spotten. Dit zorgde ervoor dat ik diep van binnen altijd een aangevochten geweten had, want ik ben me er altijd van bewust geweest dat ik in de kern van de zaak in opstand was tegen Hem. Uiteindelijk heeft me dat vele jaren later bij de Heere Jezus gebracht.
Ik denk niet dat het veel anders zou zijn gegaan als ze anders hadden gehandeld of andere antwoorden hadden gehad, want het probleem was simpelweg dat ik wilde doen wat ik zelf wilde. Ik was een opstandige zondaar die zijn eigen gang wilde gaan en de vervulling van zijn begeerten zocht. Ik denk dat geen enkele hoeveelheid aan regels of goede argumenten daar iets aan had kunnen veranderen, want het probleem zat in mijn hart.
Daarom ben ik in het antwoord bij de aangehaalde vraag ook niet ingegaan op de muziek of de muziekkeuze zelf. Daar zou wat over te zeggen zijn, maar daarmee had ik de vraagsteller op zijn hoogst ervan kunnen overtuigen de muziekkeuze te herzien, maar daarmee was ik denk ik voorbijgegaan aan de kern van het probleem. Als namelijk iemand zo sterk wil vast houden aan iets, in dit geval aan bepaalde muziek of een bepaalde muziekstijl, dan zit daar hoogstwaarschijnlijk iets achter wat dieper gaat, namelijk enerzijds dat we ons geluk zoeken in de verkeerde dingen, en anderzijds onze zelfgerichtheid, de neiging om zelf te willen bepalen en te doen wat we zelf willen, en te willen doen en hebben wat we zelf willen, inclusief als het om zaken van God gaat. Daarom haalde ik ook het vijfde gebod aan, niet om deze vraagsteller aan te sporen zich toch vooral aan dat gebod te houden, maar om aan te tonen dat de vraagsteller zich daar in de grond van het hart eigenlijk helemaal niet aan wil houden als het er op aan komt. En daarmee komen we tot de kern van de zaak.
De kern is dat we ons van nature niet van harte willen onderwerpen. “Er is niemand rechtvaardig, ook niet één, er is niemand die verstandig is, er is niemand die God zoekt” zegt Paulus in Rom 3:10-11. Dat wil zeggen, sommigen zoeken wel een God die hen moet brengen wat ze verlangen, wat dat dan ook is, en ze proberen daarbij zelfs deze God voor hun karretje te spannen. Maar niemand zoekt van nature werkelijk de God die leeft om zich van harte aan Hem te onderwerpen, ongeacht de kosten, om te luisteren naar Hem en zich te laten vormen naar Zijn wil.
Om dat probleem openbaar te maken gaf God de wet. Maar het gebod kan niet leiden tot gehoorzaamheid, omdat de oude mens, onze zondige natuur, dat helemaal niet kan en in de grond van de zaak ook helemaal niet wil. De wet eist van ons wat we niet kunnen en niet willen. Het doel van de wet is dan ook dat we dit leren zien, en dat we daarmee onszelf failliet verklaren wat eigen rechtvaardigheid betreft, en het gaan zoeken en vinden in de genade die tot ons gekomen is in het evangelie van de Heere Jezus.
Wat nodig is, is een verandering van het hart. Maar regels kunnen dat niet bewerkstelligen. Regels zijn nodig om onze zondige natuur binnen de perken te houden en richting te geven. In elke samenleving, of dat nu de maatschappij in ruimere zin betreft of de kleinere omgeving van het gezin, zijn regels nodig, omdat ieder mens van nature zijn eigen wil zoekt en daarbij geneigd is tot allerlei kwaad. De kranten staan daar vol van en als we oprecht naar onszelf kijken komen we dat daar ook constant tegen, in kleine dingen en in grotere dingen.
Regels en wetten kunnen het hart niet veranderen. Dat kan alleen de genade. De wet maakt openbaar wat er in ons hart is en doet de zonde kennen. Maar de genade leidt tot gehoorzaamheid van het hart. Want: “Wij hebben Hem lief, omdat Hij ons eerst heeft liefgehad” (1 Joh 4:19) en wie beseft dat hem of haar veel vergeven is heeft veel lief (vgl. Luk 7:36-50). Dat verandert ons hart zodat we niet langer onszelf zoeken maar er naar gaan verlangen te veranderen om Hem welbehaaglijk te zijn. Wat daarvoor nodig is, is dat we (steeds meer) beseffen hoe groot de allesovertreffende rijkdom van Zijn genade in het evangelie is.
Daarom, alhoewel ik als ouder mijn kinderen goede gedragsregels en omgang met anderen wil bijbrengen, ben ik me bewust van de beperkingen van wat regels tot stand kunnen brengen. Ik kijk waar mijn kinderen mogelijk gevaar lopen, fysiek of geestelijk, en probeer ze daar te beschermen, ook met behulp van regels, om mogelijke schadelijke gevolgen van verkeerde daden te voorkomen. Maar ik weet dat daarmee de zondige natuur niet weg is. Deze zal zich blijven openbaren in duizend-en-één andere dingen.
Dus dit zijn voor mij kernzaken in de opvoeding, allereerst het kernprobleem te onderkennen: onze zondige natuur, ten tweede de wet te gebruiken zoals die bedoeld is: als tuchtmeester die beschermt en die onze zondige natuur openbaart en ten derde de genade van het evangelie dat als enige het hart kan veranderen.
Wanneer kan iemand nu deze stap van een overgave aan de Heere Jezus maken? Ik weet nog dat toen ik tot bekering kwam en dat mijn vrienden vertelde, dat ik dacht dat als ik het hen nu duidelijk uitleg, dat zij zich ook wel zouden bekeren. Maar dat gebeurde niet. Ik vroeg toen een tijdje later aan onze voorganger: hoe komt het dat ik wel tot geloof ben gekomen, maar mijn vrienden niet? Wat heb ik dat zij niet hebben? Hij gaf toen denk ik een heel goed en bijbels antwoord: het is niet wat je hebt maar het is wat je niet hebt. Alleen iemand die met lege handen komt te staan, kan ontvangen. Iemand die de handen vol heeft kan dat niet. God maakt ons de handen leeg. Wie dat laat gebeuren kan ontvangen. Wie zich daar tegen verzet niet. Een bijbels voorbeeld hiervan is de Samaritaanse vrouw. Als ze niets meer van zichzelf heeft om op te steunen is ze in staat de Heere Jezus als de Messias aan te nemen. Het tegendeel zien we bij de rijke jongeling die vastzit aan zijn vele goederen of de Farizeeërs die zichzelf al rechtvaardig en rijk achten.
Op zich vind ik daarom een lage eigenwaarde niet zo'n probleem, mits het in goede banen wordt geleid. Uiteraard is een compliment of een bevestiging als aanmoediging altijd goed. Maar iemand die (te) hoog van zichzelf denkt kan niet ontvangen, iemand die weinig van zichzelf denkt veel eerder. En als we weten dat we waarde hebben in de Heere Jezus, hoeven we onszelf niet meer te bewijzen bij God om ons geliefd te maken en zijn we ook niet meer zo afhankelijk van wat anderen van ons vinden.
Overigens wil ik hierbij nog opmerken dat deze overgave ook een voortdurend terugkerend proces zal zijn, ook bij onszelf. Er is denk ik een eerste bekering waarbij we het evangelie (enigszins) gaan begrijpen en van harte gehoorzaam worden daaraan. Maar daarna, als het licht steeds meer gaat schijnen in ons leven, zullen we ook steeds weer dingen tegenkomen waar we leren inzien dat we op allerlei gebied nog steeds proberen vast te houden aan onze eigen wil en dat beetje bij beetje leren opgeven.
En wat nu, zoals u zegt, als je kind deze stap (nog) niet kan of wil maken en wil vasthouden aan eigen keuzes en er botsingen komen? Ik denk dat u als ouders keuzes moet maken op welke punten u strikte gehoorzaamheid wilt verlangen en waar u wilt gedogen, rekening houdend met gevolgen voor alle betrokkenen, inclusief andere huisgenoten. Probeer voor uzelf duidelijk te krijgen waarom u bepaalde dingen afwijst en zou willen verbieden. Als er dan vragen komen is het belangrijk degene die de vraag stelt altijd serieus te nemen. Maar probeer daarbij ook te kijken wat er achter de vraag schuilt en probeer dat openbaar te krijgen. Nogal eens worden vragen niet gesteld met het doel een antwoord te krijgen maar meer om de eigen zin door te drijven.
Maar als het wel een serieuze vraag betreft waarbij wordt gezocht naar wat juist is om te doen, probeer dan samen het antwoord te vinden, niet vanuit traditie of eigen bedenksels, maar vanuit de Bijbel. Probeer dat indien mogelijk samen te doen met uw kind, liever dan als opgelegd antwoord dat uw kind óf kan accepteren óf naast zich neer te leggen. Probeer het hart te winnen, liever dan met regels het gedrag te veranderen. Ik denk dat het goed is, met zachte toon, altijd het geweten aan te spreken. Iemand zei eens dat we niet iemand tot bekering en geloof kunnen brengen, maar wat we kunnen doen is, figuurlijk gesproken, bij iemand een kiezelsteen in de schoen te plaatsen zodat deze wordt gevoeld bij iedere stap en zo telkens in herinnering komt. Ik vond dat een nuttige illustratie. Zo kunnen we tot iemands geweten spreken en als God het schenkt zal dit vroeger of later uitwerking hebben.
Waar uw kind de verantwoordelijkheid aan kan zelf keuzes te maken kunt u ruimte geven, maar ik zou dat niet doen op een basis van: doe zelf maar wat je goed lijkt. Verantwoording betekent dat uw kind zijn of haar keuzes ook moet kunnen verantwoorden. Bovendien hebt als ouder de verantwoording over het hele gezin, dus waar het zaken betreft die ook anderen aangaan blijft u verantwoording houden.
Bedenk ook dat een antwoord soms wat dieper kan liggen. De Bijbel geeft bijvoorbeeld geen rechtstreekse antwoorden over een muziekstijl. Toch betekent dat niet dat de Bijbel hier niets over te zeggen heeft. Want als we kijken naar wie God is, wat de bijbelse boodschap is, wat aanbidding is en dergelijke, kunnen we leren inzien dat bepaalde muziek hier niet mee samen kan gaan omdat het een andere teneur heeft.
Probeer hierbij ook vooral te getuigen van uw geloof. Als u kent zeggen: “ik heb problemen hiermee om deze en deze redenen want het promoot een andere levenshouding en voert daarmee een andere kant op dan wat ik vind in de Bijbel, en ik wil dicht blijven bij mijn Heere en Heiland en Hem volgen en gehoorzamen”, dan heeft dat misschien meer uitwerking dan een theologisch waterdicht argument over de zaak zelf.
Het is belangrijk altijd Jezus te verkondigen. God is inderdaad hoog, heilig en ver weg, onbereikbaar voor ons. Maar Hij heeft Zich in de Heere Jezus tot ons vernederd en is zo heel dichtbij gekomen. Wij kunnen niet opklimmen tot de hemel maar Hij is afgedaald naar ons toe. Er is geen weg tot God buiten Jezus om. Iedereen moet worden genodigd tot Hem te komen (Matt 28: 19) en niemand mag worden geweigerd, tot het kleinste kind toe (vgl. Mark 10:13-15). Daarom moet altijd het evangelie worden verkondigd, niet als een inhoudsloos evangelie dat God van alle mensen houdt, maar wel laagdrempelig, in het bijzonder aan opstandige zondaars, want Jezus zegt: “Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, maar zondaren tot bekering” (Luk 5:32) en “Want de Zoon des mensen is gekomen, om te zoeken en zalig te maken, dat verloren was” (Matt 18:11, Luk 19:10). Dit was in de eerste plaatst gericht aan het volk Israël. Maar zoals God al sprak in Jesaja 49:6: “Het is te gering dat U voor Mij een Knecht zou zijn om op te richten de stammen van Jakob en om hen die van Israël gespaard werden, terug te brengen. Ik heb U ook gegeven tot een Licht voor de heidenvolken, om Mijn heil te zijn tot aan het einde der aarde.” Jezus is gekomen om verloren en opstandige zondaren uit alle volkeren te roepen tot bekering en hen te redden. Dit is de belangrijkste boodschap om mee te geven aan onze kinderen en aan wie dan ook, en alleen dit kan het hart veranderen.
Het antwoord is wat langer geworden dan ik had bedoeld, maar ik vond dat ik er niets van weg kon laten. Ik hoop dat het u een beetje helpt. Ik weet, ook als ouder, dat dit het bepaald niet eenvoudig is dit alles in de praktijk te brengen en het vraagt om wijsheid en tact. Maar ik hoop dat ik hier een paar grondbeginselen heb kunnen meegeven om verder op door te bouwen. Een grote troost en houvast is altijd dat we er niet alleen voor staan maar alles in gebed kunnen brengen. Als ik naar ons gezin kijk, hebben we veel om dankbaar voor te zijn, maar dat komt niet omdat wij nu zo ‘wijs’ waren in onze opvoeding, integendeel, we hebben allerlei fouten gemaakt. Maar we hebben het mogen doen in afhankelijkheid van God en Hem komt alle lof en eer toe. Hij heeft bewaart en verlost, tot het geweten gesproken en de harten geopend op momenten dat ik niet meer wist wat te doen.
Dat wat muziek kiezen die bij je eigen overtuiging past heb ik inderdaad niet zo bedoeld. Wat ik daarmee bedoelde te zeggen is dat, als we door een veranderd hart van harte Gods wil gaan zoeken, we de dingen helemaal vanuit een nieuw beginpunt gaan bekijken en misschien tot een radicaal andere muziekkeuze komen, zoals bij mij gebeurde.
Ik hoop dat dit antwoord u helpt. Als u graag wilt doorvragen wegens het een of het ander dan vraag gerust.
Ontvang een hartelijke groet,
Gerard Slurink
Dit artikel is beantwoord door
G. Slurink
- Geboortedatum:12-02-1963
- Kerkelijke gezindte:Reformatorisch
- Woon/standplaats:Lahti, Finland
- Status:Actief
Bijzonderheden:
*Voormalig popmuzikant