Joods-messiaanse gemeenten houden vast aan besnijdenis
Ds. A. Jonker | Geen reacties | 03-05-2016| 11:12
Vraag
In Joods-messiaanse gemeenten wil men gewoonlijk vasthouden aan de besnijdenis; men gaat dus niet mee in de theologie van de doop die in plaats van de besnijdenis gekomen is. Hoe gaan kerken (bijvoorbeeld die evangeliseren in Israel) hiermee om? Delen kerken bovengenoemde opvatting?
Antwoord
Het klassieke formulier om de doop de bedienen aan de kleine kinderen bevat een zin die al veel vragen heeft opgeroepen. “Dewijl dan nu de doop in de plaats van de besnijdenis gekomen is, zo zal men de jonge kinderen, als erfgenamen van het rijk Gods en van zijn verbond, dopen.”
Er zijn veel argumenten om te zeggen dat ook de kinderen van de gemeente erfgenamen zijn van Gods verbond en dat de kinderen van de gelovigen gedoopt mogen en moeten worden. Maar betekent dit dat de doop in de plaats van de besnijdenis gekomen is? De Messiasbelijdende Joden houden vast aan de doop én aan de besnijdenis.
De besnijdenis is voor velen het teken van het behoren tot het volk van God dat uit Abraham is voort gekomen. God heeft met Abraham en met zijn nageslacht het verbond opgericht, Hij is hun God en zij zijn Zijn volk. God gaf aan het Joodse volk de besnijdenis als teken van dit verbond.
In gehoorzaamheid aan het doopbevel wat de Heere Jezus gaf, worden zij die tot geloof in Jezus als de Messias komen ook gedoopt. Voor velen in Israël is dit op volwassen leeftijd omdat zij op dat moment pas tot geloof in Jezus Christus komen. Vanwege allerlei redenen dopen de meeste Messiasbelijdende Joden hun kinderen niet. Zij worden gedoopt na geloofsbelijdenis, meestal op de leeftijd van 14 tot 18 jaar.
Voor Messiasbelijdende Joden is de doop dus na en bij de besnijdenis gekomen. De één ziet het als twee tekenen van het genadeverbond. De ander ziet de besnijdenis als teken van het verbond met het volk, dus van belang voor de volksidentiteit en de doop als teken van het bij Jezus de Messias horen, de geestelijke identiteit.
Hoe gaan kerken hiermee om? Daarin zijn grote verschillen en het is niet mogelijk om over één uniforme mening te spreken. In kerken waar de vervangingstheologie de boventoon voert (d.w.z. Gods verbond met Israël is voorbij, de kerk is in plaats van Israël gekomen, God heeft Zijn verbond nu met de kerk), wil men óf dat de besnijdenis achterwege wordt gelaten, óf dat de besnijdenis als een niet-godsdienstig teken wordt beschouwd, alleen om de volksidentiteit te bevestigen.
In kerken waar men gelooft dat God nog steeds Zijn verbond met Israël heeft, kunnen de meningen verschillend zijn. Sommigen vinden dat de besnijdenis na de komst van Jezus Christus alleen het volkskarakter bevestigt. Anderen vinden dat de besnijdenis nog steeds toegepast moet worden en dat de doop hier na en bij komt. Zij sluiten meer aan bij de opvatting van de meeste Messiasbelijdende Joden.
Ds. A. Jonker
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A. Jonker
- Geboortedatum:29-03-1954
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Putten
- Status:Actief