Gezien worden als godsdienstfanaat
Ds. H. Veldhuizen | Geen reacties | 18-03-2016| 13:10
Vraag
Ik ga naar de Spaanse kerk in Duivendrecht. Ik heb op gehoord dat in mijn kerk twee meisjes in het ziekenhuis liggen vanwege een nierprobleem en een darmprobleem. En van iemand die wordt aangevallen door boze geesten (demonen) onder de invloed van satan. In mijn kerk zijn zoveel ziekten en probleemgevallen. Dat raakt mij. Ik ben iemand die daarover erg nadenkt en er mee bezig is en ben daarom bang als godsdienstfanaat gezien te worden. Kunt u adviseren?
Antwoord
Beste vriend of vriendin,
Je hebt gehoord dat er uit jullie kerk twee meisjes in het ziekenhuis liggen, een met een nierprobleem en de ander met een darmprobleem. Bovendien is er ook nog iemand die ernstige psychisch storingen heeft, waar de satan misbruik van maakt. Dat alles raakt je, schrijf je: je denkt er erg over na en bent er mee bezig, en daarom ben je bang dat je aangezien wordt als godsdienstfanaat. En nu vraag je advies.
Nu, beste vriend(in), mijn vraag is: Waarom zou je er bang voor zijn om als godsdienstfanaat aangezien te worden? Daar is toch, althans volgens mij, geen reden voor? Of heeft iemand tegen je gezegd dat je een godsdienstfanaat bent? Als dat zo zou zijn, is het nog maar de vraag of die iemand daar gelijk in heeft. Ik zou het namelijk willen omdraaien en willen zeggen dat het goed is dat ziektes in de gemeente je raken. Het is zelfs heel erg bijbels om met anderen in de gemeente mee te leven. Dat kan bijvoorbeeld door een kaart te sturen met een paar hartelijke woorden, het kan (als je de zieke persoonlijk goed kent) door een bezoekje, en het kan in ieder geval door je gebed. In de kerkdiensten zal natuurlijk voor de zieken gebeden worden, maar jij mag het ook thuis doen. Ik denk aan wat Paulus schrijft: “Verblijd u met hen die blij zijn, en huil met hen die huilen. Wees deelgenoot in de noden van de heiligen” (d.w.z. de gelovigen; Romeinen 12:13 en 15). En aan wat Jakobus schrijft: “Bid voor elkaar, opdat u gezond wordt.”
Waren Paulus en Jakobus godsdienstfanaten? Nee toch? Ik kan het nog wat uitbreiden: Was Maria van Bethanië, die Jezus’ voeten zalfde en droogde met haar haren (Johannes 12:1-8) een godsdienstfanaat of was de arme weduwe dat, die twee kleine munten, heel haar levensonderhoud, zegt Jezus, in de tempelkas wierp? Nee toch? Ik zou het nóg verder willen uitbreiden: Hoeveel zieken liggen niet in het ziekenhuis of een verpleeghuis? Hoeveel mensen in de wereld hebben het niet verschrikkelijk moeilijk, terwijl wij in een van de rijkste landen van de wereld leven? Denk aan de vele (boot)vluchtelingen waar het Journaal ons bijna dagelijks mee confronteert. Of aan christenen die vervolgd worden en vanwege hun geloof in Christus hun leven niet zeker zijn.
Nee, we kunnen ons al het leed dat er in de wereld is niet aantrekken. Dan zou je werkelijk bijna ‘godsdienstfanaat’ (ik zet het tussen aanhalingstekens) worden. Maar er mag wel een hartelijke betrokkenheid zijn als er bijvoorbeeld gecollecteerd wordt voor noden in de wereld en, dat vooral (!), meebidden als er zondags in de kerk gebeden wordt voor de vervolgde kerk of mensen die hun huis en haard moesten verlaten om naar een ander land te trekken, en voor zoveel noden in de wereld. En je mag er ook in je persoonlijk gebed gedurig aan denken. Daarmee ben je geen godsdienstfanaat.
Daar zeg ik wel wat bij: de dingen die je bezig houden, zoals ziekte van mensen in de gemeente, moeten je natuurlijk niet gaan achtervolgen, zodat, om maar wat te noemen je dagelijkse bezigheden, je werk of je studie eronder lijden. Of dat je niet kunt slapen van wat je hoort, leest of ziet van ellende in de wereld. Je mag in je gebed denken aan mensen die het moeilijk hebben, in de kerk en in de wereld. Dat mag niet alleen, maar dat is, als het goed is, christenen op het lijf geschreven. Maar dat moet je niet beheersen. Het beste advies dat ik je, wat jou betreft, kan geven is: wees trouw zowel in wat God ons opdraagt in onze dagelijkse bezigheden, als in het dagelijkse gebed voor jezelf en voor anderen, dichtbij en ver weg, en in het meeleven met je kerkelijke gemeente. Van harte Gods zegen daarbij.
Ds. H. Veldhuizen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. H. Veldhuizen
- Geboortedatum:02-01-1938
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Wapenveld
- Status:Inactief