Bidden als twijfelend persoon
Ds. C. Oorschot | 2 reacties | 08-02-2016| 07:51
Vraag
Laatst las ik een vraag en antwoord op uw website van iemand die bezig was met het christendom en het bestaan van God. In deze vraag herkende ik me als van oorsprong niet-kerkelijke volledig en het antwoord van ds. N. den Ouden was dan ook waardevol om te lezen.
Een onderdeel van het antwoord was de oproep om persoonlijk te bidden. Een vraag die echter bij me opkwam was echter wat je dan als twijfelend persoon zou moeten bidden. Toen ik even rondkeek zag ik bijvoorbeeld een vraag op deze website van iemand wiens vader 100.000 keer tevergeefs om bekering had gebeden. Is dat dan wel zinvol? En hoe vaak moet je bidden?
Een andere vraag is ook op welke vraag God precies antwoord geeft op een gebed. “Wie Hem zoekt, die zal Hem vroeg of laat vinden”, staat in het antwoord van ds. Den Ouden. Op welke manier wordt dat vinden ervaren? Omdat de kerk waar ik regelmatig heenga (maar geen lid van ben) nogal vrijzinnig gericht is komen deze dingen daar niet echt ter sprake. Daarom hartelijk dank dat ik de vraag hier kan stellen.
Antwoord
Bidden is meer dan vragen. Het is met God spreken; je hart voor Hem uitstorten; Hem laten delen in je vreugde en verdriet. Iemand zei eens dat bidden de ademtocht is van het geestelijk leven. Het is dus meer dan een (goede) gewoonte of een noodzakelijk iets, zoals bijvoorbeeld eten of slapen. Veel meer is bidden een levenshouding, het doortrekt je hele bestaan. Vroeger zei men: Bidden met de pet op, wat zeggen wil dat je niet altijd en alleen kunt bidden met gevouwen handen en gesloten ogen, maar midden onder je werk. Bidden kan je alleen in het geloof, dat is in het vaste vertrouwen dat je tot een God spreekt Die hóórt.
In Hebr. 11 vs. 6 lezen we, dat die tot God komt, moet geloven dat Hij is (bestaat) en een Beloner is van die Hem zoeken. En de apostel Jakobus (hoofdstuk 4 vers 3) zegt: “Gij bidt en gij ontvangt niet omdat gij kwalijk bidt, opdat gij het in uw wellusten doorbrengen zou.” De apostel Paulus van wie Jezus Zelf zegt: Zie hij bidt (Hand. 9 vers 11) schrijft in de Romeinenbrief (hoofdstuk 8 vers 26) dat wij (daar sluit hij zichzelf dus bij in) niet weten te bidden zoals het behoort. Daarom is de juiste gebedshouding die van de discipelen, die aan hun Meester vroegen: Heere leer ons bidden (Lukas 11 vers 1).
Ds. C. Oorschot
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C. Oorschot
- Geboortedatum:25-08-1933
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Stellendam
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Ds. Oorschot is op 17 april 2021 overleden.
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
En wat als je het zaligmakende geloof niet bezit en er dus geen geestelijk leven is? Dan kan je dus niet bidden?