Roofdieren voor de zondeval
dr. ir. Wim de Jong | 2 reacties | 06-01-2016| 16:25
Vraag
Roofdieren hebben hun ogen aan de voorkant van het gezicht, prooidieren hebben de ogen aan de zijkant zitten. Dit heeft een functie. Voor prooidieren om de omgeving goed in de gaten te houden, voor roofdieren om zich te focussen op de prooi. Was dit voor de zondeval ook al zo? Want dieren hoefden toen niet te jagen/vluchten, want ze aten elkaar niet op.
Antwoord
De vragensteller gaat uit van de veronderstelling dat vóór de zondeval, dieren niet hoefden te vluchten en elkaar hoefden op te eten. Weliswaar wordt in het boek Jesaja en in de Openbaring van Johannes een Nieuwe Aarde voorzien, waar de leeuw stro eet en de panter vredig naast een bokje ligt, en waar geen rouw en geklaag meer is; maar van de Oude Aarde vertelt de Bijbel nergens dat dieren elkaar niet hoefden op te eten. Het enige dat verteld wordt is dat het voedsel voor de mens bestond uit vruchten en zaden, en dat de mensen na de zondvloed ook vlees mochten gaan eten.
Op de Oude Aarde is verval de natuurlijke gang der dingen. In de levende natuur wordt dit verval echter continu tegengewerkt. In elke cel ontstaan per dag duizenden beschadigingen van het DNA, maar die worden voortdurend gerepareerd door mutatie reparatiesystemen – voor de ontdekking van deze systemen werd in 2015 de Nobelprijs voor Scheikunde toegekend; en het doorgeven van niet-repareerbare, code-uitbreidende mutaties van het DNA, wordt bij geslachtelijke voortplanting bestreden. Zie ook deze PDF.
Daarnaast heeft elk organisme te maken met talloze selectiemechanismen waarbij gestreden wordt om voedsel, onderdak en een partner. Deze selectiemechanismen bemoeilijken dat organismen waarvan het DNA niet-repareerbare beschadigingen bevat, zich kunnen voortplanten. En tenslotte is elk organisme onderdeel van een voedselketen, van eten en gegeten worden. Veel dieren zijn prooi van een jager. Elke onbeschadigd prooi is zodanig uitgerust met bewegingsmogelijkheden, verdedigingsmiddelen, reflexen en instincten, dat hij uit de greep van zijn jager kan blijven, maar een prooi met een beschadiging wordt gevangen en opgegeten; anderzijds kan een beschadigde jager geen prooien vangen en zich niet voortplanten. Al die ecosystemen van prooien en jagers zijn zorgvuldig op elkaar afgestemd, als de twee onderdelen van een schaar die elkaar scherp blijven houden. Van de planten- en de dierenwereld, waarin continu, op talloze niveaus, de natuurlijke gang der dingen van beschadiging en verval tegengewerkt wordt, vertelt de Bijbel dat God zag dat het 'goed' was.
De Bijbel vertelt ook dat God uiteindelijk de aarde zal herscheppen en alles nieuw zal maken, niet alleen de mensen, maar ook de levende natuur. Op die Nieuwe Aarde zullen geen ziekte, veroudering en verval meer zijn en geen rouw en tranen, en de continue strijd om het bestaan en de 'survival of the fittest' zijn er niet meer nodig.
Lees ook:
- 'Roofdieren voor de zondeval' - deel 2
- 'Roofdieren voor de zondeval' - deel 3
- 'Roofdieren voor de zondeval' - deel 4
Dit artikel is beantwoord door
dr. ir. Wim de Jong
Bijzonderheden:
Werkzaam als adviseur en onderzoeker van innovatie en verandering bij INI-Consult, respectievelijk INI-Research.