Elfde gebod weinig aandacht
Ds. W. Pieters | 1 reactie | 08-07-2015| 13:28
Vraag
Elfde gebod of het ‘enige’ gebod? Jezus geeft zijn discipelen een nieuw gebod. “Hebt elkander lief gelijk ik u liefgehad heb.” Iedere zondag worden de Tien Geboden in de kerk voorgelezen. Maar dit nieuwe gebod krijgt weinig of geen aandacht in de kerk. Is dat niet vreemd? Dit nieuwe gebod gaat veel verder dan de Tien Geboden. En heeft ook een veel diepere inhoud. Want dit gebod kan alleen door de werking van de Heilige Geest een plaats in ons krijgen. Pas na het lijden en sterven van Jezus Christus kunnen we begrijpen wat dit liefdesgebod inhoudt. En toch houden we het in de kerken bij de Tien Geboden en besteden we vrijwel geen aandacht aan dit nieuwe gebod. Zijn we dit nieuwe gebod vergeten? Ook de catechismus besteed er geen aandacht aan. Wel worden de Tien Geboden uitvoerig behandeld. Waarom heeft dit nieuwe gebod geen leidende rol in onze kerken? Waarom ligt het onder het stof?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
We lezen in Johannes 13: 34: “Een nieuw gebod geef Ik u, dat u elkaar liefhebt, zoals Ik u liefgehad heb, dat ook u elkaar liefhebt.” Wat betekent het woord ‘nieuw’ hier? Wordt hier door Jezus een gebod gegeven dat in de tijd van het Oude Testament onbekend was? Nee. In Leviticus 19:18 lezen we: “U zult zich niet wreken, en geen toorn behouden tegen de kinderen van uw volk, maar u zult uw naaste liefhebben als uzelf. Ik ben de HEERE!” Ook in Leviticus 19:34 lezen we zoiets: “De vreemdeling, die als vreemdeling bij u verkeert, zal onder u zijn als een inboorling van u. U zult hem liefhebben als uzelf, want u bent vreemdeling geweest in Egypteland. Ik ben de HEERE, uw God!” Maar Hij gebruikt het woord “nieuw” zoals nog al eens gebeurt in het Nieuwe Testament, namelijk in de betekenis van ‘vernieuwd’.
In 1 Johannes 2:7 en 8 lezen we: “Broeders, ik schrijf u geen nieuw gebod, maar een oud gebod, dat u vanaf het begin gehad hebt. Dit oude gebod is het woord, dat u vanaf het begin gehoord hebt. Wederom schrijf ik u een nieuw gebod: wat waarachtig is in Hem, laat dat ook in u waarachtig zijn, want de duisternis gaat voorbij, en het waarachtige licht schijnt nu.” In Zijn tweede brief schrijft hij (vers 5): “En nu smeek ik u, uitverkoren vrouw, niet als u schrijvend een nieuw gebod, maar wat wij gehad hebben vanaf het begin, namelijk dat wij elkaar liefhebben.”
We lezen ook over een nieuw verbond. Het woord ‘nieuw’ betekent ook dan niet iets wat onbekend was in de tijd van het Oude Testament, maar iets wat -hoe bekend ook- vernieuwd werd in de tijd na Pinksteren, de tijd na Christus’ kruisdood.
In de kerk der reformatie wordt niet met zoveel woorden aandacht gegeven aan dit elfde, dit nieuwe gebod, omdat het in wezen geen nieuw gebod is, maar een vernieuwing van wat alle eeuwen Gods gebod aan de mensen was en wat Hij Zelf omschreef in de Tien Geboden.
De Heidelbergse Catechismus besteedt in antwoord 4 aandacht aan het liefdegebod. Daar haalt hij niet de woorden uit Johannes 13 aan, maar uit Mattheüs 22, waar Jezus zegt: “U zult liefhebben de Heere, uw God, met geheel uw hart, en met geheel uw ziel, en met geheel uw verstand. Dit is het eerste en het grote gebod. En het tweede hieraan gelijk is: u zult uw naaste liefhebben als uzelf. Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten.” Dit is in wezen hetzelfde gebod.
Toch is het goed om eens bijzondere aandacht te besteden aan de bedoeling van het nieuwe karakter van dit oude gebod dat er al vanaf het begin was. De Statenvertalers schrijven bij Johannes 13:34, dat is: onlangs door Mij verklaard en versterkt door Mijn leer en het voorbeeld van Mijn bijzondere liefde. Dit betekent dat we het gebod om onze naaste lief te hebben als onszelf alleen kunnen houden in geloofsvereniging met Jezus, wandelend in Zijn spoor en steunend op Zijn genadekracht. Het voorbeeld van de Heere Jezus is het nieuwe van dit gebod: Hij heeft Zijn leerlingen en volgelingen liefgehad tot het einde, zo lezen we heel opmerkelijk in Johannes 13:1: “Vóór het feest van het Pascha, Jezus wetend, dat Zijn ure gekomen was, dat Hij uit deze wereld zou overgaan tot de Vader, terwijl Hij de Zijnen, die in de wereld waren, liefgehad had, heeft Hij hen liefgehad tot het einde.”
Ds. W. Pieters
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W. Pieters
- Geboortedatum:27-06-1957
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Elspeet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
website: dspieters.refoweb.nl
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Je naaste liefhebben als je zelf.
OF je naaste liefhebben zoals Christus ons heeft lief gehad.
Daar zit een hemelsbreed verschil tussen.