Uitingen van een geestelijke strijd
Ds. H. Veldhuizen | 2 reacties | 06-01-2015| 09:19
Vraag
Ik heb al heel lang last van angsten enzo en dacht altijd dat dit gewoon bij mij hoorde. Ik heb in mijn hele leven nooit rekening gehouden met de duivel. Tot het een paar weken geleden opeens tot me doordrong dat het bij mij niet gewone angsten meer waren, maar dat ik al heel lang, al bijna heel mijn leven, in een geestelijke strijd zit en dat daardoor mijn angsten zijn ontstaan. Ik kan bijvoorbeeld op het moment ook niet Bijbellezen en bidden. (ik heb me overigens nooit beziggehouden met occulte zaken ofzo).
Dat dit opeens tot me doordrong kwam door allerlei omstandigheden en het was een hele schok voor mij. Het maakte me heel bang. Het zorgde ervoor dat ik ging denken: help: ik ben dus (als kind van God) een gevaar voor de duivel en daarom doet hij er alles aan om me van God vandaan te houden. En één ding kan ik niet: ik kan niet op tegen die geestelijke krachten die ik zo sterk ervaar elke dag. En dat feit maakt me juist zo bang. Het geeft me het gevoel dat de duivel alles met me kan doen en ik kan er niets tegen doen. Het geeft me zo'n machteloos gevoel. Ik weet wel met mijn verstand, dat God mij beschermen zal, maar ik heb inmiddels al zo veel narigheid meegemaakt in mijn leven dat mijn vertrouwen in God een heel stuk gedaald is.
Ik heb nu bijna hogere verwachtingen van het kwade dan van het goede, zeg maar. Het kwade heeft al zo vaak overwonnen in mijn leven en ik kon/kan er zelf niet tegenop. Als kind voelde ik me al zo machteloos tegenover het kwade wat ik ervoer in het dagelijks leven. En het kwade (angsten o.a.) hebben mij tot nu toe al zo veel kapotgemaakt... Het is tot nu toe een strijd in mijn leven tussen God en het kwaad. Wie zal dan niet zeggen of het kwade in mijn leven het op den duur gaat winnen over mij? Ik sta zelf machteloos... Ik kan niet bidden, niet Bijbellezen, het enige wat ik wel heb is in mijn hart het supergrote verlangen om heel dicht bij God te zijn en bij God te leven. Maar als ik dat verlangen niet eens naar God kan uitspreken...
Het is niet echt normaal dat je al je hele leven (vanaf je derde) in een enorme geestelijke strijd zit. Ik ben nu bijna 30, maar dat dit allemaal zo heeft kunnen gebeuren heeft ook heel erg te maken met hele negatieve geestelijke krachten in de familie van mijn vader. En daar heb ik als kind natuurlijk niet om gevraagd. Is het genoeg om, wanneer je tegen negatieve, destructieve dingen in je leven aanloopt in je leven waar je zelf niet tegen op kan, tegen God te zeggen: ik weet niet hoe ik dit moet oplossen, het is te sterk voor mij, lost U het maar voor mij op? Ik voel me zo ontzettend machteloos. Ik voel me als een bal die naar alle kanten wordt geslingerd en geen rust heeft. En ik ben zo ontzettend moe van die continue strijd in mijn denken. Ik heb werkelijk geen moment van echte rust in mijn hoofd. En dan is het nog niet eens iets van de laatste jaren, maar het is iets wat al mijn hele leven speelt. Alleen de laatste tijd kan ik er minder tegenop. Vroeger als kind ervoer ik het ook heel sterk, maar stonden er gelukkig ook heel veel positieve dingen tegenover en dat zorgde ervoor dat ik het toch 'goed' doorstaan heb en toch gelukkig was. Tegenwoordig is die rust die ik als kind nog wel had, helemaal weg en ervaar ik continue die strijd (zonder een moment van echte rust te ervaren, nu inmiddels al zo'n tien jaar lang). En dat is zo vermoeiend.
Eén ding is wel gelukkig: ik word gelukkig niet overheerst door die negatieve geestelijke gedachten. Ik kan er gelukkig altijd op de een of andere manier nog wel de controle over houden. Ik wordt er niet knettergek van, of zo gek van dat ik in een psychose ga schieten, ik verlies gelukkig mijn verstand er nog niet bij... Misschien is dat dan wel weer een teken dat God er toch bij is en mij toch helpt in alles. En dat Hij toch alle controle heeft over mijn leven...
Antwoord
Beste vriend of vriendin,
Wat is het allemaal erg verdrietig wat je schrijft: de enorme geestelijke strijd die je hebt. Je hebt, schrijf je, al heel lang last van angsten, je kunt niet Bijbellezen en bidden, als je dat wilt word je er steeds van afgetrokken, je voelt een geweldige innerlijke strijd van de duivel die er, schrijf je, alles aan doet om je van God weg te houden. En dat alles maakt je heel bang. Je schrijft ook dat je dat van jongs af aan, vanaf je derde jaar, hebt en dat je je al als kind machteloos voelde tegenover het kwade, maar dat het, inmiddels al zo’n tien jaar lang, steeds erger is geworden en nu voel je je machteloos. Wie zal zeggen, schrijf je, of het kwade in mijn leven het op den duur van me gaat winnen? En nu vraag je of het, als je tegen negatieve, destructieve dingen in je leven waar je zelf niet tegen op kunt, aanloopt, genoeg is om tegen God te zeggen: ik weet niet hoe ik het moet oplossen, het is te sterk voor me, lost U het maar voor mij op?
Nu, beste vriend(in), laat ik meteen maar zeggen: dat laatste mag je gerust tegen God zeggen. Eigenlijk is dat ook een vorm van bidden: het helemaal zelf niet meer kunnen en weten en het, laat ik maar zeggen, als een laatste noodkreet tegen God zeggen. Ik moet, als je dit zo schrijft, denken aan de psalmdichters. Wat lees je bij hen ook vaak van innerlijke strijd. Ik denk o.a. aan de dichter van Psalm 42. Al (!) Gods golven en baren zijn over hem heen gegaan, zegt hij (vers 8), en dan: “Waarom vergeet U mij; waarom ga ik in het zwart gehuld...”, enz (vers 10). En in de volgende psalm zegt de dichter zelfs: “Waarom verstóót U mij?”, en ook: “Waarom ga ik in het zwart gehuld...”? (vers 2). En je mag ook nog meer doen, beste vriend(in): alles wat er was in het gezin en de familie van je vader (je schrijft over heel negatieve geestelijke krachten in zijn familie), mag je, al is het met enkele woorden, naar God toe uitspreken. Een gebed hoeft niet lang te zijn. Nehemia bad ook dikwijls kort: als hij bijvoorbeeld voor de koning staat: “Toen bad ik tot God van de hemel” (Neh. 2:4), meer niet. Het boek Nehemia eindigt zelfs met een kort gebed: “Denk aan mij, mijn God, ten goede” (12:31).
Je zult wel eens gehoord hebben van de reformator Melanchthon. Hij had een erg zwakke gezondheid en was vaak zo (geestelijk) moe. Hij bad dan alleen maar: “Heere, ik ben zo moe.” Zou dat voor de Heere niet genoeg zijn. Het zit ‘m niet in de vele woorden, maar in de echtheid en oprechtheid van het gebed. Het gebed van de tollenaar was ook kort: “O God, wees mij, de zondaar, genadig” (Lukas 18:13). Ik denk, beste vriend(in), dat je door alles wat je van jongs af aan hebt meegemaakt, heel weinig (of misschien wel helemaal niet) basisvertrouwen hebt meegekregen en dat de duivel dat bij jou als een invalspoort gebruikt. Moet je maar eens opletten hoe hij iets dergelijks ook bij Jezus tijdens de verzoeking in de woestijn doet (misschien wordt daar de komende zondagen over gepreekt): als Jezus na 40 dagen vasten honger heeft probeert hij Jezus te verleiden om van stenen brood te maken, als hij Jezus bij de tempel heeft gebracht, probeert hij Jezus te verleiden een kunststukje te doen (van de tempel af te springen), zodat alle mensen Hem als Messias zullen erkennen (zonder dat hij naar het kruis zou hoeven te gaan) en tenslotte biedt hij Jezus alle koninkrijken van de wereld aan als Jezus maar voor Hem zal knielen en hem zal aanbidden. Wat ik daarmee wil zeggen? Zo heeft hij kennelijk ook in jouw leven allerlei dingen gebracht om je maar van de Heere af te trekken en je leven te versomberen en te vernielen.
Weet je wat ik zo mooi vindt, beste vriend(in)? Dat je bij alle duistere dingen die je schrijft toch zegt: “Het enige dat ik wel heb is in mijn hart het supergrote verlangen om heel dicht bij God te zijn en bij God te leven.” Dat kan, beste vriend(in), nooit van de duivel zijn. Je schrijft ook, aan het eind van je vraag: “Misschien is dat dan wel weer een teken dat God er toch bij is en mij toch helpt in alles en Hij toch alle controle heeft over mijn leven.” Ik zou een dikke streep zetten onder de woordjes “toch”, en van dat “misschien” maken: “zeker.” En dan zou ik toch willen zeggen, hoe moeilijk het ook voor je is: houd vol met bidden, al zijn het steeds maar een paar woorden. Lees psalm 42 eens: de dichter wordt net zoals jij (ik citeer je eigen woorden) “als een bal naar alle kanten geslingerd, zonder rust”; de ene keer is hij er helemaal bovenuit en zegt hij tegen zichzelf (tegen zijn ziel): “Wat ben je toch onrustig, hoop toch op God” (ik zeg het met eigen woorden), en: “De Heere zal Zijn goedertierenheid gebieden en ‘s nachts zal Zijn lied bij mij zijn.” En de andere keer slaan al Gods baren en golven weer over hem heen. Let er op: Kennelijk ziet hij in alle aanvechtingen ook Gods hand. D.w.z.: God is er kennelijk nog voor hem, ook al slaan de watervloeden over hem heen. Zou dat ook niet voor jou gelden? Maarten Luther zei eens: “De duivel is Gods duivel.” Hij bedoelde: de duivel kan niet verder gaan dan God de ketting waaraan hij ligt lang maakte. Je kunt op dit moment heel moeilijk of helemaal niet Bijbellezen, schrijf je. Nu, probeer het eens met een enkele tekst. Schrijf bijvoorbeeld eens op een stuk papier: “Dit weet ik: dat God met mij is” (Psalm 56:10), of: “De Heere is bij mij, ik zal niet vrezen” (Psalm 118:6), of een andere tekst. Leg zo’n tekst ergens neer, zodat je die elke keer tegen komt. Een volgende keer neem je weer een andere tekst, bijvoorbeeld: “Ga weg, satan, de Heere, mijn God zal ik aanbidden en Hem alleen dienen” (naar Matt. 4:10). Ik weet van iemand die heel dikwijls werd aangevochten, maar verschillende Bijbelteksten en ook enkele verzen van een lied op diverse plaatsen in haar huis had neergelegd; als ze die las, wist ze het weer: ik mag verder, ondanks alles wat mij benauwt.
Beste vriend(in), ik hoop dat ik je wat geholpen heb. God sterke je. De Heere zij je Licht en je Heil en je Levenskracht (Psalm 27:1).
Ds. H. Veldhuizen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. H. Veldhuizen
- Geboortedatum:02-01-1938
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Wapenveld
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
EmeritusDit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Ik moest denken dat niets ons kan scheiden van de liefde Gods.
Het staat in Rom 8 als volgt:
38 Want ik ben verzekerd, dat noch dood noch leven, noch engelen noch machten, noch heden noch toekomst, noch krachten,
39 noch hoogte noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onze Here.
Er zijn Christenen die hulp bieden in situaties zoals jij die beschrijft
Kijk eens op de website van Ellel Ministries Nederland
http://www.ellelministries.org/nederland
Zij bieden een breed aanbod van cursussen en pastorale hulp. Een van de cursussen die gehouden is en die volgens mij bij je vraag past is:
"Breaking free from ungodly control"
Volgens mij de moeite waard om eens langs te gaan en een kijkje te nemen....
Blijf er aub niet mee rondlopen maar maak er werk van!
Zegen
Hgrt
Bidden is praten met God, dat hoeft niet alleen met gevouwen handen en op je knieën, maar kan de hele dag door in je gedachten.
Dan ziet de duvel niet wanneer je bid en jij bent van die angst af dat hij je tegenwerkt.
Ook staat er in de Bijbel dat als wij niet weten wat we bidden moeten, dat de Heilige Geest dan voor ons bidt.
Als je een tijdje niet bidt of in de Bijbel leest, dan wil dat niet zeggen dat God je gelijk verlaat.
Hij weet alles en kent je hard, dat biddend naar Hem vraagt.
En er staat ook in de Bijbel dat God het hart aanziet.
Dus laat die angst maar varen, dat God je verlaat omdat je even niet gebeden hebt en niet in de Bijbel gelezen hebt.
Bid gewoon in je gedachten en in je hart, dat hoort Hij ook.
Angst is een gevoel van je zelf, wat door anderen, maar ook door jezelf opgeroepen kan worden.
En als je daar teveel rekening mee gaat houden, gaat het de controle van je over nemen en een loopje met je nemen.
Dus dan is het de duvel niet waar je tegen strijd, maar je eigen angstgedachten of gevoelens.
Door bang te zijn dat het de duvel is die achter je angstgevoelens zit, hoeft hij niet eens meer wat te doen.
Dan hoeft hij het maar 1 of enkele keren in te fluisteren en je eigen angst neemt dat over.
Die sites die je erover gelezen hebt, helpen daar nog een handje aan mee en de duvel kan achterover leunen, want zijn werk wordt al door jouzelf gedaan.
Hij vindt het trouwens wel vermakelijk om te zien, dat jij hem alle eer geeft van je eigen angst.
Ook zie ik dat je gevoelig bent voor het negatieve en denk dat je hooggevoelig bent.
In de volksmond HSP genoemd.
Als je dan overprikkeld bent, geeft het ook angstgevoelens.
Plus dat je dan teveel de gevoelens en de sfeer van anderen opvangt, in dit geval de negativiteit van je vader, en daar moet je dan gevoelsmatig tegen knokken, om te zorgen dat het je niet naar beneden haalt.
Daar wordt je geestelijk en emotioneel moe van en geeft dan weer overprikkeling wat op zijn beurt weer angstgevoelens geeft.
Lees eens over Hooggevoeligheid, bijv het boek van Elaine Aron met de titel: Hoe blijf je overeind als de wereld je overweldigt?
Hier heb je een link naar dat boek:
http://www.bol.com/nl/p/hoog-sensitieve-personen/9200000007452418/
En lees erover op internet, maar geloof niet alles wat je erover leest, vooral niet de methodes over jezelf afsluiten en de paranormale dingen.
I