Te snel tevreden met geloof?
J.W.N. van Dooijeweert | 20 reacties | 08-08-2014| 12:33
Vraag
Aan evangelist Van Dooijeweert. Ik woon in een ‘zwaar’ reformatorisch dorp. Ik voel me hier goed thuis. Ik ben van de Gereformeerde Gemeente in Nederland. In Zijn onbegrijpelijke goedheid heeft de Heere naar mij omgezien. Ik ben een jonge man, net in de dertig, gelukkig getrouwd en ik mag voor mezelf geloven dat ik geborgen ben in Jezus Christus, de gekruisigde, Die weer opstond en leeft tot in alle eeuwigheid. Dat is de vreugde van mijn persoonlijk geloof. In ons dorp is een brochure verspreid (al weer een hele tijd geleden). Een brochure over de uitverkiezing. De brochure legt de nadruk op bekering en geloof en het aannemen van Christus. Er waren best reacties op deze brochure. Er waren mensen die zeggen dat het gaat om de uitverkiezing en de onmacht van de mens. De mens is dood en kan Jezus niet aannemen en kan niet geloven. Alleen de uitverkorenen komen tot Jezus en worden bekeerd. Het boekje is best fijn geschreven, maar ik weet niet door wie. En ik weet ook niet waarom ze het in ons dorp verspreid hebben. Maar dat geeft niet en dat is ook niet mijn vraag. Maar mijn vraag is het volgende: Kan het ook dat je bekeerd bent en nog nooit over die vraag getobd of gedacht hebt? Door dit boekje ben ik daar over na gaan denken. En nu groeien er twijfels bij me die ik eerst niet had. Daardoor kom ik met mijn vraag bij u. Ik hoop dat u een antwoord voor me hebt. Misschien heeft u door uw werk op een heel andere manier met de uitverkiezing te maken. Moet ik me meer bezig gaan houden met die vraag? Of mag ik gewoon geloven dat ik van de Heere ben? Ik zeg het maar in het kort, maar dat is een heel diepe weg voor me geweest. Ik was een echte zondaar. Diep verloren. Maar Hij heeft me opgeraapt. En dat werd mijn vreugde. Was ik te snel tevreden? Moet ik meer over de uitverkiezing gaan denken? Kunt u me een beetje helpen?
Antwoord
Lieve, beste broeder, wees gelukkig met die wetenschap: “Hij, Jezus, heeft me opgeraapt.” Daar gaat het immers om. Als zondaar kunnen we nooit voor God bestaan, maar in Hem zijn we veilig geborgen en eeuwig behouden.
Maar even naar jouw brief terug: “Ik ben een jonge man, net in de dertig, gelukkig getrouwd, en ik mag voor mezelf geloven dat ik geborgen ben in Jezus Christus, de gekruisigde, Die weer opstond en leeft tot in alle eeuwigheid. Dat is de vreugde van mijn persoonlijk geloof.”
Was het bij Paulus anders? Had Petrus een ander geloof? Ik ben bang dat wij ons door dogmatiek en theologie een beetje op een verkeerd spoor laten zetten. De brochure ken ik wel en ik weet ook wel een beetje uit welke hoek deze komt. Zeker niet negatief! Maar, zou de man uit Ethiopië in Handelingen 9 zich afgevraagd hebben of hij uitverkoren was? Toen Petrus in Mattheus 16 jubelend uitriep: “U bent de Christus”, zou hij toen gedacht hebben: “Ben ik wel uitverkoren?” Maar nog een stapje sterker: Toen Jezus preekte: “...die tot Mij komt, zal Ik geenszins uitwerpen”, zei Hij er toen bij: “Let op, als je niet uitverkoren bent, geldt het niet voor u”?
Uitverkiezing is een zaak achteraf: “Heere, hoe is het mogelijk dat U mij hebt opgezocht? Dat U mij in genade hebt aangenomen?” Dan krijgt de Heere de eer. Maar als we dogmatisch gaan redeneren komt de eer vaak bij een mens terecht. Het wordt een stuk dogmatiek, een theologisch denken zonder liefde en met strijdlust.
Wat momenteel onder onze jonge mensen sterk leeft is de vraag: “Ben ik wel uitverkoren?” Samen met die andere vraag: “Hoe krijg ik zekerheid?” Verdrietig om alle onbegrip over deze vragen heeft een groep mensen de bewuste brochure samengesteld, met de bedoeling om jonge mensen te helpen. Direct springen er anderen bovenop. Niet om jongeren te helpen, maar om te strijden voor hun gelijk.
Waar gaat het nu om in ons geloof, in het geloof van de Bijbel? Om dogmatisch gelijk hebben? Gaat het misschien om het winnen van een dogmatische strijd? Vooral in onze reformatorische hoek van de kerk zijn we heel sterk op dat punt. Of juist heel zwak. We verliezen gauw uit het oog waar het om gaat.
Lees het met me mee in de tweede brief van Petrus, hoofdstuk 5:9: “De Heere vertraagt de belofte niet (gelijk enigen dat traagheid achten), maar is lankmoedig over ons, niet willende, dat enigen verloren gaan, maar dat zij allen tot bekering komen.” Hoe we het ook wenden of keren: het is niet de wil van God dat mensen verloren gaan, maar juist dat zij behouden worden. Het is zo’n vreugde om dat te weten als je hier in Peru onder de Indianen werkt. Wilde volken... Ze komen tot geloof, en dat mag!! Zij vragen niet zoals wij dat steeds maar doen, maar ze komen. Met uitgestoken armen. Met begerige ogen. En de Heere schenkt Zich aan hen. Hij Jezus Christus, de Zaligmaker voor de wereld, Hij geeft Zich aan het verlorene.
Het gaat echt niet om de vraag: ben ik uitverkoren? Of om de vraag: is het wel voor mij?
Het gaat om eenvoudigweg geloven wat het Woord van God tot ons zegt. En dat is nogal wat hoor. Het zegt gewoon: “Wendt U naar Mij toe, wordt behouden, alle gij einden der aarde! want Ik ben God, en niemand meer” (Jesaja 45:22.) “Kom tot uw Heiland...” zingt een oud lied.
De Bijbel is niet hard en afwijzend. De Bijbel, het onfeilbaar Woord van God, is zacht, liefdevol en nodigend. De hele Bijbel door zien we dat het waar is wat we zingen in Psalm 25:
Gods vriendelijk aangezicht
Heeft vrolijkheid en licht
Voor all’ oprechte harten….
Jij was niet te snel tevreden. Als de Heere je opraapt, aan Zijn hart drukt, dan mag je in vreugde geloven dat je een kind van Hem bent. In die omhelzing door Hem, door Jezus Christus Zelf, ligt de vastheid. Daar ligt de zekerheid van een kind van God te zijn. Dan hoef je niet te denken: ben ik wel uitverkoren? Dan ben je thuis bij Hem.
Ik kan er zo moedeloos van worden dat al deze dingen in onze kerken zo verduisterd zijn. Bijna helemaal weggestopt. Ik hoorde eens een dominee die zei: “Uitverkiezing bestaat niet”. Er ging een verontwaardigde zucht door de kerk: wat een vreselijke uitdrukking! Maar hij ging verder: “Uit verkoren in Christus, dat is waar we het over hebben.”
Ben ik uitverkoren? Nee! Maar het mag wel zijn: “Ik ben uitverkoren in Christus! Begrepen in Hem. In Zijn lijden en sterven, ben ik gestorven. In Zijn begrafenis zijn mijn zonden begraven. In Zijn opstandig ben ik rechtvaardig voor God. Hij nam mijn zonden op Zich en gaf mij Zijn gerechtigheid. Eeuwig wonder van Gods genade. Alleen omdat Hij mij daarvoor opzocht. Om mij deel te geven aan het eeuwige leven dat door Jezus is aangebracht voor een zondig mensenkind dat zich aan Hem vastgrijpt.
Gods zegen toegewenst,
Evangelist J. W. N. van Dooijeweert
Dit artikel is beantwoord door
J.W.N. van Dooijeweert
- Geboortedatum:23-01-1938
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Waddinxveen
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
De uitverkiezing wordt hier (Nederland) in verschillende denominaties zo bekrompen bekeken, over gesproken, achter verscholen, verzwegen, verdraaid, etc. Maar het is de kern van de genadeleer. In de Bijbel is het van Genesis tot Openbaring een onderwerp wat zo duidelijk naar voren komt. Het is zelfs een hoofdthema, staat centraal naast Christus en Zijn werk omdat het hier direct mee samenhangt, het is de manier waarop God werkt. (Abel, Noach, Jakob, Mozes, Simson, David, Paulus, etc, etc) En wat zeggen wij? ‘Dat komt pas achteraf’. Oftewel, zorg nu maar eerst dat je gered bent, daarna zie je wel of het echt zo is, of God het was die jou uitverkoren heeft OF dat je het zelf ‘gedaan’ hebt? (klinkt net zo absurd als het ook is) Of omdat in dit land enkele mensen doorgeslagen zijn in de ‘leer’ van de uitverkiezing, dit jaren lang vrij hebben verkondigt en veel aanhangers vergaard hebben, moeten we er daarom maar niet teveel over spreken vanwege de ontstane verwarring? God’s meest genadige werk, uitverkiezing, is gemaakt tot een donker thema door allerlei on-Bijbelse visies.
‘We moeten niet in dogmatische / theologische discussies vervallen’ en gewoon lezen wat de Bijbel ons te zeggen heeft. En hoewel dat waar is, is het probleem daarmee alleen DAT de Bijbel ons juist leert van Genesis tot en met Openbaring dat God werkt op een verkiezende manier. En het welbekende hoofdstuk, Romeinen 9, is hier één van de expliciete voorbeelden van. Wat doet men vervolgens in een folder waarover gesproken wordt? Lees dat maar is na. In de folder wordt geprobeerd het zoveel mogelijk menselijk te verklaren ten gunste van mensen die twijfelen aan hun uitverkiezing/zekerheid en maakt men er vervolgens zo’n beetje een Arminiaans verhaal van, en dat Ezau het verdiende wat God dan voorzien had, en over de Edomieten…. Dat God wist dat … en daarom … Maar God maakt die keuze niet op basis van iets in ons. God maakte die keuze niet om iets in Jakob of Ezau. Nog goed nog slecht. Het staat zo duidelijk in de Bijbel, Jakob wel, Ezau niet, voordat ze geboren waren, opdat het duidelijk zou zijn dat God verkiest op basis van Zijn welbehagen/goede wil. Wat de reden is voor Jakob? Dat weten wij niet. Dat verteld de Bijbel niet. Wat wij wel weten is dat wij een goede God hebben in wie geen onrechtvaardigheid is, dat is voldoende, daar geloven wij in.
Dat is wat Paulus ook zegt tegen de Romeinen in die eerste eeuw na Christus. Hij voorzag ook dat zij daar al vragen over zouden hebben of zelfs verontwaardigt over zouden kunnen doen, maar die beantwoord hij ook gelijk en voor de negatieve gedachten richting God zegt hij ‘Oh mens, wie bent gij, dat gij antwoord tegen God’. Omdat het geen oprechte vraag is maar meer een aanklacht tegen God. Ik moet denken aan een predikant die zei: ‘Als je dan zo graag wil weten of je uitverkoren ben, vraag God dan niet, ‘ben ik wel uitverkoren’, maar vraag jezelf: ‘is er Bijbels bewijs in mijn leven dat ik uitverkoren ben?’ Zoek naar dat Bijbels bewijs in je leven dat je uitverkoren bent!’
2Kor13 ‘Onderzoekt uzelf of u in het geloof bent, test uzelf, of weet u niet dat Christus in u is tenzij u enigszins verwerpelijk bent?’ Het boek van 1 Johannes, meerdere malen; ‘Als u zegt een christen te zijn dan ……’
Het bijzondere is dat wij (hier in Nederland) vaak zo krampachtig en angstig er over doen. Op veel andere plekken wordt er over gesproken in verwondering en ontzag, wordt er uitvoerig stilgestaan bij en Bijbelse uitleg gegeven over de genadeleer. Wordt uitgelegd hoe God door de Bijbel heen Zijn verkiezend welbehagen doet. Wordt God aanbeden, gedankt voor Zijn genade in uitverkiezing.
Maar door een gebrek aan kennis, gaan we huiveren en vaag doen. Omdat we blindelings bepaalde historische visies aanhangen gaan we onwaarheden proclameren over een wonderlijk thema als uitverkiezing. Want dan is het slechts een term die klinkt alsof God willekeurig mensen verkiest of juist niet. Maar willekeur, wat zonder doel is, is er bij God niet, dat kennen wij mensen alleen.
Als wij onder de verkondiging van Gods Woord komen, hebben wij dat te geloven, en moeten we geloven dat Hij ons ook waarlijk aanbied in genade wat wij dan horen. Wat ons in genade wordt aangeboden moeten wij in geloof ontvangen. Het heeft God behaagt om door de dwaasheid van prediking mensen zalig te maken. Dat is de aangewezen plek, manier, om het geloof te ontvangen. Daar wil God het geloof in het hart werken. En dat kan in de kerk, op het zendingsveld zoals we hierboven lezen, of in de binnenkamer met het dagelijks lezen, bestuderen van Zijn Woord. We hebben het dan over de rechte verkondiging, en dat die verkondiging recht is, heeft een ieder voor zich te onderzoeken in Gods Woord. Net zoals in Berea gebeurde en net als mensen door de geschiedenis hen hebben laten zien, denk aan de reformatoren
zeg daar ook niks van.
als u,vragensteller,geborgen bent en vreugde van uw persoonlijk geloof hebt
dan kunt u toch vertellen,hoe u daar aangekomen bent?
wees er maar meer mee bezig, hoe komt God aan Zijn eer in mijn leven.
dan ben ik wel uitverkoren,al zal dat best eens door u heen gaan
k,gun u die verwondering hoor,waarom was het op mij gemunt,daar zovele.....
God verkiest wie Hij wil,toch?
zalig als je daar bij mag horen,toch?
Omdat God een rechtvaardig God is, heeft Hij Daar wel rekenschap voor geeist, van Zijn Zoon. De schuld van al hun zonden heeft Hij Zijn Zoon toegerekend, Hem heeft hij om om die overtredingen verbrijzeld, en Christus heeft dat gewillig, met liefde voor de Zijnen volledig betaald, voldaan.
Dus t.a.v jouw laaste opmerking ('het reinigende bloed van christus is voldoende voor onze zaligheid, ook al zou er geen uitverkiezing zijn'): Als er geen uitverkiezing zou zijn geweest, had het Bloed van Christus niet eens gestroomd, hadden alle mensen er bewust voor gekozen om verloren te gaan. Dan had God dat toegestaan en was God nog steeds rechtvaardig aangezien de genade die Hij in de uitverkiezing aan Zijn uitverkorenen betoond geen recht van hun nog een plicht van God is. Dat is waarom het genade is.
Waar denk je dat Gods meest genadig werk dan mee begon? Met Christus' offer, of met de uitverkiezing van de mensen waarvoor Christus het offer bracht?
Even menselijk gesproken; denk je dat God eerst besloot Zijn Zoon te offeren en vervolgens mensen uit ging kiezen voor wie dat dan was?
Ik heb ze beide onder het meest genadig werk geschaard omdat ze, zoals ik al aangaf, niet los van elkaar staan. God heeft de Zijnen verkoren voor de grondlegging der wereld, en Lam was ook geslacht voor de grondlegging der wereld.
Gods geopenbaarde wil mogen we niet alleen maar moeten we zelfs rekening mee houden en bij blijven, maar niet op een selectieve manier. Iets waar God ons de hele Bijbel door op wijst, zou dat niet iets zijn wat Hij ons duidelijk wil maken?
Waar Hij om geeerd wil worden, aanbeden en verheerlijkt?
Dit is allemaal geen dogmatiek, ik heb hier en in mijn vorige reactie gewoon benoemt wat in de Bijbel staat. Wat een klein deel van de geopenbaarde wil van God in Zijn Woord is. Ja, Ons behoud ligt in Christus, in het reddende bloed van Christus. Maar die 'wetenschap' zijn we niet door gered. Er zijn er immers tallozen die dat weten, ook zelfs zeggen te geloven, en toch niet behouden zijn.
Nu, hoe komt dat?
Hoe komt het bv, dat 'Johan' (die misschien in het verleden wel helemaal van God los was), nu geloofd en gered is, en zijn buurjongen, Henk, die ook (misschien wel in dezelfde) kerk zit, zijn hele leven al, moreel gezien misschien nog wel 'beter' is, niet behouden is?
Kun je mij dat uitleggen, met de Bijbel erbij? ...
Je kunt wel zeggen dat iets 'dogmatiek' is en vervolgens een vrome kreet erachteraan waarmee je dan misschien denkt een helder en praktische 'oplossing' te benoemen, maar zo is het gewoon niet. Onderzoek heel de Bijbel, i p v het maar te blijven bestrijden met wat voor argumenten dan ook, om het maar naar op de achtergrond te houden of er naartoe te brengen. Kom bovendien met punten die niet waar zijn en benoem die dan vanuit Gods Woord i p v het onder 'persoonlijke' leerstellingen te scharen.
Bijbelse dogmatiek, of Systematische Theologie is een rijk middel waarmee de Bijbel overzichtelijk en begrijpelijk onderwezen wordt. Het doet geen enkele afbreuk aan wat de Bijbel ons leert, sterker nog, het verduidelijkt de Bijbel en onderwijst ons zeer gedetailleerd over de verschillende belangrijkste thema's uit Gods Woord. Het feit dat jij daar een 'bloedhekel' aan hebt, of aan het op 'die manier beredeneren' doet gelukkig niets af aan het feit dat ze een belangrijke bron/basis vormen voor het recht verstaan van Gods Woord, Zijn geopenbaarde wil.
Dan wordt de Koning boos en vindt hun niet meer waard om uit te nodigen.
Dan moeten de knechten iedereen die ze op straat tegenkomen uitnodigen.
Er worden geen richtlijnen meegegeven waar ze aan moeten voldoen, ook wordt er geen lijstje meegegeven welke er van te voren uitgekozen zijn. Nee, iedereen wordt uitgenodigd, goed en kwaad.
Dat zijn de heidenen, wij dus.
Er is er maar ÉÉN die niet welkom is, dat is de man zonder Bruiloftskleed.
En als je je voorstelt hoe het voelt als de Koning je uitnodigt en je weigert om door de Koning beschikbaar gestelde kleding aan te trekken, maar je trekt je eigen kloffie aan.
Dan weiger je om je aan de Koning te onderwerpen en wil je niets van Hem aannemen, maar vind je dat wat je zelf meebrengt, goed genoeg.
Oftewel: Je hebt de Genade van Christus niet nodig, maar denkt zelf wel de plek in de hemel te kunnen verdienen. (Dat is dus wat de Farrizeeers ook deden).
Alle anderen die genodigd werden, namen de uitnodiging met het bijbehorende Bruiloftskleed vol overgave aan en waren allen welkom.
En hoe zit het dan met de mensen die van te voren uitverkoren zijn?
Dat staat in Rom. 7t/m het 12e vers van Rom.11.
Daar begint Paulus met te zeggen dat hij zich richt tot degenen die de wet verstaan.
De heidenen kennen de wet niet, de Joden wel.
Hij heeft het dus tegen de Joden die Christen geworden zijn.
De verzen in Rom.8 zijn dan ook gericht aan die Joden:
28 En wij weten, dat dengenen, die God liefhebben, alle dingen medewerken ten goede, namelijk dengenen, die naar Zijn voornemen geroepen zijn.
29 Want die Hij te voren gekend heeft, die heeft Hij ook te voren verordineerd, den beelde Zijns Zoons gelijkvormig te zijn, opdat Hij de Eerstgeborene zij onder vele broederen.
30 En die Hij te voren verordineerd heeft, dezen heeft Hij ook geroepen; en die Hij geroepen heeft, dezen heeft Hij ook gerechtvaardigd; en die Hij gerechtvaardigd heeft, dezen heeft Hij ook verheerlijkt.
Dat kun je ook zien in Rom. 11:2 waar hij in het 2e vers terugkomt op Rom.8:29
1 Ik zeg dan: Heeft God Zijn volk verstoten? Dat zij verre; want ik ben ook een Israëliet, uit het zaad Abrahams, van den stam Benjamin.
2 God heeft Zijn volk niet verstoten, hetwelk Hij te voren gekend heeft.
Ook schrijft hij in Romeinen 11 dat een groot deel van de Joden verhard zijn door God maar een klein deel niet en dat zijn de uitverkorenen die van te voren uitverkoren zijn.
Of dat rechtvaardig is van God legt Hij in Rom.9 uit met voorbeelden van andere Joden uit de geschiedenis.
En of we voor de grondlegging uitverkoren zijn?
Nee, de Heere Jezus was er voor de grondlegging en God had Hem voor de grondlegging al lief.
Vergelijk de tekst uit:
Efeziërs 1:4
Gelijk Hij ons uitverkoren heeft in Hem, voor de grondlegging der wereld, opdat wij zouden heilig en onberispelijk zijn voor Hem in de liefde;
Met:
Johannes 17:24
Vader, Ik wil, dat waar Ik ben, ook die bij Mij zijn, die Gij Mij gegeven hebt; opdat zij Mijn heerlijkheid mogen aanschouwen, die Gij Mij gegeven hebt; want Gij hebt Mij liefgehad, voor de grondlegging der wereld.
Conclusie:
De heidenen worden allemaal geroepen/getrokken, maar velen hebben zichzelf verhard.
Een deel van de Joden zijn door God verhard en een deel niet, dat zijn degenen die van tevoren uitverkoren zijn.
Maar nergens in Gods Woord zie je een oorzakelijk verband als: Gelooft in Jezus Christus en de uitverkiezing en gij zult zalig worden. Nergens, maar dan ook nergens, worden deze twee aspecten gebundeld in welke prediking of tijdens welke evangelieverkondiging dan ook door profeten, apostelen, evangelisten of Jezus Zelf. Natuurlijk wordt er op tal van plaatsen over “verkorenen” of “uitverkoren” gesproken, maar altijd in ondergeschikte zin aan het evangelie en tot troost van de christelijke gemeente. Daarom staat nooit en te nimmer in de evangelieverkondiging de uitverkiezing voorop, maar altijd de gekruisigde Christus.
Ons verkiezing is daarom ondergeschikt aan het geloof in Christus. Onze zekerheid en zaligheid in de vergeving van onze zonden door Zijn bloed. Als we Hem oprecht liefhebben zijn we verzekerd van onze zaligheid (zelfs als zou er -plat gezegd- niet eens een verkiezing zijn).
Er is wat afgedogmatiseerd over de uitverkiezing, met als gevolg een dorre doodsheid in onze kerken en een wetmatige, zielloze kerkgang. Lees de laatste alinea van het antwoord van evangelist Van Dooijeweert nog maar eens. Dat is het grote geheim. “Niet uitverkoren, maar uitverkoren in Christus.” Daar ligt onze zekerheid en ons vast vertrouwen.
anders gingen we allemaal verloren
gelukkige mens,die eruit gehaald wordt.
Daarnaast wil ik het volgende ter overdenking meegeven.
Ik heb bewust niet overal teksten/Bijbelgedeelten bij gezet, maar je kon ze uiteraard wel opmerken als je het leest. Lees ook de laatste alinea in mijn eerste reactie al. Dat is bepaald geen verdraaiing of omgekeerde volgorde. Het is het aangewezen Middel / Manier van God tot zaligheid, omdat in het Evangelie Zelf, de kracht van God is, Hij ervoor heeft gekozen op die manier (door prediking) Zijn volk (de uitverkorenen) zalig te maken, hen doelbewust/effectief te roepen. En met dat Hij hen roept schenkt Hij ook wat zij NODIG hebben, maakt Hij geestelijk levend waardoor zij gaan geloven, blijven geloven, steeds meer gelijkvormig aan Zijn Zoon worden in hun dagelijks leven door een levende relatie met Hem. (Daarom zegt Paulus, 'onderzoek uzelf', om te zien of dat werkelijkheid in uw leven is, anders heeft u niks) Is dat verdraaien, volgorde omkeren?
Dus, wat is nodig? Onder de prediking van God te zijn. Alleen en al je vertrouwen, in woord en daad, in Dat Woord te stellen waarin Christus en Zijn werk centraal staat en aangeboden wordt tot volkomen vergeving, rechtvaardigmaking, heiligmaking. Daar werkt God door Zijn Heilige Geest het ware geloof in het hart.
Waar het dan allemaal op neerkomt, waar tot nu toe over gesproken is, is dit (laat de uitverkiezing maar even dan): één vraag die je moet beantwoorden: is de mens radicaal verdorven, dood in zonde? Het enige juiste antwoord daarop, is ja. Het gevolg daarvan is dat wij mensen niet meer tot God kunnen komen. En wij kunnen dat niet omdat wij dat niet willen. En wij willen dat niet omdat wij van nature (sinds de zondeval) God haten. Hierin is de mens geen slachtoffer, hierin ben ik, ben jij, zijn wij allen (in Adam en ons dagelijks leven) dader.
Even tussendoor, je sprak dus over volgorde. De juiste volgorde (hoe de Bijbel ons ook onderwijst) is kennis van God, Wie, Hoe en Wat Hij is, (dan komt namelijk pas rechte kennis van andere dingen) daarna dan eerst van onszelf, de ellende (de zondeval, wet..), niet zozeer de zonde maar 'zelf', onze natuur, waardoor wij zonde ZIJN en alleen maar zonden KUNNEN doen. Dan, gaan we in het licht van Wie God is, enigszins ons (grote) probleem zien en de noodzaak van een Goddelijke Redding die vervolgens in Christus alleen is. Dat is niet een verborgen volgorde en niet alleen de aangewezen, Bijbels onderwezen volgorde, maar ook logische volgorde.
Het brengt alleen wel een duidelijk zichtbaar en merkbaar probleem met zich mee. Omdat God namelijk goed is en wij slecht, haten wij God. Willen we van nature zo ver mogelijk bij God vandaan rennen, omdat we weten dat we schuldig zijn. Wat doet een goed, meest Heilig en rechtvaardig God met onrechtvaardige, slechte, opstandige en totaal verdorven mensen? Die haat Hij, vernietigd Hij omdat Hij te rein is om ook maar de 'kleinste' zonde te verdagen. (dat is waarom we alleen veilig zijn in Christus)
Maar dit is onze staat, (waarin we deze wereld binnen treden sinds de val in Adam). Dat is wat de Bijbel ons leert, en daar begint het ook. Daar moeten we ook beginnen want anders hebben we niets aan genade in Christus.
Laat ik in verband hiermee nu vervolgens één (van de vele) duidelijk Bijbelse voorbeelden aanhalen, die ook gerelateerd is aan het antwoord wat gegeven wordt aan de vraagsteller en tevens een van de vele plekken is die duidelijk aantoont dat wat je beweert ‘dat 'nergens, maar dan ook nergens de twee aspecten gebundeld worden..' ‘onwetendheid’ is,
(Onthoud in het licht daarvan ook goed dat de Bijbel vaak niet dingen letterlijk (expliciet) benoemt maar wel een duidelijke (impliciet), niet te missen conclusie doet verstaan ten aanzien van de verschillende onderwerpen in de Bijbel, als je Deze onder de leiding van Heilige Geest bestudeert. Dat is namelijk wat God wil dat we doen, daarom heeft Hij Zijn Woord en Geest gegeven, opdat we tot inzicht komen van de volle waarheid)
Maar van impliciet is hier zelfs geen sprake, als Christus namelijk zegt, zoals in het antwoord aangehaald wordt, Johannes 6, 'die tot Mij komt zal ik geenszins uitwerpen', kunnen we dat ten eerste niet los zien van wat Hij letterlijk in de zin ervoor zegt en zelfs tot 5 keer toe herhaald in diezelfde passage! Jezus benadrukt in deze passage dus tot VIJF keer toe, 'niemand KAN tot Mij komen TENZIJ de Vader Hem trekt'. Johannes 6 is wat dit betreft HET hoofdstuk wat de uitverkiezing aantoont en onze onmacht. Dat is vrij duidelijk, dit is niet te missen, het impliceert niet eens zozeer iets, maar geeft expliciet dat aan. Jezus zegt dit bewust omdat Hij als geen ander wist (weet) wie, hoe en wat wij mensen zijn (sinds de val). Als Jezus dan zegt NIEMAND & KAN, slaat dit allereerst op wat Hij iets verder terug zegt (‘een ieder die komt zal Ik niet uitwerpen’) en vervolgens op twee onomstotelijke waarheden: Niemand, is ook daadwerkelijk niemand & kan is in dit geval ook een werkelijke onmogelijkheid. Dus niet 'mag niet' of iets dergelijks. 'Niemand kan', is een absolute onmogelijkheid. Dat zei Jezus omdat dit zo is, niet omdat Hij het niet wil, maar omdat Hij als geen ander wist (weet) dat wij door en in onze gevallen staat niet meer KUNNEN komen (onbekwaamheid). Kunnen is in dit geval echter niet een 'opgelegde' onmogelijkheid (van God bv) waar wij niks aan kunnen doen, maar zoals eerder gezegd, dit wordt veroorzaakt door ons eigen niet willen, moedwillig, eigen keuze. (goede God - slechte ik - slecht zoekt goed niet op want goed haat slecht en wil het vernietigen)
Als je dit niet accepteert, of hier omheen wil, negeren, of vervormen, of wat dan ook, ben je hoogst waarschijnlijk nog steeds bezig je eigen redding te bewerken, althans er aan bij te dragen. Is het geen Sola Gratia (100% genade). Als je dit wel accepteert, is de vraag: 'hoe zullen we dan zalig worden'?...
Jezus werpt hen die tot Hem komen niet uit ... Enkel en alleen omdat het de Vader is die ze naar Hem trekt. Dat is de reden waarom. Niet omdat wij zelf komen, want wij komen niet zelf. Alleen al te suggereren dat Hij hiermee iets anders bedoelt dan wat Hij zegt, is Jezus woorden in de mond leggen.
Dus je kan zoals je zegt mensen slechts zeggen 'Hem oprecht lief te hebben' en ze vervolgens zeggen dat ze dan verzekerd mogen zijn van hun zaligheid, maar daarmee maak je een menselijke beslissing, van überhaupt iets onmogelijks, ook nog tot een valse hoop. (immers, Wie is God, wat is het liefhebben, hoe! (kunnen we dat?) en waarom?)
Ik heb het nu eigenlijk nog helemaal niet over de uitverkiezing gehad. Los van dat Jezus zegt dat Zijn Vader mensen tot Hem brengt en Hij DIE in geen geval zal uitwerpen.
Bovenstaande is gewoon Bijbels onderwijs en betreft de totale verlorenheid van de mens en diens onbekwaamheid hierdoor die vanaf het begin van de Bijbel ons onderwezen wordt en we in ons eigen leven terug zien en in de wereld om ons heen. Één ding weten we hierdoor wel zeker, als God niets doet, gaat een ieder verloren. Dat is niet verkeerd beginnen, dat is bij het begin beginnen, opdat we weten wat er aan de hand is. Waarom en waarin we überhaupt geloven, als we geloven. Dat is alle hoop op zelf wegnemen, opdat we niet meer in onszelf gaan zoeken. Dat deed Jezus ook. Die confronteerde mensen daar ook voortdurend mee. Eerst met de geboden, dat ze die niet konden onderhouden en dat de enige redding in Hem was.
Nu kun je (als je wil uiteraard) alsnog / kan men alsnog zeggen 'je begint verkeerd' 'je maakt het te ingewikkeld' 'je belemmerd anderen in te gaan' 'die kennis komt achteraf' 'je ontrafeld' 'je klimt in de eeuwige raad Gods' etc etc. (Mensen, het staat er gewoon, niet om genegeerd te worden, niet om ons in de war te brengen maar omdat het de geopenbaarde waarheid van God is waar Hij om geëerd wil worden)
Je kunt je voorstellen dat als Jezus dus elders zegt, wie in Mij geloofd, dan kun je in geen geval langs Johannes 6. Want dan zeg je, ‘Fijn wat U daar zegt Heere Jezus, maar ik kom zelf’.
Maar laten we voorop stellen dat als je geloofd, het belangrijk is dat je überhaupt weet waarom en in wie! Dat je wel in de God, in de Christus, van de Bijbel geloofd. Toch? Anders weet je niet eens waarom en geloof je ook nog is in een god van je 'eigen verbeelding' die niet de God van de (hele) Bijbel is waardoor je nog steeds op de brede weg bent. (Ondanks je 'sterke' overtuiging van niet)
Hoe kun je in die Enige Ware God geloven zonder dat je Hem werkelijk kent?. Als je Hem niet kent, geloof je namelijk in 'iets' waarvan je geen kennis hebt ... en is het waardeloos. Als je roept ‘Christus’ bloed is de enige redding’ dan heb je gelijk, en als je dat zegt te geloven, is dat heel goed en ben je gezegend als het ook praktijk is! Maar hoe kom je dan aan dat geloof? Hoe weet jij zeker dat jij dat geloofd? Dat is niet moeilijk doen, dat is waar de Bijbel, Jezus, de Apostelen ons dringend op wijzen en toe oproepen omdat er niets bedrieglijker is dan het menselijk hart , en als er geen bewijs in ons leven is van een reddend geloof …. Maak uw roeping in verkiezing zeker!
Je kan roepen en evangeliseren, 'heb God lief'! Ja, maar hoe? WIE is God?... Kan ik dat dan überhaupt? Wat zegt de (hele) Bijbel daar nu over? God heeft ons Zijn hele Woord gegeven, ‘de kracht Gods tot zaligheid' de rechte verkondiging daarvan (denk aan volgorde), daar werkt Hij genadig door, niet door slechts te zeggen dat God ons liefheeft en wij God lief moeten hebben, Hij heeft ons niet één pagina gegeven met die tekst. Dat is net als dat de Bijbel zegt ‘geloof in de Heere Jezus Christus en u zult zalig WORDEN.’ Wij gebruiken deze tekst(en) en maken hiervan ‘zeg dat je geloofd en dan IS het goed’. (Juist dat zorgt voor dode, niet wedergeboren christenen).
Wat kun je opmaken uit de Bijbelse versie? Dat ALS je geloofd, je zalig ZAL WORDEN. Dit zegt werkelijk niets over het ‘kunnen’ en ‘wie’. Wat is dan belangrijk? 1. Te weten WAT geloof is 2. Waarin? 3. Hoe ik dat 'doe' en of het überhaupt iets wat ik kan, of wat ik slechts moet zeggen? 4. 'Zalig WORDEN, wat betekent dat, wat betekent het in dit verband?
Christus zei, 'hierin is het eeuwige leven Vader, dat zij U kennen en Christus die U gezonden hebt'. Hoe zullen we God kennen? In Zijn HELE Woord, in Zijn Zoon die voor ons mensen de openbaring van God Zelf is. Velen, velen, zijn tevreden met een oppervlakkige kennis, berusten daarin, wachten onder het mom van gruwelijke excuses ‘af’, vertrouwen op overgedragen kennis van ouders of anderen en komen zelf nooit tot een reddende kennis, reddend geloof en bewijzen dit ook met hun leven. Menen vervolgens wel commentaar te kunnen/moeten geven op Bijbelse onderwerpen, maar hebben geen idee wat God in Zijn Woord nu werkelijk er over te zeggen heeft. We kunnen en mogen niet licht denken over onwetendheid, onverschilligheid, oppervlakkigheid en dienen onszelf hier voortdurend op te onderzoeken, of we niet enigszins verwerpelijk zijn. God ziet dat niet door de vingers. Hij zei bij monde van de profeet Hosea al 'Mijn volk gaat verloren door een gebrek aan kennis' en bij monde van de profeet Jeremia 'Laat niet de wijze roemen in zijn wijsheid, niet de rijke in zijn rijkdom en niet de sterke in zijn kracht, maar laat hem die roemt, hierin roemen, dat Hij Mij begrijpt en Mij kent...'
Ik denk aan Paulus die op zijn knieën bidt voor de Efeziërs dat ze zullen begrijpen wat de hoogte, breedte, diepte en lengte is van het Evangelie, dat ze tot inzicht van de volle raad Gods komen! Petrus die hetzelfde doet!
En wat doen wij? Wij kalven het Heilig Woord van God af tot iets wat ons uitkomt, of waar we slechts 'kennis' van denken te hebben, een manier hoe we het zelf nog kunnen bepalen, het welbekende beslissingsgeloof, weliswaar onder het mom van dat God het doet en enkele andere vrome kreten. En halen allerlei motivaties aan wat uit het verband of uit de context gehaalde dingen zijn en daardoor niets meer met betreffend onderwerp te maken hebben, om iets recht te praten of mensen een goed gevoel te geven, niet tot aanstoot te zijn..
Een ander voorbeeld daarvan is de tekst die aangehaald wordt dat God niet wil dat enigen verloren gaan. Dat is wat er staat. Betekent dit dan dat God het eigenlijk niet wil maar niet in staat is om hen allen te redden? Betekent dit dat God het eigenlijk niet wil maar omdat al die nare mensen tegenwerken is hij niet in staat hen te redden? Betekent het dat …. Het zegt in eerste instantie niets over onze mogelijkheid om onszelf te redden. Daarnaast weten we ook dat wat God wil, gebeurd en wat God niet wil gebeurd niet! anders is Hij geen God. Dus hierdoor weten we ook hoe we dit in ieder geval NIET moeten lezen. Hoe dan wel, en wat de zin daarna bv betekent? onderzoekt dat …
De realiteit is en laat zien dat God hen helpt die zichzelf niet meer kunnen helpen en nog nooit iemand heeft geholpen die zichzelf kon helpen.
We weten één ding zeker, dat als God niet ingrijpt in ons leven, we allemaal er voor kiezen rechtstreeks naar de verdoemenis te gaan. Is dat een hoopvol bericht? Nee. De wanhoop die dat teweeg brengt in het hart, als die gevoeld wordt, die zal ons naar Christus leiden om in Hem, Zijn volbrachte werk, onze redding en enige hoop te vinden. Die wanhoop hebben we namelijk niet van onszelf, kunnen we zelf niet creëren. Die wanhoop wordt door de rechte verkondiging van Zijn Woord, door Gods soevereine genade in het hart gewerkt door de Heilige Geest en zal doen wat Hij wil dat het doet; een droefheid tot God bewerken die een onberouwlijke bekering tot zaligheid als gevolg heeft. Met die wanhoop, nood, die onbekwaamheid, is de zondaar welkom bij Christus. Het is de wanhoop die door de eeuwen heen, arme, ellendige, volledig onbekwame zondaren op Christus deed zien voor hun redding, die hen deed uitroepen 'gedenk mij dan toch als U straks in Uw paradijs bent en ik verloren!' of die zeiden 'ik ben het niet waardig Uw kind genaamd te worden, maar maak mij dan maar een slaaf' en terstond waren ze gerechtvaardigd.
Is het niet wonderlijke om over de genade van God te spreken, te overdenken, dat Hij naar ons om gezien heeft van alle eeuwigheid af!? Daarom is het Kruis van Christus, daarom is Gods verkiezing van ons in Christus zo wonderlijk, genadig en onze enige hoop! Maak ik dan uitverkiezing tot een reddend iets? God Heeft Zelf bepaald door de verkondiging van Zijn Woord Zijn uitverkoren volk, voor wie Christu’s bloed werkelijk tot redding gestroomd heeft, te roepen tot zaligheid. ‘Spurgeon zei in het licht daarvan, ‘Als God een UI op elke uitverkorene had gezet, dan was ik zeker alleen tot hen gaan preken, maar dat heeft Hij niet gedaan..’ Hij heeft de opdracht gegeven om het volle Evangelie tot aan de uiteinden der aarde te verkondigen, dus prediken we het Evangelie tot een ieder, Hij roept vervolgens de Zijnen tot een reddend geloof!
Er zijn zonder twijfel mensen die uiverkoren zijn en momenteel nog onbekeerd rondlopen. Weet jij, weet ik wie dat zijn? Nee, we bidden tot God om geloof, bekering, ook voor onze naaste! En dat God geëerd wordt in de bekering van ongelovigen. We weten daarnaast ook dat God niet machteloos toe kijkt totdat onbekeerde mensen wel de ‘beslissing’ maken.
Wat zei Jezus tegen Nicodemus? Als het ware zei Hij ‘Nicodemus, je weet en je hebt, helemaal niets! Je moet wederomgeboren worden! Dan pas kan je het koninkrijk zien en dan pas ingaan. Wat kunnen wij bijdragen aan een wedergeboorte? Net zoveel als aan onze eerste geboorte, niets. We gaan niet geloven en dan worden we wederom geboren, we kunnen pas geloven ALS we wederom geboren zijn. We zijn niet uitverkoren omdat God ‘voorzag’ dat wij zouden gaan geloven, we zijn niet uitverkoren omdat we geloven, … als we geloven, is dat omdat we uitverkoren zijn.
Een meer zorgelijke kant van wat jij noemt afgedogmatiseerd, is dat er angstvallig wordt doodgezwegen.
Geen geestelijk ontwikkeling plaats vindt, geen geestelijke groei, maar lauwe, gezapige christenen. En dan zeggen mensen ‘dat komt vanzelf’ ‘wat je nodig hebt komt op zijn tijd’. Het is afschuwelijk.
Kinderen wordt van bovenstaande dingen onthouden of niet Bijbels uitgelegd en voorgeleefd. Vervolgens komen die kinderen tot hun verstand en gaan ze vragen stellen. Dan worden dergelijke dingen als een ‘mysterie’ afgedaan en zo wordt een onzeker en onwetend geloof geschapen. Leven velen verder in een hoop die geen hoop is, een onzeker geloof wat veelal meer een kwelling is dan een verheuging in een genadig verkiezend God. En God staat het toe hoor, want God ‘geeft hen over aan wat ze zelf willen’.
Lee wijst erop dat Gods volk in het Oude Testament God nooit leerde kennen door middel van intellectuele of spirituele kennis. Voor de aartsvaders en profeten betekende kennen van God een praktisch erkennen en aanvaarden van Gods daden door hun belijdenis, lofprijzing en gehoorzaamheid / daden in het dagelijks leven. De kennis van God is onder Israël open kennis, beschikbaar voor in elk geval iedere Israëliet! (p. 36. 37)
Op p. 40 voegt Lee daaraan toe: uitverkiezing heeft voor de Oudvaders, net als in het Bijbelse denken, altijd betrekking op een heel volk. Wanneer de apostel Paulus spreekt over het volk van God, zo haalt hij de Nederlandse kerkhistoricus Quispel aan, dan bedoelt hij het historische volk Israël, waarvan de Christelijke kerk een verlengstuk van is.
Lee zegt, interessant genoeg, dat we sporen van gnostische (= 'kennis' óverbelichtende) ketterij in het christendom onder meer kunnen herkennen aan het ontbreken van de liefde (p. 28/29) en aan het leggen van het zwaartepunt bij de persoonlijke verlossing. Nee, zegt Lee, is de persoonlijke verlossing altijd verbonden met Gods grote daden. Hij citeert dan Hebreeën 1: 1-2 en besluit: Daar zien we zowél de Vader als de Zoon, het Oude Verbond áls het Nieuwe, geschiedenis en natuur, verleden en heden. Dit samen, in hun samenhang, is het zwaartepunt van het orthodoxe belijden.
Daarin wordt duidelijk dat God iedere heiden nodigt/trekt.
Maar de mens herkent Hem niet, net zo min als dat ze de Heere Jezus herkenden toen Hij op aarde rondwandelde.
En ook wil de mens niet dat God Koning over hem is.
Voor die verharde mens staat de bruiloftsgast zonder bruiloftskleed symbool.
de dicipelen vonden het toch ook niet nodig,dat hun Heere moest gaan lijden?
we hebben toch allemaal inwendige ogen nodig,om op Hem te zien?
van de melaatsen ging er ook maar eentje terug!
na deze zult gij het verstaan zei de Heere Zelf tegen zn dicipelen.
teruggebracht naar galilea,werden ze onderwezen,waarom Hij moest lijden....
er is toch niemand die God zoekt?allen afgeweken?
als ik zo gewillig ben,is dat ook om mn eigen hachje hoor,dat ik niet verloren wil gaan.
als God Koning over iemand is,kan Hij toch doen wat Hij wil,met zo,n mens?lijkt mij?
paulus zei toch ook ,,wie zijt Gij Heere?
nou,als er een was die verstand had van godsdienst was hij het wel.
ieder mens die aan zichzelf ontdekt wordt,kom van alls in zn binnenste tegen,ook verharding,niet willen,vijandschap enz.
die hebben Hem juist extra nodig
en....hebben zichzelf er altijd voor over,als Hij hen voorbij gaat.
het voorbeeld v d koninklijke bruiloft is te hopen dat het ons tot inkeer brengt en Hem nodig krijgt.
we houden alleen maar schuld over en zonde Bambi en geen gewillige mensjes van nature,
maar gelukkige mens,die gewillig is gemaakt!
De mens heeft toch echt zelf de keuze of hij op het trekken van God ingaat of niet.
Aan God zal het niet liggen:
1 Timotheüs 2:1 Ik vermaan dan voor alle dingen, dat gedaan worden smekingen, gebeden, voorbiddingen, dankzeggingen, voor alle mensen;
2 Voor koningen, en allen, die in hoogheid zijn; opdat wij een gerust en stil leven leiden mogen in alle godzaligheid en eerbaarheid.
3 Want dat is goed en aangenaam voor God, onzen Zaligmaker;
4 Welke wil, dat alle mensen zalig worden, en tot kennis der waarheid komen.
Die bruiloftsgast was een gewillige man. Hij ging wel in op de uitnodiging, maar hij deed het op zijn eigen manier. Het resultaat was er naar.
Over de uitverkiezing moet je niet tobben, daar moet je je over verbazen. Je zegt: "was ik te snel tevreden?' Als je Jezus kent, verlang je naar meer. Steeds meer kennen. Dat is eeuwig leven.
Hoe zie jij Rom. 9 versus Rom. 10?
Zie mijn 1e reaktie op de 1e pagina.
M.vr.gr.
Ik heb ook niet alle wijsheid in pacht.
En als ik het antwoord niet weet, weet iemand anders het misschien wel. ;)
de Heere zegt,,Ik wil en zij zullen.
je teksten zijn allemaal waar,maar ik lees liever in zn verband,dan alleen maar teksten.
een eenzijdig Godswerk.
=
nooit iets v d mens bij.
als Hij trekt,komen ze vanzelf hoor
niet degene die wil,nog degene die loopt maar.....
toch een stukje tekst,die de moeit waard is,verder te lezen.....
die Ontferming gun ik je van harte
Al die keren dat God zegt: "Bekeert u," daarmee geeft Hij toch aan dat de mens zelf moet kiezen om God's wil te doen.
En er wordt ook vaak vergeten, dat al de Bijbelboeken die na Handelingen komen, brieven zijn die geschreven zijn aan de Gemeenten.
Oftewel aan de Joden en heidenen die bekeerd waren( tot het Christendom).
En niet aan onbekeerde mensen.