Kerkgebouw huis van God
Ds. M.A. Kempeneers | 12 reacties | 17-04-2014| 12:52
Vraag
Ik verbaas me telkens weer als ik in reformatorisch Nederland de mensen hoor zeggen dat de kerk (als gebouw) het huis van God is. Wordt het NT misschien niet begrepen? Volgens mij is Jezus duidelijk genoeg als hij zegt dat we God zullen aanbidden in Geest en waarheid. Niet meer op een bepaalde plaats. De heersende gedachte is dat het kerkgebouw dezelfde eerbied toebehoort als de OT-tempel. Paulus echter is duidelijk genoeg als hij zegt dat wij als gelovigen de tempel van God (de Heilige Geest) zijn. De OT-wetten en -regels gelden nog steeds, ook voor de NT-tempel (de gelovige). Verder is alles op deze aarde van God, van de grootste basiliek tot het miezerigste stalletje (Ps. 24). Als Jezus zegt dat Zijn huis een plaats van gebed zal zijn, kun je dit ook als gelovige op jezelf betrekken. Persoonlijk denk ik dat dit een onderdeel van de vervangingsleer is. De Kerk i.p.v. Israel, kerkgebouw i.p.v. tempel, doop i.p.v. besnijdenis, zondag i.p.v. sabbat, enz.. Misschien klinkt het nogal opstandig, maar ik zou graag willen dat refo-NL de Bijbel beter gaat verstaan. Kunt u misschien uw mening hierover toelichten? Misschien zit ik er ver naast. Graag hoor ik waar ik de fout in ga.
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste vraagstell(st)er,
Je klinkt in je vraag behoorlijk stellig. Ik herken wel iets van je moeite met de gedachte van het kerkgebouw als huis van God. Inderdaad is de vergelijking tussen de tempel en de kerk misplaatst. Dat was het huis van God in de oudtestamentische bedeling. Hij had de berg Sion tot Zijn woonplaats verkoren (Psalm 132:13), Hij woonde op het verzoendeksel, tussen de cherubim (Jesaja 37:16). Niemand kon zomaar het heilige der heiligen van de tempel binnenlopen. Dat kostte hem zijn leven. In die zin was de tempel uniek en kan een kerkgebouw als zodanig geen huis van God genoemd worden.
Wel loopt er een lijn van de oudtestamentische synagoge naar het nieuwtestamentische kerkgebouw. En daarvan geldt wat de Heere Jezus zegt in Matthéüs 18:20 “...waar twee of drie vergaderd zijn in Mijn Naam, daar ben Ik in het midden van hen.” Als er geen vergadering is in de Naam van Christus, is het kerkgebouw in principe niet bijzonderder dan een huiskamer.
En toch is voor mij hier ook weer niet alles mee gezegd. Het is toch niet om het even wat er met en in een kerkgebouw gebeurt. In zekere zin is het toch een heilig gebouw, in de zin van: anders dan anders. Het is apart gereserveerd voor de bediening van Woord en Sacrament. Daar is het ook voor ingericht. De oudtestamentische synagoge werd niet gebruikt voor verjaardagsfeesten, huwelijksrecepties, politieke debatten of wat dies meer zij. Het was een huis van samenkomst en gebed voor de gemeente. En in die zin is het kerkgebouw dat ook. Daar ga je geen feesten en partijen houden.
Al zijn er natuurlijk altijd situaties dat een gemeente in een sporthal of een buurtgebouw kerkdiensten belegt. Maar dat is een tijdelijke situatie.
Maar ik vermoed dat je met je vraag eigenlijk iets heel anders wil doen, namelijk je moeite met de gereformeerde gezindte en haar leer ventileren. En als ik je vraag zo lees, vermoed ik dat wij het op veel punten fundamenteel oneens zullen zijn. Je gaat wel heel snel met sommige vergelijkingen: “...kerkgebouw i.p.v. tempel, doop i.p.v. besnijdenis, zondag i.p.v. sabbat.”
Ik wil ten stelligste bestrijden dat het kerkgebouw, de zondag en de kinderdoop producten zijn van de onschriftuurlijke vervangingstheologie. Maar dat is een andere discussie.
Ds. M.A. Kempeneers, Katwijk aan Zee
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M.A. Kempeneers
- Geboortedatum:05-11-1964
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Katwijk aan Zee
- Status:Inactief
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
In alle bescheidenheid: misschien zie ik iets over het hoofd, deze tekst gaat toch niet over een gebouw? In het hele NT komen geen kerkgebouwen voor (als ik het mis heb hoor ik het graag). Deze tekst gaat m.i. over mensen die in Zijn naam vergaderd zijn. Dat kan in een kerkgebouw zijn, op een EO-jongerendag, in een evangelisatietent, bij iemand thuis, aan een ziekenhuisbed, in de gevangenis, in een Noord-Koreaans strafkamp, op straat of waar dan ook.
Zomaar wat vragen die bij me op komen bij het lezen van deze wat opmerkelijke manier van 'vraagstellen'.
Psalm 116 ook niet meer zingen ?
Ik zal met vreugd in 't huis des Heeren gaan,
Om daar met lof Uw groten Naam te danken.
Zelf vind ik dat als 'mensen van mening zijn' (zoals je schrijft) dat de kerk het huis van God is, het geen kwaad kan dat diezelfde mensen zich realiseren dat het dus om een (hun) mening gaat... Dat noopt in elk geval tot bescheidenheid die ertoe dient te leiden dat die mensen zich niet direct aangevallen voelen als er een vraag over 'hun mening' gesteld wordt.
Nu u het zo schrijft, lijkt het mij best mogelijk dat deze (terecht geliefde) psalm eraan heeft bijgedragen om onze kerken gelijk te stellen aan 'het huis des Heeren'.
Verder vul je voor mij in dat dit mijn mening is en dat ik me aangevallen voel. Ik heb echter alleen maar opgemerkt wat er in de vraag naar voren komt, namelijk de stellige verkondiging van de mening van vraagsteller én zijn uithaal naar andersdenkenden. Dat lijken me geen vragen, nietwaar? Aan het einde van zijn beweringen staat inderdaad zijn motivatie, nml. dat hij graag zou willen dat refo-NL de Bijbel beter gaat verstaan. Ook dat is geen vraag, maar iets wat hij meent en wat hij wil.
Gelukkig calculeert hij (in tegenstelling tot zijn eerdere stellige uitspraken) in zijn laatste zin dan toch nog eventjes in dat hijzelf ook wel eens de Bijbel niet goed zou kunnen verstaan. Hopelijk mag het rechtzinnige antwoord van de dominee hem tot onderwijs zijn. Van harte toegewenst!
Ps. ik blijf met de vraag zitten waarom het voor vraagsteller zo belangrijk lijkt, dat refo-NL de Bijbel gaat verstaan, zoals hij die kennelijk meent te moeten verstaan. Wat maakt het uit dat er mensen zijn die de kerk als het huis van God zien? Heeft hij daar last van? Ik ben daarnaar gewoon oprecht benieuwd.
Ik ben dus niet de enige die de vraag wat opmerkelijk gesteld vind. Nogmaals, ik ben geinteressseerd in het feit waar die moeite uit bestaat, want welke last geeft het nu helemaal voor vraagsteller dat er mensen zijn die geloven dat de kerk het huis van God is?
Uiteraard heeft psalm 116 betrekking (oorspronkelijk) op de tempel in Jeruzalem.
Daarom stel ik ook de vraag "niet meer zingen deze psalm?"
Die tempel in het aardse Jeruzalem, waar 46 jaar over gebouwd was, zou Jezus afbreken en in 3 dagen weer opbouwen.
In die tijd leven wij nu.
Ik ben het eens met de vraagsteller, aards en stoffelijk werd geestelijk.
Lichamelijk zaad werd geeestelijk zaad.
Aards Jeruzalem werd geestelijk Jeruzalem.
Want jeruzalem en Sinai in Arabie liggen op 1 lijn, en is met zijn kinderen in slavernij
het hemelse jeruzalem is vrij.(Lees Gal 4:21-31)
De vraagsteller heeft natuurlijk ewel degelijk en punt wanneer hij stelt dat er slecht rituelen vervangen zijn, waardoor we de verwezelijking van het zinnebeeldige van destijds, missen.