De verdrukking meemaken
Ds. R. Kok | Geen reacties | 01-10-2001| 00:00
Vraag
Gaan wij als Christenen de verdrukking meemaken of is de verdrukking na de opname bij Jezus wederkomst?
Antwoord
Het gaat in je vraag om het meemaken van de verdrukking. En wanneer dat dan zal zijn: voor of na de wederkomst van Christus.
Verdrukking van de gelovigen is er altijd al geweest. Kaïn sloeg Abel dood. In onze tijd worden op diverse plaatsen christenen vervolgd om hun geloof.
De Bijbel spreekt echter over een bijzondere verdrukking die aan het eind van de tijd zal plaatsvinden, zoals nog nooit eerder geweest is. Als de dagen niet verkort zouden worden, zou niemand zalig worden (Matt. 24:21-22). Dan zal de ongerechtigheid toenemen en de liefde van velen verkouden (Matt. 24:12; 2 Th. 2:3; 2 Tim. 3:1-7; 4:3-4). Wetteloosheid zal het kenmerk zijn van de tijd die aan de wederkomst van Christus voorafgaat. De mens der wetteloosheid komt openbaar. Dat is de mens die niets van de wet van God moet hebben. Die volledig zelf wil uitmaken wat goed en kwaad is. De zondige mens komt dan in zijn ware aard openbaar. Tot nu toe werd de volle uitwerking daarvan nog tegengehouden door Gods goedheid. Daarom was er in zekere zin nog een leefbare wereld. Maar dan gaan de remmen los. Dat betekent tegelijk verdrukking van de ware gelovigen.
Je vraag is: zullen wij als christenen dat meemaken, of is dat pas na de opname bij Jezus wederkomst?
Eerst is dan antwoord nodig op de vraag: wat wordt bedoeld wordt met "de opname bij Jezus wederkomst"? Deze gedachte treffen we aan bij hen die uitgaan van twee wederkomsten van Christus (zgn. chiliasten). Zij denken dat aan de dag van het oordeel eerst nog een duizendjarig vrederijk voorafgaat, waarin Christus lichamelijk op aarde zal regeren. Alles zal dan door de vrede bloeien.
Bij Zijn eerste komst zal Christus de satan binden, alleen de gestorven heiligen opwekken en de gemeente opnemen in Zijn heerlijkheid. Opeens zullen dan alle kinderen van God verdwenen zijn. Men meent dat te kunnen opmaken uit 1 Thess. 4:13-18. Dit gedeelte spreekt echter over de algehele opstanding der doden. Dan zullen degenen die reeds in Christus ontslapen zijn, niet achtergesteld worden bij hen die nog leven als Hij weerkomt. Zij zullen éérst opstaan en dan samen met de gelovigen die nog leefden, opgenomen worden in de wolken, de Heere tegemoet in de lucht.
Men meent vervolgens dat na "de opname van de gemeente" een overblijfsel van Israël in Jezus gaat geloven. Door hun getuigenis komen velen van de volken tot bekering. De vijanden van God en Zijn volk zullen een grote aanval op hen doen (slag van Armageddon), maar Christus vernietigt de vijanden en vestigt Zijn troon in Jeruzalem om daar gedurende duizend jaren te regeren. Een tijd van voorspoed en vrede.
Aan het eind van die duizend jaren zal de satan ontbonden worden om de volkeren opnieuw te verleiden en de heiligen te bestrijden. Op een wonderlijke wijze zal Christus ingrijpen. Dat is Zijn tweede komst. Hij zal dan de satan verslaan en het eindgericht houden over levenden en doden.
Nergens wordt echter in de Bijbel gesproken over twee wederkomsten van Christus. Integendeel, ook wat Christus Zelf over Zijn wederkomst zegt, wijst duidelijk op één wederkomst. In Openb 20:3 wordt wel gesproken over een met Christus als koningen regeren gedurende duizend jaren, maar er staat niet bij dat dit op aarde zal zijn. Het gaat om tronen in de hemel. Openb. 20 spreekt over wat er zich afspeelt in de geestelijke wereld (duivelen en zielen onder altaar).
Door Zijn kruisdood heeft Christus de werken van de duivel verbroken (1 Joh. 3:8). Satan is gebonden. Hij heeft nog wel beperkte ruimte, maar niet meer dan de ketting waaraan hij vast zit, lang is. Hij kan de volkeren niet verleiden. Daardoor kon, sinds de hemelvaart van Christus ("Mij is gegeven alle macht in hemel en op aarde"), het evangelie over de wereld verbreid worden. Het getal duizend behoeven we niet letterlijk te nemen. In Openbaring komt veel getallensymboliek voor (denk aan: de zeven geesten, 1:4).
De grote verdrukking die komen zal, hangt samen met de ontbinding van satan en valt dus vóór de wederkomst van Christus.
Maken wij die verdrukking mee? We kunnen ons afvragen of de tijd van het ontbonden worden van de satan inmiddels al niet begonnen is. Allerlei heidense gewoontes (crematie, polygamie, enz.) die tijdens de kerstening van de volkeren konden worden uitgeroeid, komen nu weer op. Is de ontbinding niet in allerlei vormen aan de gang? De mens der wetteloosheid gaat zich volop openbaren. Op de ene plaats is dat meer merkbaar dan op de andere, maar het zal naar het einde toe meer worden. Wij maken dat dus in zekere zin mee. We weten het tijdstip van de wederkomst niet. De signalen wijzen er op dat deze aanstaande is.
Belangrijkste is, dat we bereid zijn om de Heere te ontmoeten. De Heere Jezus Zelf zegt in Matt. 24: 44: "Daarom weest ook gij bereid; want in welke ure gij het niet meent, zal de Zoon des Mensen komen."
Ben je bereid om Hem te ontmoeten? Je kunt ook vóór de wederkomst sterven. We moeten allen geopenbaard worden voor de rechterstoel van Christus. Dat de Heere nog niet terugkomt hangt samen met Zijn lankmoedigheid (2 Petr.3: 9). Het is nog genadetijd. Bidt om een hart dat Hem liefheeft. Dan kun je ook de verdrukking aan.
Een aansporing om de toevlucht te nemen tot Zijn genadetroon geeft de Heere in Hebr. 4:16: "Laat ons dan met vrijmoedigheid toegaan tot de troon der genade, opdat wij barmhartigheid mogen verkrijgen, en genade te vonden, om geholpen te worden ter bekwamer tijd."
Ds. R. Kok
Dit artikel is beantwoord door
Ds. R. Kok
- Geboortedatum:06-11-1946
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Urk
- Status:Inactief