Ziel van een embryo
J. Boeijenga | 1 reactie | 03-09-2013| 09:43
Vraag
Wanneer heeft een embryo een ziel? Wanneer dit al direct bij de bevruchting gebeurt (vanaf dat moment is er immers leven), hoe zit het dan met de ziel wanneer de cellen zich splitsen (wat bij een eeneiige tweeling gebeurt)?
Antwoord
Wie heeft zoveel inzicht dat hij over de ziel een gefundeerde uitspraak kan doen? Ook bij nauwkeurige bestudering en voorzichtige interpretatie van de Heilige Schrift valt er slechts met enige schroom iets van te zeggen, maar dan nog kan niemand de pretentie hebben om hier gezagwekkende uitspraken over te doen.
Hierbij een poging. In de christelijke traditie wordt uitgegaan van de bezieling van menselijk leven, ook in haar prilste verschijningsvorm. Een indicatie van de bezieling van ongeboren leven kan liggen in het feit dat, bij het bezoek van de zwangere Maria aan haar eveneens zwangere nicht Elizabet, het kindje opsprong in Elizabet’s schoot toen zij de begroeting van Maria hoorde. Er was kennelijk sprake van geestelijke herkenning en dit mag illustratief heten voor bezieling. Het blijft speculatief of dit alleen voor deze situatie geldt of als algemene stelregel genomen mag worden, maar laten we de ruimste interpretatie nemen en er van uitgaan dat het leven vanaf de conceptie bezield is. Dat levert een mooi uitgangspunt op, maar creëert ook een hier mee samenhangend probleem. Als de binding van de ziel aan een leven dat nog geen (echte) hersenfunctie heeft een feit is, dan is iemand die hersendood genoemd wordt, nog niet ontzield. Dat dit dus dan weer problemen rond de visie op orgaandonatie zou kunnen opleveren laat ik in het kader van de vraag maar even onbesproken.
Hoe zit dat dan bij de vorming van een eeneiige tweeling? De gedachte is duidelijk: als er aanvankelijk één klompje cellen is dat het begin van het leven vormt, en dan al bezield is, hoe kan die ene ziel zich dan delen tot twee zielen? Bij het denken over een bijna onaards begrip als “ziel” moeten we proberen die ziel ook niet als een brok materie voor te stellen. Het is zoals je moet denken over dingen aangaande de eeuwige, hemelse heerlijkheid. Dit beslaat een andere werkelijkheid dan de aardse, waarin sprake is van andere dimensies.
De aardse dimensie van bijvoorbeeld “ruimte” zou kunnen luiden: Ruimte is datgene dat verhindert dat twee voorwerpen op dezelfde plaats staan. In de hemel passen, om maar eens een populaire uitspraak aan te halen, duizend engelen op de punt van een naald. Het volume-innemende aspect van ruimte is daar volkomen irrelevant. Zo ook met het begrip tijd. Wij leven in een dimensie waarin tijd als het ware een lijn vormt, met een begin en een eind. In de eeuwigheid is tijd een cirkel zonder beginpunt, waarbij het ook totaal niet relevant is of iets eerder later of tegelijker’tijd’ gebeurt. Dat is allemaal hetzelfde.
Als je nu op deze wijze naar dit soort begrippen kijkt, zul je ook aanvoelen dat de ziel niet een brok ‘iets’ is dat zich in tweeën moet splitsen. Net zomin als de Heere zich in miljoenen stukjes moet splitsen om al die afzonderlijke gebeden, die naar Hem opgezonden worden, te kunnen horen. En trouwens: horen? De meeste gebeden zijn geluidloos en de Heere heeft geen biologische oren... De helft van oneindig blijft oneindig, een halve ziel is een volledige ziel.
Johan Boeijenga
Dit artikel is beantwoord door
J. Boeijenga
- Geboortedatum:26-05-1958
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Woon/standplaats:Nunspeet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Sedationist in ziekenhuis St. Jansdal
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
http://www.galaten.com/category/home/stamcelonderzoek/