Werken in een maatschappelijke opvang
Ds. M. (Michel) van Heijningen | Geen reacties | 06-08-2013| 12:16
Vraag
Ik werk in een maatschappelijke opvang voor dak- en thuislozen. Er word regelmatig gebruik gemaakt van een schorsingsprotocol voor mensen die zich misdragen. Er zijn heldere huisregels om zowel de cliënten als medewerkers te beschermen tegen agressie ed. Soms word iemand geschorst n.a.v een teamvergadering. Ik kan me hier niet altijd in vinden omdat het soms gebaseerd is op onmacht en de schorsingsduur niet altijd in verhouding staat met het gepleegde feit. Ook een gezamenlijke beslissing is niet altijd een persoonlijke beslissing en dat maakt het lastig. Ik probeer dit regelmatig te beïnvloeden en maak ook gemotiveerd mijn bezwaar kenbaar. Er is soms sprake van een voorkeursbehandeling bij sommige collega's en in mijn ogen is dit in tegenspraak met het evangelie en wat Jezus deed, alleen zien zij dit vaak anders. Het is ook niet gemakkelijk om met veel mensen met zoveel verschillende visies te werken en tot een juiste beslissing te komen. Ik ben de enige gelovige uit mijn team en dit maakt het soms niet makkelijk om de genomen beslissingen te ondersteunen. Soms heb ik de neiging om te stoppen omdat ik het gevoel heb 'medeplichtig' te zijn als ik daar blijf werken. Maar anderzijds is vluchten ook geen optie, want in het werk heb ik te maken met de wereld en soms wereldse beslissingen. Ook vind ik mijn werk buiten dit punt erg fijn om te doen en kan ik zo persoonlijk van betekenis zijn voor mensen in de duisternis. Alleen God weet hoe. Toch heb ik advies nodig over het "medeplichtig voelen" wat betreft genomen besluiten terwijl ik duidelijk kenbaar maak het ergens niet mee eens te zijn. Is dit het schuldgevoel dat satan mij wil geven? Wil hij mij demotiveren omdat ik op mijn werk de enige gelovige ben? Tips en adviezen zijn welkom.
Antwoord
Beste vriend(in),
Fijn dat je je werk zo eerlijk en integer wil doen. Dat lees ik uit je vraag. (Bijna) elk werk is goddelijk werk, maar dat geldt zeker als je op deze manier werkt met kwetsbare mensen en echt iets wil betekenen voor hen. Tegelijk loop je dan altijd aan tegen de complexiteit van de maatschappij. Soms is het niet duidelijk wat het beste is in een bepaalde situatie en soms is het zelfs bijna onmogelijk om het goede te doen. In jouw geval heb je te maken met beslissingen van je team waar je niet achter staat. Je voelt je dan medeplichtig, zo schrijf je en je vraagt je af: is dat terecht?
Graag wil ik daar op reageren:
1. Omdat veel situaties onduidelijk zijn, is het niet altijd helder wat goed en fout is. Ik kan me voorstellen dat in de omgang en de begeleiding van dak- en thuislozen je bij een 'behandeling' regelmatig moet kiezen tussen twee ‘kwaden'. Je wil aan de ene kant reageren vanuit barmhartigheid en tegelijk moet je wel rechtvaardig (eerlijk, oprecht) blijven (ook ten opzichte van de anderen). Je kan in jullie geval niet de ene persoon veel toestaan en de ander daardoor ruimte ontnemen. De keuzes die je maakt, als team of als persoon, zijn dan soms misschien wel aanvechtbaar. Dat mag je mild maken ten opzichte van de keuzes van anderen en tegelijk nuchter dat jouw mening echt niet de enig juiste is. Belangrijk is wel dat de motieven voor gemaakte keuzes helder zijn en gestuurd worden vanuit barmhartigheid en rechtvaardigheid. Daar mag je mensen op aan spreken. Dan zal de ene keer meer vanuit barmhartigheid en de andere keer meer vanuit rechtvaardigheid gehandeld worden. Geef daarin de ander ruimte.
2. Waarschijnlijk is één van de voorwaarden om jouw werk te kunnen uitvoeren dat je als team gezamenlijk achter genomen besluiten staat. Anders wordt de praktijk onwerkbaar. Wanneer jij in een teamvergadering duidelijk je mening hebt geuit, dan moet je je vervolgens wel conformeren aan genomen besluiten. Dan ontdek je wellicht later dat jouw mening niet de enige juiste was, omdat de werkelijkheid soms zeer complex is. En soms kan je in een evaluatie nog eens ergens op terugkomen als genomen besluiten niet juist bleken te zijn en jouw eerder geuite mening toch juist bleek te zijn.
3. Ben je dan medeplichtig? Je moet als christen toch het goede doen? Ik denk aan het kinderversje: “Jezus zegt dat Hij hier van ons verwacht, dat wij zijn als kaarsjes, brandend in de nacht, ..., jij in jouw klein hoekje, en ik in het mijn.” Wij kunnen als mens niet de hele wereld op onze nek nemen. Laten we in het kleine trouw zijn. Denk bijvoorbeeld aan Obadja (1 Kon. 18) die leefde aan het hof van de goddeloze koning Achab. Daar heeft hij echt weleens 'vieze handen' gekregen, omdat hij moest meewerken aan dingen die niet goed waren. Tegelijk diende hij God (Hij vreest de Heere, vers 3 en dat maakte hij praktisch, vers 4). Van hem kunnen we leren dat je ook in een seculiere omgeving goed kunt doen. Waarschijnlijk had Obadja een heel ander karakter dan Elia. Beiden dienden ze dezelfde God. Obadja misschien meer in stilte, Elia meer confronterend. Beiden werden door God gebruikt. Misschien is het vandaag weleens lastiger om de Obadja-manier te volgen dan de Elia-manier. In jouw geval zou ik zeggen, probeer vanuit de Obadja-gestalte veel te betekenen voor de mensen met wie je werkt. Je hebt prachtig werk en je werkt in een omgeving waarin ze christenen heel hard nodig hebben. Jij bent daar het zout (Matt. 5:13). Je bent de smaakmaker en door jou heen kan het bederf geweerd worden. Ik hoop dat je nog lang binnen deze organisatie mag blijven functioneren als licht(je) (Matt. 5:14-16).
Ik wens je veel wijsheid en inzicht.
Hartelijke groeten,
Michel van Heijningen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M. (Michel) van Heijningen
- Geboortedatum:08-06-1976
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Alblasserdam
- Status:Actief
Bijzonderheden: