Geenszins hongeren en nimmermeer dorsten
Ds. J. van Rossem | Geen reacties | 25-09-2003| 00:00
Vraag
Johannes 6:35. Wat wordt er met deze tekst bedoeld? Dat nooit meer hongeren en nooit meer dorsten is dat iets wat al op deze aarde realiteit kan zijn? Hoe dan?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Hartelijk dank voor de vraag naar aanleiding van Johannes 6:35. Volledigheidshalve wil ik die vermelden: "En Jezus zeide tot hen: Ik ben het Brood des levens, die tot Mij komt zal geenszins hongeren en die in Mij gelooft, zal nimmermeer dorsten."
Het gaat in deze tekst als om het leven als het leven des geloofs. Van nature, zoals we geboren zijn, kennen we dat leven niet. Dat noemt de Bijbel: dood zijn, verloren liggen. Bij het leven behoort ook het verlangen naar voedsel als brood en water. Het leven verlangt naar voedsel, om onderhouden te worden en om te groeien. Zonder voedsel zal het leven sterven. Daarom: we eten om te leven en we eten om te leven.
Hoe kan het dan zijn dat de Heere Jezus zegt: Wie tot mij komt, als een hongerige, (anders zal er niemand komen) zal geenszins hongeren? Dit slaat me name op de eeuwige gelukzaligheid in de hemel. In de Bijbel wordt de hel genoemd als een plaats waar altijd honger, en geen brood, en altijd schreeuwende dorst, en geen water is. Wie tot Jezus komen mag, zal in beginsel een voorsmaak van de eeuwige vreugde mogen ontvangen. Een voorsmaak die een deel is, ja een belofte is van de eeuwige vreugde, maar nog niet die vreugde is in alle volheid.
Als Gods kinderen geestelijk van de Heere krijgen te eten, worden ze hier getroost met de belofte dat ze later eens in de hemel eeuwige verzadiging mogen ontvangen. Hoe meer ze hier van de Heere Jezus te eten krijgen, steeds opnieuw, hoe groter deze troost en hoe groter het verlangen naar de eeuwige zaligheid zal worden. Hier beneden worden de gelovigen alleen maar tijdelijk verzadigd. Daarom moeten ze steeds opnieuw in geestelijke zin eten. Dat behoort bij deze wereld waarin alles onvolkomen is. Dat is ook opdat ze zouden beseffen dat ze hier nog niet in de hemel zouden zijn, maar wel als pelgrims onderweg zijn. En ook opdat ze zouden weten dat de Heere voor de zijnen het beste voor het laatst, voor de hemel bewaart.
Een beeld: elke boterham is van hetzelfde meel gemaakt als een bruidstaart. Maar het is nog geen bruidstaart. Het doet alleen te meer verlangen naar dit heerlijke gebak. En wie eindelijk van deze taart mag genieten, heeft wel heel wat keren brood moeten en mogen eten.
Ook in de prediking wil de Heere wel eens de zijnen een voorsmaak geven van het eeuwige Leven, door ze van de Heere Jezus te doen genieten. En als die voorsmaak al zo zoet is, hoe zal het dan zijn in de eeuwige heerlijkheid. Hoe meer Gods kinderen hiervan Christus mogen eten, geestelijk, hoe meer gaan ze verlangen naar de eeuwige heerlijkheid waar ze van de Heere Jezus ten volle mogen genieten.
Zul jij daar bij zijn? Werk niet om de spijs die vergaat, maar om de spijs die blijft tot in het eeuwige Leven. Concreet: het nimmer hongeren en dorsten is alleen in de hemel. Gelukkig. Anders zou ik mij op deze aarde thuis voelen, en het beste komt nog, ook voor jou?
Dank voor je vraag!
Ds. J. van Rossem
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J. van Rossem
- Geboortedatum:04-03-1945
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Status:Inactief