Drie-eenheid en bekeerd hart
M.M. van Winkelen | 1 reactie | 15-01-2013| 14:28
Vraag
Als je de drie-eenheid van Vader, Zoon en Heilige Geest niet kunt begrijpen, kun je dan wel bekeerd zijn? Ik snap namelijk helemaal niets van de drie-eenheid (bijv. waarom Jezus tot zijn Vader bidt, terwijl hij zelf ook God is. Is het dan niet zo dat Hij tot Zichzelf bidt?). Ik heb het meer geaccepteerd in de zin van "het zal wel zo zijn". Kan dat samen gaan met een bekeerd hart?
Antwoord
Beste vragensteller,
Je vraagt je af hoe je moet aankijken tegen de drie-eenheid van God. Je begrijpt het niet, maar probeert het als een gegeven te accepteren. Je vraagt je hierbij af of je wel op de goede manier hiermee omgaat.
Als eerste wil ik stellen dat zelfs de grootste theologen die over de drie-eenheid hebben geschreven steeds weer hebben aangeven dat ze er slechts van kunnen 'stamelen'. Wat we hierover kunnen zeggen, ligt echt aan de grenzen van ons verstandelijk begrip. We lezen dat al in de Bijbel zelf. Elihu zegt tegen Job: "Zie, God is groot, en wij begrijpen Hem niet" (Job 36:26).
Hiernaast kun je jezelf de vraag stellen of als je iets niet begrijpt, dit dan ook betekent dat iets niet tòch zo kan zijn. Als je een prehistorische oerwoudbewoner zou vragen of je als mens op de maan kan komen, zou hij dit waarschijnlijk als iets belachelijks uitsluiten. Hij begrijpt het niet en daarom zegt hij dat het niet kan. Toch is zoiets vandaag de dag met allerlei technische hulpmiddelen mogelijk. De werkelijkheid kan ingewikkelder zijn en meer mogelijkheden bieden dan ons verstand (nu) kan begrijpen. Als dit voor de geschapen werkelijkheid al zo is, hoe veel te meer geldt dat dan voor God. Wij kunnen met ons verstand niet bepalen hoe God wel of niet kan zijn.
Een belangrijk bijbels gegeven is dat wij wat betreft de kennis van God volstrekt en volledig zijn aangewezen op wat God van Zichzelf bekend maakt. Wij kennen God niet omdat wij met ons verstand kunnen doorgronden wie en hoe Hij is, maar omdat God iets over Zichzelf aan ons wil bekendmaken. Hij doet dat in de Bijbel. In de manier hoe God zich bekend maakt, past Hij zich zoveel als mogelijk aan aan de grenzen van ons verstand. Omdat God zich bijvoorbeeld namen geeft (bijvoorbeeld "God de Almachtige"), kunnen wij God leren kennen. Wat God van Zichzelf heeft bekend gemaakt in de Bijbel, is daarom de maat waarmee wij kunnen bepalen wat wel en wat niet waar is over God. In de Bijbel maakt God zich bekend als één God en tegelijk als Vader, Zoon en Heilige Geest, en daarom aanvaard het geloof dit. Ik vind het heel mooi wat de Catechismus hierover zegt: Wij geloven in een drie-enig God, "Omdat God zich alzo in Zijn Woord geopenbaard heeft" (zondag 8). Niet omdat wij het volledig kunnen begrijpen, maar omdat God het zo heeft gezegd.
Hierbij wil ik wel benadrukken dat een gelovig hart deze waarheid over God niet koud en gelaten overneemt en dat eigenlijk doet tegen wil en dank, alsof het een bittere pil was. Nee, als je God vanuit Zijn Woord mag kennen, als de Heilige Geest Gods spreken met kracht indrukt in je hart, dan aanvaard je het getuigenis van God over Zichzelf met eerbied, met overtuiging. Dan verlang je ook God meer en nader te leren kennen. Denk aan de rijke woorden die Jezus hierover zelf gesproken heeft: "En dit is het eeuwige leven, dat zij U kennen, de enige en waarachtige God, en Jezus Christus dien Gij gezonden hebt" (Joh. 17:3). Je moet bij dit "kennen van God" niet zozeer denken aan abstracte verstandelijke kennis, maar aan kennis vanuit een persoonlijke omgang met God: Vader, Zoon en Heilige Geest. Iemand die tot God is bekeerd verlangt er intens naar om God zo te mogen kennen!
Met het aanhalen van de bovengenoemde tekst ben ik direct bij het voorbeeld dat jij noemt. De zojuist aangehaalde woorden staan in een gebed van Jezus tot Zijn Vader (Johannes 17). De vraag die je stelt is een goede vraag: bid God hier dan tot God? We kunnen uit deze vraag in ieder geval concluderen dat een gebed op God is gericht; bidden doe je immers tot God. Met dit gegeven wil ik je wijzen op twee christenen die (beiden in een moeilijke situatie) tot Christus hebben gebeden. Stefanus bidt bij Zijn sterven tot Christus die aan de rechterhand van God staat: "Heere Jezus, ontvang mijn geest" (Hand 7:59). Als Paulus door een "engel des satans" met vuisten geslagen wordt, bidt hij tot Christus om verlossing uit deze nood (2 Kor. 12). Stefanus en Paulus bidden echt niet tot een mens, maar tot God die hun helpen kan. Als we nu deze verschillende Bijbelgegevens naast elkaar leggen, kunnen we besluiten dat waar Jezus tot God bid, Hij dat doet als mens, als Middelaar van Zijn Kerk, als de grote door God gezonden Voorbidder. Waar Hij aangebeden wordt (zoals bij Stefanus en Paulus) is dat een gebed tot Hem als God de Zoon, daar ligt het accent dus op Zijn Goddelijke natuur.
M. M. van Winkelen
Dit artikel is beantwoord door
M.M. van Winkelen
- Geboortedatum:18-07-1981
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Den Haag
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Ouderling in Gereformeerde Gemeenten.
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Laat je niet wijsmaken door satan. Hij probeert je in een strik te houden.
Ga in het gebed tot Jezus. En zeg: O lieve Heere Jezus, ik zeg het eerlijk: maar ik begrijp de goddelijke drie eenheid niet, maar toch kan ik u niet loslaten en heb u hartelijk lief.
En U zegt zelf: wie tot Mij komt, zal Ik geenzins uitwerpen. God rechtvaardigd de goddeloze.
Dus: de rechtvaardigheid wordt ons toegerekend alleen om het werk van de Heere Jezus Christus aan het kruis op Golgotha, en dat door het geloof. Dus niet door ons denken, doen, voelen etc.
Hou je daaraan vast!
Gods Zegen toegewenst!