Staan zoals de priesters
dr. G. W. Marchal | 1 reactie | 03-10-2012| 08:25
Vraag
We zeggen: Een predikant stáát in een gemeente. Is dit omdat er in de Bijbel staat dat Aaron en de (hoge) priesters staan voor het Aangezicht van God in het heiligdom? Zoals we lezen in Deuteronomium 18:7 : "En hij dienen zal in den Naam des HEEREN, zijns Gods, als al zijn broederen, de Levieten, die aldaar voor het aangezicht des HEEREN staan."
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Geachte vragensteller,
Een interessante vraag. Eerlijk is eerlijk: ik heb er nooit bij stilgestaan. De teksten die u aanhaalt zijn heel mooi, maar ik kan mij eigenlijk niet voorstellen dat er om die reden(en) sprake is van het "staan" van een predikant. Waarom dan wel? In de volksmond wordt gezegd: "Een gevangene zit, een soldaat ligt en een dominee staat." Dat helpt ook niet verder.
Wat ik aanreik is niet meer dan een vermoeden. Ik veronderstel dat het samenhangt met de mobiliteit van een voorganger. Hij is niet aan een plaats gebonden, zit niet vast aan een werkplek, maar kan naar elders gaan. Als ik ietwat associatief denk, kom ik ook tot deze mogelijkheid. Geloven in God is vooral "een weg gaan", "onderweg zijn". De oudste christenen werden genoemd: "de mensen van die weg" (Hand. 9:2). In het Oude Testament is meermalen sprake van: "de weg van Uw geboden/inzettingen", "de weg van het verbond" en soortgelijke uitdrukkingen. Ook van "wandelen". Misschien ligt ook hier een lijntje, maar ik ben er niet zeker van.
Wanneer iemand een duidelijker antwoord weet, houd ook ik mij aanbevolen.
Ds. G. W. Marchal
Dit artikel is beantwoord door
dr. G. W. Marchal
- Geboortedatum:13-09-1943
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Welsum (33%)
- Status:Inactief
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
De één woont op Urk, de ander staat voor de klas, wij wonen in... enz.
Filippenzen 3:20 Maar onze wandel is in de hemelen, waaruit wij ook den Zaligmaker verwachten, namelijk den Heere Jezus Christus;