Zorgen over mijn toekomst
Ds. B. de Romph | 2 reacties | 21-10-2011| 16:20
Vraag
Nog een vraag aan ds. B. de Romph. Wederom bedankt voor uw reactie. Ik vind het ook fijn dat u aanbood dat ik gerust nog een keer mocht reageren, anders had ik dit niet zomaar gedaan. Ik heb altijd zoveel te vragen! Ik kan me wel vinden in uw antwoord, maar toch... Ik vind het zo moeilijk! Ik weet wel dat er in de Bijbel staat dat we niet bezorgd moeten zijn. Dat we eerst Zijn koninkrijk moeten zoeken etc. Maar in de praktijk is dit heel lastig! Ik maak me bijvoorbeeld best veel zorgen over mijn toekomst. Hoe moet het allemaal? Ik krijg afwijzing op afwijzing op mijn sollicitaties. En dat is niet mijn enige zorg. Al heel lang gaat het niet zo goed. Het lijkt alsof God alles en iedereen van me afpakt. Dit klinkt waarschijnlijk ondankbaar en ontevreden, sorry daarvoor, maar ik zou ook graag eens een keer een voorspoedige weg willen waarin alles me toegeworpen wordt. Er staat toch ook in de Bijbel dat God niet verzoekt boven hetgeen wij aankunnen? Moet ik dit zien als Gods straf voor mijn vroegere zondige levensstijl en voor de zonden die ik nog doe? Ik merk soms dat ik beloond wil worden omdat ik zo strijd tegen de zonde. Maar soms val ik ook, moedwillig (!) in zonde en dan ben ik heel erg bang dat ik het mezelf aandoe dat God mijn omstandigheden niet verandert, omdat Hij me dan weer straft voor deze zonde. Als ik dus maar 'netjes' leef en strijd tegen de zonde, dan zal mijn weg over een tijdje weer voorspoedig gaan. Maar als ik dan halverwege in zonde val, dan ben ik weer terug bij af en zal Hij me weer straffen door nooit die voorspoedige weg te bereiken (door eigen schuld). Misschien een beetje krom gezegd, maar ik hoop dat u me begrijpt. Soms wil ik de strijd tegen de zonde opgeven en niet meer zo moeilijk doen.
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste vraagsteller,
Bedankt voor je vraag. Ik zal proberen er een antwoord op te geven. Je hebt veel vragen, merk ik wel. Je komt er niet uit. Als ik je vraag lees, dan denk ik: het zal altijd een strijd blijven. Je leven lang. Dat is wel eens moeilijk. We zouden zo graag eens rust willen hebben. We zouden zo graag een rustig leventje willen leiden, waarbij we niet meer geplaagd werden door allerlei invallen en gedachten. Het staat er zo mooi in de Bijbel en je bent het er ook van harte mee eens en nu zou je het zo graag in praktijk willen brengen. De Heere zegt: zijt niet bezorgd..., maar het is zo moeilijk. Dat ligt niet aan de Heere. We hebben onszelf tegen. We leggen het de Heere wel voor, maar we kunnen het ook niet aan Hem overlaten. We zitten er telkens weer tussen met onze ja-maars. We kunnen het ook zelf niet. Daar is genade voor nodig. Daar is de Heilige Geest voor nodig. Maar daar mag je de Heere ootmoedig om vragen.
Je hebt allerlei moeiten in je leven. Je krijgt afwijzing op afwijzing bij sollicitatiegesprekken. Dat is ook teleurstellend. Je hebt misschien een opleiding gevolgd en je kunt maar niet aan de bak komen. Je schrijft dat het lijkt of God alles en iedereen van je afpakt. Je wordt teleurgesteld in mensen en eigenlijk ben je ook een beetje teleurgesteld in God, want Hij pakt iedereen van je af, Hij gaat die moeilkijke weg met je. Het lijkt wel alsof alles je tegen zit. Heb je wel eens gelezen, dat Jakob ook zo dacht. Nadat de zonen van Jakob waren afgegaan om koren in Egypte te kopen en terug kwamen met gevulde zakken en het geld bovenin ieders zak lag, zeiden ze tegen hun oude vader Jakob, dat zij de volgende keer Benjamin moesten meenemen. Toen verzuchtte Jakob: "al deze dingen zijn tegen mij"(Gen. 42:36). Maar dat was het niet. Het was juist andersom. Jakob was tegen al deze dingen.
Wij staan achter de geschiedenis van vader Jakob met zijn zonen. Wij weten hoe het afgelopen is. Wij staan achter de dingen en dan zien we dat God alles schoon en op zijn tijd gemaakt heeft. God schreef de geschiedenis in het leven van Jakob. De Heere werkt aan op de ontmoeting met Jozef. De Heere had wat met Jozef voor. Jozef zou de Zaphnath Paaneah, de behouder van een groot volk worden. Daarin voerde de Heere Zijn heilsplan met Israel uit. Alle dingen moeten meewerken op weg naar de komst van de Heere Jezus Christus. Maar dat zag Jakob op dat moment nog niet. Hij keek tegen de onderkant van Gods raadsplan aan. Hij zag de loop der gebeurtenissen en die was niet opbeurend. Hij wist niet beter, of zijn zoon Jozef was door een wild dier verscheurd. Hij had de bebloede mantel van Jozef gezien en hij kon niet anders concluderen dat zijn lievelingszoon dood was. Dan breekt er in Kanaän honger uit en de broers moeten naar Egypte om koren te halen en dan komen ze terug en moest Simeon achterblijven. Daar overheen komt nog de boodschap, dat de volgende keer Benjamin mee moet. Dat wordt allemaal te veel voor Jakob. Ook dat nog. Straks is hij Benjamin ook nog kwijt. Dan zegt Jakob: "Gij berooft mij van kinderen; Jozef is niet meer, Simeon is er niet en straks nemen ze Benjamin nog mee." Dan roept hij uit: "al deze dingen zijn tegen mij." Nee, Jakob jij ben tegen al deze dingen. Zeker, het was geen gemakkelijke weg. We kunnen het heel goed van Jakob begrijpen, dat hij zo reageert. Maar Jakob is het met de Heere niet eens. Hij is het niet eens met de weg die de Heere met hem gaat. De Heere doet het in zijn ogen helemaal verkeerd. Wij staan er achter. We zien dat God bezig was om de geschiedenis van Jakob te brengen tot de ontmoeting met Jozef. De Heere had al zoveel gegeven. De broers waren net weer terug gekomen met volle zakken en het geld lag boven in de zak en al de anderen waren behouden teruggekeerd. En toch die ongehoorzaamheid. Toch dat verzet tegen de leiding van God in zijn leven.
Er is een versje, dat luidt: "Laat Hem besturen, waken, 't is wijsheid wat Hij doet; Hij zal het alles maken, dat g' u verwond'ren moet." Ga achter de Heere aan. Leg je moeiten en je zorgen maar voor Hem neer. Hij kan helpen en Hij is de enige die je helpen kan. Weet je een betere Toevlucht? Dan kan de Heere wel eens laten wachten. "Maar zo Hij vertoeft, verbeid Hem, want Hij zal gewisselijk komen." De Heere heeft nog nooit tegen het huis van Jakob gezegd: "zoek Mij tevergeefs." Dan kan de Heere wel eens een andere weg met ons gaan dan wij verwacht en gedacht hadden, maar Hij weet beter wat wij nodig hebben dan wijzelf. "Het is goed voor een man dat hij het juk in zijn jeugd draagt" (Klaagl. 3:27). De Heere wil je op je knieën hebben. Hij wil jou bij Zich hebben. Verzet je daar niet tegen, ook al is het vaak moeilijk. Hij weet immers, wat het beste voor ons is. Dat gaat niet zonder strijd. Maar Hij geeft ook kracht naar kruis. Dan legt Hij je niet op wat te zwaar voor je schouders is. Hij overlaadt je (eigenlijk: Hij draagt je) met Zijn gunstbewijzen. "Onderwerp je dan aan de krachtige hand van God, opdat Hij jou verhoge te Zijner tijd" (1 Petr. 5:6). Veel sterkte gewenst op je levensweg.
Ds. B. de Romph
Dit artikel is beantwoord door
Ds. B. de Romph
- Geboortedatum:17-07-1940
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Noordeloos
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Ds. de Romph is op 24 juli 2019 overleden.
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
... als Hij, die alle macht heeft,
met wonderbaar beleid
geheel het werk volbracht heeft,
waarom gij thans nog schreit.
Het lied is Befehl du deine Wege van Paul Gerhardt die leefde in de 17e eeuw en gebaseerd op Psalm 37 Vers 5 ("Wentel uw weg op den HEERE, en vertrouw op Hem; Hij zal het maken;"). Paul Gerhardt schreef dit naar het schijnt nadat hij hier over had gepreekt.
Hij was predikant maar moest de kost verdienen met bijbaantjes als huisleraar. De meeste van zijn kinderen zijn jong gestorven. Er wordt wel gezegd dat hij dit schreef als troost aan zijn vrouw die op een ziekbed lag en vroeg stierf. Paul Gerhardt had dan ook geen gemakkelijk leven. Toch hebben veel van zijn liederen zulke inhoud. Ik heb er persoonlijk vaak troost aan gehad. Bach gebruikte zijn teksten ook veelvuldig.
Het is nog steeds het rijkste aan inhoud in het orginele Duits maar het is ook vertaald in het Nederlands als het bekende Beveel gerust uw wegen. Gezang 427 of ook wel gezang 180 afhankelijk van de bundel.
Hier is een vertaling. Er bestaan wat verschllen in details in de veschilende liedboeken
Beveel gerust uw wegen, al wat u 't harte deert,
der trouwe hoed' en zegen van Hem, die 't al regeert.
Die wolken, lucht en winden wijst spoor en loop en baan,
zal ook wel wegen vinden, waarlangs uw voet kan gaan.
De Heer moet gij vertrouwen, begeert gij de uitkomst goed,
op Hem uw hope bouwen, zal 't slagen wat gij doet.
Door geen bekommeringen, geen klagen en geen pijn
laat God zich iets ontwringen: Hij wil gebeden zijn.
Uw trouw en uw genade, o Vader, weet zo goed
wat onze ziel tot schade of winste worden moet!
En hebt Gij iets uitgelezen, dat werkt Gij, o sterke Held,
en brengt in stand en wezen, wat Gij U hebt voorgesteld.
Een weg hebt Gij allerwegen, geen middel, dat U faalt.
Uw doen is louter zegen, uw gang met licht omstraald.
Niets kan uw werk verhind'ren, 't blijft rust'loos voorwaarts spoen,
als Gij, wat voor uw kind'ren het heilzaamst is, wilt doen.
Mijn lijdend hart blijv' hopen, blijv' hopen onversaagd.
Al spert zich d' afgrond open, schoon u de kommer plaagt,
God rukt u uit die zorgen, verwacht alleen Gods tijd,
en eerlang rijst de morgen, wiens licht uw ziel verblijdt.
Schep moed! Zeg aan uw smarte en zorgen goede nacht!
Laat varen, wat uw harte in onrust heeft gebracht!
Gij wilt toch niet regeren als een, die alles weet?
God blijft, als Heer der heren, met 't hoogst gezag bekleed.
Laat Hem besturen, waken, 't is wijsheid wat Hij doet!
Zo zal Hij alles maken, dat g' u verwond'ren moet,
als Hij, die alle macht heeft, met wonderbaar beleid
geheel het werk volbracht heeft, waarom gij thans nog schreit.
Wel kan zijn hulp vertragen, en 't schijnt soms in de nacht,
alsof geen licht zal dagen, alsof geen troost u wacht,
als ging Hij u begeven. Wel kunnen op uw pad
gevaren om u zweven, alsof u God vergat.
Maar zo uw trouw mag blijken, zo gij Gods wil betracht,
dan doet Hij d' onspoed wijken, ook als gij 't minst verwacht.
Eens zal Hij u bevrijden ook van de zwaarste last,
houdt gij slechts onder 't strijden aan Gods beloften vast.
Wel u, gij kind der trouwe, ge ontvangt dan voor Gods troon
aan d' eindpaal van uw rouwe uw overwinningskroon!
God zelf reikt u de palmen in uwe rechterhand,
en gij zingt vreugdepsalmen in 't hemels Vaderland.
Hoor onze smeekgebeden, Heer, red uit alle nood!
Sterk onze wank'le schreden, en leer ons tot de dood
op uwe hoed' en zegen vertrouwen, vroom van zin:
zo voeren onze wegen gewis ten hemel in!