Ophouden van eeuwige inzetting
Ds. H. van Oostende | Geen reacties | 01-07-2011| 09:00
Vraag
Geachte dominee Van Oostenende. Hartelijk dank voor het beantwoorden van de vraag over eeuwige inzettingen. U vraagt of ik een vervolgvraag wil stellen, omdat u zich afvraagt wat ik precies bedoel met het feit dat met de opstanding van Jezus alles is opgehouden te bestaan. Ik zal proberen wat voorbeelden te geven. Er wordt bijvoorbeeld gezegd, met de opstanding van Christus is daarbij de wet vervuld, want dat is OT. Nu leven we in de NT’ische tijd en schrijft God de wet in je hart. Dat is al iets wat ik helemaal niet begrijp. Als het goed is probeer je toch, hoe gebrekkig ook, uit liefde Zijn geboden te houden en Hij geeft dat toch tot een eeuwige inzetting? Moet en mag ik dan iedere keer vluchten naar Zijn Bloed? Ik lees bijvoorbeeld over instelling van het Pascha in Exodus 12:14 over die eeuwige instelling. Dan vraag ik me af, wat is dan eeuwig? Eeuwig is dan toch altijd? Daar tegenover het onderhouden van de sabbat. Alle geboden zijn zo belangrijk, maar bij het vierde gebod zeggen we dan dat dit niet meer nodig is, maar dat de zondag daarvoor in de plaats is gekomen. Als ik ga onderzoeken waar de zondag vandaan komt, dan krijg ik daar geen bijbelse verklaring voor. We lezen toch dat er geen jota noch tittel van de wet voorbij zal gaan, totdat het alles zal zijn geschied? Jezus hielt dus ook de Thora. Waarom zijn we hier dan toch mee gestopt? Misschien is u wat meer duidelijk wat ik er mee bedoel. Voor mij is het een grote worsteling.
Antwoord
Geachte vervolgvraagsteller,
Hartelijk bedankt voor de reactie op mijn eerste beantwoording van uw vraag. Het is altijd plezierig als er wat meer achtergrondinformatie beschikbaar komt, zodat de beantwoording beter tot zijn recht kan komen.
Als ik zo kennis neem van uw nadere toelichting, dan vermoed ik dat er toch een aardig misverstand doorheen speelt. Het is namelijk een groot verschil op wie of wat je de opstanding van Christus van toepassing verklaart, zodat de wet van God wordt vervuld. Als het gaat over de benadering van God uit, dan houdt het in dat die vervulling voorgoed oftewel eeuwig is. Als je het geheel benadert vanuit ons mensen, dan mankeert er heel veel aan. Hoewel wij de oproep van God zeer ernstig hebben te nemen, moeten we eerlijk bekennen dat aan het ten uitvoer brengen ervan veel schort.
Dat heeft vanzelfsprekend alles te maken met het feit van de voorzegging in het OT, zoals u terecht in het midden brengt, maar de vervulling is er voluit pas in het NT. We weten immers uit de geschiedenis van het volk Israël dat het met die opdracht tot de viering van het Pascha als een eeuwigdurende instelling nogal eens de hand heeft gelicht. Daarbij zijn Zijn geboden echter onmisbaar, omdat die je helpen het leven uit de dankbaarheid zo goed mogelijk in te vullen. Maar het gaat met vallen en opstaan! Niet voor niets zegt de Heiland dat je daarin gemakkelijk kunt struikelen en als je zelfs tegen één ervan zondigt, je al de geboden van God al hebt overtreden.
U spitst het geheel toe op het vierde gebod met als opdracht van de HEERE om de sabbat te onderhouden. In dit gebod wordt een dag in de week voor God apart gezet. De sabbat heeft dus in eerste instantie een godsdienstige functie. De onderbouwing voor die heiliging van de sabbat is gelegen in de schepping en vooral in het rusten van de Heere op de zevende dag. De Heere wordt hier geïntroduceerd als heer van de tijd. Israël wordt hier opgeroepen tot navolging van de Heere. Zo onderscheidt dit volk zich van alle omringende volken, waar een dergelijke tijdsordening niet bestaat. De profeet Ezechiël (20:12, 20) vat de sabbat ook zo op en op dit punt onderscheidt de sabbat zich van de zondag van de christelijke kerk. U weet ook dat die dag door de opstanding van de Heere Jezus op de eerste dag van de week de vroeg-christelijke kerk ertoe heeft gebracht om die zondag als rustdag in ere te houden. Ik heb daar, i.t.t de Zevendagsadventisten, geen problemen mee. Toen wij enkele tientallen jaren geleden in Israël vertoefden, vierden wij met de Joden de rustdag op zaterdag, hun sabbat. Wij kozen daarvoor, omdat dit in deze situatie de beste oplossing was.
U komt dan vooral met de woorden van Jezus uit de Bergrede, Matth. 5:18. Jezus benadrukt hiermee, dat de Schrift onverkort tot in de kleinste details van kracht blijft. Dat is onze belangrijkste opdracht voor het leven hier beneden. Er staat in het Grieks zelfs tweemaal het woordje "heos" = "totdat hemel en aarde voorbijgaan", d.w.z. tot het einde van deze wereld.
Het eerste "totdat" spreekt over het tijdstip tot wanneer de uitspraak geldig blijft, het tweede over het doel, dat bereikt moet worden. In deze tijd van de verkondiging van het Evangelie voor het einde van deze wereld, zal geen enkel deel van de wet of van de Schrift onvervuld wegvallen. Wel heft de gedeeltelijke vervulling van de profetieën, nl. de voorlopige komst van het koninkrijk van God, de wet van het oude verbond nu al gedeeltelijk op.
Ik denk dat op deze manier een groot deel van uw vragen op dit terrein wordt beantwoord, alhoewel het ook van mijn kant geen eenvoudige opgave is u tegemoet te komen in uw geloofsworsteling. Ik wens u daarbij Gods hulp en leiding toe, want daar zullen we het toch vooral van moeten hebben.
Ds. H. van Oostende
Naschrift redactie: Dit is voorlopig het laatste antwoord van ds. Van Oostende. Om (ernstige) gezondheidsredenen moet hij (althans voorlopig) stoppen met de vragenrubriek van Refoweb. We wensen hem en zijn familie de komende tijd de nabijheid en zegen van de Heere toe.
Dit artikel is beantwoord door
Ds. H. van Oostende
- Geboortedatum:29-11-1936
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Ds. van Oostende is overleden op 18 mei 2014.