Rusten op de belofte
Ds. A. Simons | Geen reacties | 27-12-2010| 18:00
Vraag
Geachte dominee Simons. Ik heb uw preek mogen beluisteren in Genemuiden over Jakob bij Pniël. Het heeft me erg aangesproken en geraakt. U benadrukte sterk de belofte en de vervulling van de belofte. En dat Gods volk rust op het Woord van God. Als ik hoor preken over de belofte, dan moet ik altijd denken aan Johannes 3: 16. Vaak hoor ik dat het geloof rust op de belofte. Of dat het geloof houvast vindt in de belofte. Alleen raak ik daar wel eens door in verwarring als ik Johannes 3: 16 lees. Ik begrijp het niet goed. Waar rust het geloof nu op in die tekst? De belofte is eeuwig leven. Daar rust het geloof niet op, lijkt me. Ik vind het zo moeilijk, omdat het geloof rust op een tekstgedeelte waarin het geloof juist verweven is. Alsof het geloof rust op het geloof? Terwijl het geloof toch rust op Christus? Het geloof rust ook op het spreken van God, maar dat vind ik in deze tekst zo moeilijk te begrijpen. Waarschijnlijk zult u deze vraag warrig vinden. Als dat zo is, kunt u dan aangeven hoe een kind van God van deze tekst gebruik maakt?
Antwoord
Vraagsteller/ster,
Ik zal het proberen uit te leggen. Maar misschien is het niet uit te leggen. Het is waar dat de boodschap in Genemuiden lag in het rusten op de belofte. Eerst nog even in de context met Jakob in de ontmoeting van Ezau (Gen. 32: 5/6). God had immers beloofd: Ik zal met u zijn (Gen. 28:15/31:3). Onderweg naar huis worden Gods beloften beproefd in de ontmoeting met Ezau. Jakob kijkt de dood in de ogen. Jakob worstelt met de belofte van God met God. Lees maar in Genesis 32:9: Heere u hebt gezegd… In de ontmoeting met God in de nacht worstelt God met Jakob (Gen. 32:24). Zoals Jakob vasthield in de nacht, in de strijd van deze worsteling, zo moet Gods kind leren dwars door alle beproevingen heen: ik laat U niet los totdat U Uw belofte vervult. Een wrak komt uit de strijdt als een overwinnaar. Zwak en nochtans sterk in de belofte van God. Wonderlijk leven!
Uw vraag strekt zich uit naar Johannes 3:16. Ik geloof dat deze tekst wel eenzelfde strekking heeft als het gaat om Gods belofte. Met dit onderscheid dat Jakob moest leren in de weg van heiligmaking te leven uit Gods beloften (Hebr. 10:38). Over heiligmaking gesproken! Een wrak en nochtans sterk in en door het geloof alleen! De rechtvaardige zal immers uit het geloof leven!
Even terug naar Johannes 3:16. Hierin klinkt Gods belofte, dat Hij Zijn enig geboren Zoon gegeven heeft aan de wereld. Dat is een belofte opdat een ieder die in deze belofte Gods gelooft niet verderve maar het eeuwige leven ontvangt. Zo leert de Heilige Geest om zich te verlaten op Gods belofte. Wie zich verlaat op dit Woord alleen die ontvangt de belofte van het eeuwige leven.
Nog een voorbeeld: God belooft aan Abraham het land Kanaän (Hebr. 11:8). Abraham steunt op het Woord aan hem beloofd. In het geloof heeft Abraham het land. Het is van hem omdat God het beloofd heeft. Zo heeft Abraham het beloofde land reeds in zijn bezit. Hij heeft het niet en toch ook weer wel (Hebr. 11:13). Zo steunt Gods kind in de chaos van deze wereld op de belofte Gods. Dat hem zijn zonde alleen om Christus wil vergeven zijn, terwijl hij zich dagelijks een zondaar voelt en zijn geweten daartegen getuigt. Nochtans weet Hij dat God zijn zonden vergeven heeft om Christus wil. Hij heeft het in de belofte. Straks legt hij zijn hoofd neer en heeft hij daadwerkelijk een rein, zondeloos, eeuwig leven. Hier heeft hij het ook al in de belofte maar straks in werkelijkheid. Werkelijkheid in de zin van, daadwerkelijk. Hier zijn zijn zonden ook werkelijk vergeven, maar hier is het een leven door en uit de belofte van God in Christus Jezus. Wonderlijk leven. Die het hebben, hebben het niet en die het niet hebben die hebben het door het geloof in de belofte (Hebr. 11:13).
Nog een voorbeeld: Jakob hangt aan de nek van die Man. Aan de nek van Christus. Zo hangt Gods kind aan Christus en niemand anders. Het geloof steunt op de belofte Gods. Die in Mij gelooft die heeft het eeuwige leven (Joh. 6:47/11:25). Wie zo aan het Woord hangt, zo aan Christus hangt, die zal niet beschaamd worden ( Rom. 10:11/1 Petrus 2:6).
Hoe weet u dat? Omdat God het gezegd heeft (Rom. 10:11a). Welgelukzalig is die vrouw of man die op Hem vertrouwt. Ik hoor het Kohlbrugge nog zeggen: die het gelooft die heeft het! Die gestorven is, die begrijpt het (Gal. 2:20). Die nog leeft die ergert zich; het spijt me. Anderen vinden het gevaarlijk. Het spijt me opnieuw. Maar als God iets zegt, dan is het echt waar. Hij is immers rechtvaardig en alle mensen zijn leugenaars (1 Joh. 1:9). Gelukkig die man of vrouw die gestorven is aan mensen opdat Christus alleen Zijn enige hoop en verwachting is dwars door alle nood en dood.
Zwakte toegebeden en Gods zegen. Vriendelijke groet,
Ds. A. Simons, Vinkeveen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A. Simons
- Geboortedatum:07-05-1958
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Valburg-Homoet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: