Niet bij Christus beginnen
Ds. A. Simons | 2 reacties | 02-09-2010| 10:56
Vraag
Een vraag aan ds. Simons. Ik hoor regelmatig mensen zeggen dat de prediking over bekering niet bij Christus moet beginnen, maar dat die daar juist moet eindigen. Hierbij moest ik denken aan de tekst uit Johannes 14, waarin Jezus zegt: "Ik ben de Weg, en de Waarheid, en het Leven. Niemand komt tot den Vader, dan door Mij." Als ik er over begin, wordt er vaak verwezen naar de trits ellende-verlossing-dankbaarheid. Ik wil deze lijn ook niet ontkennen, maar lopen wij op deze manier dan niet het risico om onze bekering op onze eigen ellende te bouwen, om zo ellendig en depressief mogelijk te zijn, wat dan een goed teken van een beginnend werk in ons zou moeten zijn?
Ik vind het moeilijk om hier op te reageren en hoop dat u misschien wat Bijbels gegronde uitleg kunt geven over wat juist is, met name over de eerste vraag: of de prediking over bekering alleen bij Christus moet eindigen en niet gelijk met Hem mag beginnen.
Deze vraag werd ook behandeld in het programma 'Pastorie online':
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
Ik ga proberen om je antwoord te geven in de grote spraakverwarring van ons kerkelijk leven. Altijd maar weer de vraag; waar begint het ware geestelijke leven? We willen zo graag weten of het begin goed is. Waar staat in de Heilige Schrift dat de Wet een mens levend maakt? Ik lees wel dat de Wet de zonde levend maakt, maar ik ben gestorven zegt Paulus (Rom. 7:9). Nooit heeft de Wet een mens geestelijk levend gemaakt. Alleen het evangelie kan mensen waarlijk geestelijk levend maken.
Wanneer het ware geloof zich verlaat op het Lam dan wordt een dode zondaar levend (Joh. 3:36/5:24/6:40/47). Ik zeg niet dat er niet veel beroeringen aan vooraf kunnen gaan, maar dat is nog geen geestelijk leven. Kijk maar naar de verloren zoon of naar de stokbewaarder. Een hongersnood of een aardbeving kan de Heilige Geest gebruiken om de zondaar stil te zetten: Lukas 15:14/ Hand. 16:26. Ook overtuigingen van zonde kunnen een middel zijn om de zondaar stil te zetten (Joh. 16:8). Maar nog nooit heeft de Wet een zondaar tot Christus gebracht.
Trouwens dat kan de Wet niet meer. De Wet is krachteloos geworden door onze val in het Paradijs (Rom. 8:4). De Wet kan geen hulp of enigermate troost bieden aan dode zondaren. De Wet kan maar een ding doen: dat is veroordelen en de zonde meer maken (Rom. 5: 20/7:7-8/ Gal. 3:19).
Het evangelie is iets wonderlijks. Het maakt een dode zondaar levend. Wonderlijk Woord. Het vlees geworden Woord (Joh. 1:14). Vriend, wie in aanraking komt met dit wonderlijke evangelie die gaat leven. De dood moet wijken en het nieuwe leven komt.
Graag wil ik voorkomen dat we een verkeerde conclusie trekken uit het bovenstaande. Ik geloof namelijk dat God Wet en evangelie gebruikt ten dienste van het heil van de zondaar. Dus samengevat: De Wet heeft wel terdege een doel in het leven van een zondaar, maar niet om zondaar levend te maken. Dat heeft God weggelegd voor het dierbare evangelie.
Vriend, een ieder die met een waar geloof zich verlaat op dit evangelie die is behouden. Die de Zoon heeft, die heeft het eeuwige leven en komt niet in de verdoemenis (1 Joh. 5:12/Joh. 3:36).
Je schrijft ook nog iets over de gevaren van een wettische bediening. Het gevaar dat mensen zondekennis gebruiken om God te bewegen om genadig te zijn. Zo deden de Baals priesters ook bij Elia. Ze wilde Baal bewegen om genade te zijn. God moet niet bewogen worden, maar is van eeuwigheid bewogen over het verlorene. Wat is een mens tot gemeen. Hij wil altijd wat meebrengen tot zijn zaligheid. Betalen, betalen. Het zit in ons bloed. Maar God kan van jou en mij niets gebruiken. De wortel deugt niet dus de vrucht ook niet, al schijnt het soms heel mooi te worden. Zo buigt de zondaar of zondares aan Zijn voeten. Kom, als een dode zondaar. Eén blik op de Gekruisigde en je bent behouden voor eeuwig.
Helaas worden veel mensen het werkhuis ingestuurd. Sommigen komen er nooit meer uit. Ze worden ‘vroom’. Ze lijken ernstig en arm, maar zijn vaak nederig hoogmoedig. Ze zijn niet gestorven (Gal. 2:19) en niet opgestaan met Christus in een nieuw leven. Ze hangen tussen hemel en aarde. Ze hopen op betere tijden. Arme zondaren! Geef het op en buig u neer. Laat het bloed van het Lam u reinigen van al uw verderf.
Vriend, ik hoop je vraag zo een beetje beantwoord te hebben. Zo niet, dan horen we van elkaar.
Je ds. A. Simons
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A. Simons
- Geboortedatum:07-05-1958
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Valburg-Homoet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Het enige fundament om je zaligheid op te bouwen is Jezus en Zijn beloften.
Wie op iets anders bouwt, zal er eens achter komen dat hij op zandgrond heeft gebouwd en z'n geestelijk levenshuis zal eens instorten.
Waarom denken we het toch altijd beter te weten dan God? Als Hij zegt: 'geloof in de Heere Jezus Christus en je zult zalig worden' en: 'ieder die in Hem gelooft heeft het eeuwige leven' waarom maken we daar dan van 'ieder die zijn zonden voelt en dan in Jezus gelooft wordt zalig'?