Broeders en zusters
Ds. W.G. Hulsman | 1 reactie | 18-06-2010| 18:00
Vraag
Bij ons in de gemeente spreekt onze predikant de gemeente nooit aan als broeders en zusters. Is dat wel goed? Paulus doet het zelfs tot ongelovigen! In 1 Korinthe 15 spreekt Paulus tot mensen die de opstanding van de doden ontkennen, maar hij noemt ze in vers 1 bij de aanspraak wel broeders. Nog een vraag die hiermee te maken heeft. In onze kerk begint de preek nooit met "Gemeente des Heeren". Dat zijn wij toch door de doop? Is dat dan niet bijbels? Moet dat dan ook niet zo? Oude preken beginnen wel eens met "Toehoorders", of de preek begint gewoon, zonder aanspraak. Bij ons zegt de predikant altijd: "Geliefde gemeente en allen die bij ons zijn samengekomen." De aanspraak "Gemeente des Heeren" is toch veel rijker?
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
Laat ik eerst maar beginnen met iets persoonlijks. Zelf zeg ik in mijn prediking hoogst zelden broeders en zusters en ik begin mijn preken ook niet met: gemeente des Heeren, maar met: gemeente. Dat is eigenlijk vooral omdat ik dat vanaf het begin niet zo gewend ben. Overigens heb ik er geen probleem mee als andere predikers dat wel doen. Eerlijk gezegd vind ik dat we deze dingen niet zo op de spits moeten drijven. Belangrijker is hoe de prediking zelf is. Komt daarin tot uiting dat we niet zomaar een samenraapsel van mensen zijn, maar een gemeente des Heeren? Komt daarin tot uiting dat we in het geloof broeders en zusters zijn?
Om met dat eerste -de gemeente des Heeren- te beginnen. Uiterst waardevol is dat de gemeente verbondsgemeente is. Dat zal regelmatig moeten terugkeren in de prediking. In de wet klinkt steeds weer: Ik ben de Heere, Uw God… De Heere laat daardoor zien, hoe Hij verbonden is met de gemeente. In de doop komt steeds weer opnieuw tot uiting dat ook de kinderen tot de gemeente van de Heere Jezus mogen behoren.
Tegelijkertijd moet wel de scherpte blijven klinken. Het behoren tot de gemeente des Heeren is geen waarborg dat het goed komt. Er zal geloof en bekering moeten zijn. En anders is er ook zoiets als verbondswraak. Daar is de Bijbel duidelijk over. Als we niet echt met God leven, zal het vreselijk zijn om te vallen in de handen van de levende God. Evenwicht in deze dingen vind ik eerlijk gezegd belangrijker dan alleen de aanduiding “gemeente des Heeren” of iets dergelijks aan het begin van een dienst.
En dan de uitdrukking “broeders en zusters”. Als ik me diep in mijn hart laat kijken, dan vind ik het een beetje zoetig worden, als om de haverklap “broeders en zusters” gezegd wordt. In de Bijbel zie je dan ook wel eens dat hele andere aanduidingen naar voren komen: “Gij uitzinnige Galaten.” Jezus spreekt op een bepaald moment over “o onverstandigen en tragen van hart.”
Belangrijk is dat we in het geloof de verbondenheid kennen met de Heere Jezus, en dat we zo ook onderling door een broeder en zusterband met elkaar verbonden zijn. Belangrijk is ook om in praktijk te brengen Psalm 133:3 “Ai, zie hoe goed, hoe lieflijk is 't dat zonen van 't zelfde huis als broeders samenwonen.” Niet slechts het noemen van “broeders en zusters” maar het beoefenen van een liefdevolle hartelijke band is essentieel.
Ds. W. G. Hulsman
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W.G. Hulsman
- Geboortedatum:08-11-1956
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Barneveld
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Of dit nu goed of niet goed is, is volgens mij niet aan de orde maar je zou je zo ook kunnen afvragen of het verschil tussen de maan en de zon goed of fout is. Beide hebben zo hun kenmerken maar er is er maar één waar je het meest warm van wordt...
Deze warmte is voor een mens erg belangrijk. Zo ook een gemeenschap die geen warmte uitstraalt en dit ook niet kan doorgeven is eenvoudigweg koud. Iemand die je hartelijk verwelkomt als broer of zus, geeft je bevestiging, liefde en een plek waar jij het prettig vindt om te verblijven. Ook al besef je dat je dit misschien helemaal nog niet bent, je gaat er zelf ook positief door gedragen. (en dan heb ik het niet over een trendy woordtje van broer en zus)
Zo ook denk ik dat dit bedoelt wordt door Paulus. Want iemand tot je eigen gemeente kunnen rekenen is alleen maar prachtig en het is respectvol gebracht. Maar stel je eens voor als er sprake is van "vrienden" voor de eeuwigheid...
Zou je dan aangesproken willen worden als gemeentelid of kerklid. (het (oud)Hollandse woord Lid betekent immers ook deel uit maken van) In de huidige context en praktijk kan je overal lid van worden. De sportvereniging, de politieke partij, de vrouwen of mannenvereninging en ga zo maar door. Het geeft geen dimensie of abstactieniveau weer van "het lid zijn". Als ik zeg broer of zus dan geef ik die dimensie/ abstactie wel aan. Ik geloof dan ook niet dat het te maken heeft met een voorkeur of gewenning voor/van van een woordkeuze maar meer dat dit een aanduiding is met een betekenis en bedoeling er achter.
Broeders en zuster die hier op aarde verenigd zijn voor de eeuwigheid, is voor mij een begrip van iets prachtig weergegeven. Iets liefdevols. Iets als "door dik en dun" iets van geven, delen en ontvangen. Alles in dit wordt bekrachtigd door de liefde welke is gegeven door Zijn Heilige geest.
Als je dit begrijpt hoef je niet te twijfelen wat er bedoelt wordt met "Geliefde gemeente". Want Hij heeft zijn gemeente lief en de broeders en zusters hebben elkaar ook lief. Klinkt dit niet mooi...
Volgens mij is dit de spijker op de kop als er gesproken word van Heb God lief en uw naaste als u zelf.
Gemeente des heere heeft nog een ander betekenis. Heere is de Titel die Jezus Christus ontvangen heeft (van God de vader) toen hij opgevaren is naar de Hemel en kwam te zitten op de troon. Koning der koningen, Heere der Heirscharen. Zijn rijk is bestemd voor de eeuwigheid, betaald met Bloed, wat gevloeid heeft als een lam wat geslacht werd. Tja misschien klinkt het wat ongenuanceerd maar ik hoef niet te twijfelen als ik moet kiezen tussen Gemeente des Heere of gemeente. Dat laaste laat ik liever aan de burgemeester over en ervaar ik bij het eerste alleen maar de roep en de bevestiging van de Liefde. Het is een bevestiging van Het verbond voor de Eeuwigheid en daar wil ik graag deel vanuit maken.
Ben jij een kind van Hem?
Dan zou je het vast en zeker elke dag willen horen.