Zijn bloed kome over ons en onze kinderen

Ds. M. M. van Campen | 2 reacties | 27-05-2010| 17:05

Vraag

Zou de jodenhaat, die al eeuwenlang bestaat en tot de Tweede Wereldoorlog steeds erger werd, het gevolg zijn van de woorden uit de Bijbel: "Zijn bloed kome over ons en onze kinderen"?

ADVERTORIAL

De zorgverzekeringen van Care4Life

Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.

U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.

De zorgverzekeringen van Care4Life

Antwoord

A. Jodenhaat of antisemitisme bestaat al eeuwenlang. Niet alleen sinds de roep op Goede Vrijdag die beschreven staat in Mattheus 27:25: “En al het volk antwoordde en zei: Zijn bloed kome over ons en over onze kinderen.” Ook daarvoor al: denk aan de bekende Jodenhater Haman in het boek Esther. Het begin van de Jodenhaat ligt wellicht bij de Farao van Egypte, die alle joodse jongetjes in de Nijl wilde werpen. De wortels van de Holocaust zij dus oeroud: bij het allereerste begin van Israels volksbestaan werd het al geconfronteerd met de brandende haat van de Farao: er heerste een atmosfeer van geweld, slavernij en massamoord. En dan de Tweede Wereldoorlog: uitgerekend in een door het christendom gestempeld Europa barstte de vulkaan van Jodenhaat los. Juist in Duitsland in de jaren ’30 klonk het: weg met de Jodengod en de Jodenbijbel, wat uitmondde in de Holocaust: de moord op 6 miljoen Joden. Ten diepste is antisemitisme verzet tegen de God van Israel. De Heer Jezus was een Jood, dat wil zeggen dat Hij in de oorlog naar Auschwitz zou zijn getransporteerd en zou hebben gedeeld in het lot van Zijn volk! En toch, de braambos, (Gods oude volk Israel) brandde, maar is niet verteerd. De geboorte van de staat Israel in 1948 na de verschrikkingen van WOII, daarin herkent de christen iets van goede Vrijdag en Pasen: sterven en opstanding.

B. Wat betreft de woorden uit Mattheus 27: zowel de Joodse leiders (:20) als de Romeinse stadhouder Pilatus (:26) als het Joodse volk heeft zich schuldig gemaakt aan Jezus’ dood. Zijn bloed kome over ons is een zelfoordeel. En één generatie later hebben zij dat gemerkt: om Jeruzalem heen stonden duizenden kruizen waarop de Romeinen in het jaar 70  na Christus zoveel Joden ditzelfde lot hebben doen ondergaan als Jezus in het jaar 33 AD. De Joden zijn daarmee niet schuldiger dan de Romeinen/heidenen. In Pilatus hebben ook de heidenen deel aan de veroordeling van Jezus. Zoals de dichter Jacobus Revius het al zei in zijn prachtige gedicht: “T’en zijn de Joden niet, Heer Jesu, die u cruysten…. Ick bent, o Heer, ick bent die u dit heb gedaen.”

Bij nauwkeurige lezing van die tekst moeten we goed bedenken:

-Nergens in het NT worden de Joden van toen massaal schuldig verklaard aan de dood van Jezus, laat staan de Joden van alle eeuwen. We mogen daarom niet zeggen: jullie Joden. Het betreft “zij toen in Jeruzalem.” Met name de inwoners van Jeruzalem, velen van hen hebben geroepen: Kruisig Hem, Hand13:27. Veertig jaar later kwam het bloed van Jezus letterlijk over de kinderen van die generatie in Jeruzalem! Namelijk bij de verwoesting ervan. Deze vervloeking die zij over zichzelf hebben uitgeroepen gaat niet verder dan haar eigenlijke strekking en dat is: deze wetteloze Joden in Jeruzalem en hun kinderen. Wij mogen niet zeggen dat die vervloeking die een kleine groep over zichzelf en haar kinderen uitsprak uit te breiden is over een vervloeking van Gód over alle Joden!
Dus:

-Israels zelfvervloeking is beslist niet Gods vervloeking.

-De vervloeking van een kleine groep toen en daar is niet de vervloeking van het hele volkin alle eeuwen over de hele aarde

-Wie heeft het recht om zichzelf tot straffer van Israel uit te roepen? In de kerkgeschiedenis heeft helaas eeuwenlang de christenheid geroepen dat het Joodse volk het (“Godsmoord”) heeft gedaan en daarom nu heeft afgedaan. Op hen rust Gods oordeel. Israel heeft straf verdiend en de kerk helpt er een handje bij om de straf aan Israel te voltrekken. Dat is een grote dwaasheid en een grote zonde van de kerk geweest. Wie aan Israel komt, kom aan een bijzonder gevoelige plek van God: Zijn oogappel.

-Het wonder van Gods genade is, dat elk mens die zich bewust is van zijn zonden en die heeft beleden voor God en neergelegd aan de voet van het kruis, óók deel krijgt aan het verzoenend bloed dat Christus heeft vergoten. Door mijn ongerechtigheden is Hij verwond, maar ook voor mijn ongerechtigheden is Hij verwond.

-Ooit zei een bekende predikant eens: “In de toekomst zal Israel nog eens roepen: Zijn bloed kome over ons en onze kinderen. Dat zal dat geen bloed van wraak, maar zoenbloed zijn, waarom ze zullen roepen.” Op de dag dat Israel zich tot de Messias zal bekeren, zal dat gebeuren. Er zit dus nog een profetische betekenis in die woorden: niet in vervloekende zin, maar in verzoenende zin, straks bij hun bekering wanneer Jezus wederkomt. Dan worden ze gebracht onder de zegen van het bloed van Jezus, dat het bloed is van het Nieuwe verbond, dat voor velen vergoten is.

Dus, als de Joden voor Pilatus uitroepen: zijn bloed kome over ons en onze kinderen, hebben zij daarbij aan hun medeverantwoordelijkheid voor Zijn dood gedacht, maar de genade van God zal Israel uiteindelijk onder de zegen van het bloed van Christus brengen. Het bloed is gekomen hun ten oordeel in het jaar 70AD, maar het bloed predikt ook barmhartigheid, reinigend van alle zonden.

Tenslotte: de Messiasbelijdende Jood Isaac da Costa zegt zo treffend: “Het gruwelijk gebed dat zij gebeden hebben: zijn bloed kome over ons en over onze kinderen en het daar tegenovergestelde Goddelijke gebed: Vader vergeef het hun want zij wij weten niet wat zij doen, moet nog vereffend worden. Hun vloek zal door God in een zegen veranderd worden, en hetzelfde bloed waarmede zij zich bevlekt hebben, zal hen reinigen… Daarom zal datzelfde bloed dat zij tot een oordeel over zichzelf hebben ingeroepen, ten laatste uit onuitsprekelijke Goddelijke genade en liefde over hen komen tot ontzondiging. Alsdan zullen zij in de diepste ootmoed en boetvaardigheid der ziel hun schuld bewenen en hun Schulduitdelger aanbidden!”

Ik bid dat die tijd spoedig zal aanbreken! Want Israels aanneming zal zijn als het leven uit de doden voor de wereld zegt Romeinen 11:15. Hun bekering zal een Paastijd voor de wereld inluiden.

Ds. M. M. van Campen

Dit artikel is beantwoord door

Ds. M. M. van Campen

  • Geboortedatum:
    02-03-1965
  • Kerkelijke gezindte:
    PKN (Hervormd)
  • Woon/standplaats:
    Rotterdam-Zuid
  • Status:
    Inactief
66 artikelen
Ds. M. M. van Campen

Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
2 reacties
1a2b3c
28-05-2010 / 09:31
Joehoe, ho ho, iedereen die niet in Jezus gelooft gaat verloren!!
Joh.3:36 Die in den Zoon gelooft, die heeft het eeuwige leven; maar die den Zoon ongehoorzaam is, die zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem.
Israël was door God verkoren om de Messias voort te brengen.
Het is wel Gods volk maar niet in die zin dat iedereen persoonlijk behouden wordt.
Catherine
31-05-2010 / 08:43
Zouden wij niet precies hetzelfde gehandeld hebben ?
Je kunt niet (meer) reageren op dit bericht. De reactiemogelijkheid is niet geactiveerd of de uiterste reactietermijn van 1 maand is verstreken.

Terug in de tijd

Marijke Rots

Is het juist dat Marijke Rots psycholoog is? Heeft zij een praktijk en zo ja, hoe kan men met haar in contact komen?
Geen reacties
27-05-2016

Bijzondere (Gods)ervaring

Het was al laat en ik had een deel uit de Bijbel gelezen zoals ik altijd doe voordat ik ga slapen. Ik had mijn gebed gedaan en God gedankt voor de dag en Zijn hulp. Ik lag in mijn bed en kon niet sl...
Geen reacties
27-05-2021

Conflict met medisch specialist

Er is iets vervelends gebeurd tussen mij en een medisch specialist in het ziekenhuis. De situatie is best uniek, ik durf er daarom niet veel over kwijt. Bang dat iemand in mijn omgeving het leest en i...
Geen reacties
27-05-2024
website-ontwikkeling door webdevelopment by Accendis
design website door design website by Mooimerk
hosting website door hosting website by STH Automatisering