Passie voor mode
drs. E.J. (Els) van Dijk | 18 reacties | 30-04-2010| 14:00
Vraag
Ik ben een meisje van 19 jaar en mijn passie is mode. Ik heb vorig jaar een studie gedaan aan de kunstacademie en wil me in mijn beroep graag richten op mode. Het is niet zomaar een gril, nee, het is een echte passie. Ik weet dat wij als christenen ons niet bezig moeten houden met wereldse dingen en eerst de dingen van het Koninkrijk van God moeten zoeken. Ook hoeven we er niet bij te lopen alsof we in het jaar nul leven. Allemaal waar. Maar in hoeverre mag ik me bezig houden met mode? Ik vind de mode van de gereformeerde gezindte werkelijk niet om over naar huis te schrijven. In hoeverre mag je wereldse kleding dragen in de vorm van een rok? En in hoeverre mag je van mode je beroep maken en er in doorgaan? Is het beroep styliste bijvoorbeeld een vak wat niet bij een christen past? En wat vind u van het beroep modeontwerper? Kun je ook een eigen label hebben waarbij je niet alleen voor de gereformeerde gezindte ontwerpt, maar voor iedereen? Graag hoor ik een reactie. Alvast bedankt!
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste…,
Het lijkt mij belangrijk dat mensen er netjes en verzorgd uitzien in een kledingstijl die bij hen past. Dat geldt overigens ook zo voor onze huizen; die richten we in op een manier waar we ons prettig bij voelen. Zo hangen we bijvoorbeeld geen jute zakken voor de ramen maar we spreken zelfs over raamdecoratie. En zo kan ik nog een tijdje doorgaan met allerlei op zichzelf genomen aardse zaken waar we als christenen volop gebruik van maken en mensen in de gereformeerde gezindte bepaald niet minder! Alle uitzonderingen daar gelaten, kan ik mij zelfs niet aan de indruk onttrekken dat reformatorische christenen juist niet bekend staan als mensen met een bijzonder sobere levensstijl als het gaat om geld en goed. Er wordt juist veel aandacht besteed aan kleding, hoeden, de inrichting van huizen, auto’s, enzovoort.
Maar het gaat er natuurlijk niet om wat iedereen doet, maar om de keuzes die jij zelf wil maken. Je stelt terecht dat wij als christenen ons niet in de eerste plaats druk moeten maken en bezig moeten houden met wereldse zaken, maar we maken er wel gebruik van en we hebben ze ook nodig. Dat betekent dus ook dat je erin mag werken. Als we kleding nodig hebben, dan hebben we toch ook de mensen nodig die deze ontwerpen en fabriceren? Als we menen een auto nodig te hebben om onze mobiliteit te garanderen, dan hebben we toch ook de mensen nodig die op dat terrein hun werk doen? Ik vind het juist een geweldige gedachte dat door de hele samenleving heen, op allerlei posten christenen zitten die ook in hun werk iets van Heere Jezus laten zien in de manier waarop zij de dingen doen.
Er zijn wel grenzen natuurlijk. Als ik een boekhandel had, zou ik geen pornoblaadjes willen verkopen natuurlijk maar ik voel meteen aan dat ik dan ook op een spannend terrein beland: welke literatuur wil ik wel verkopen en welke niet? Laat ik een andere dwarsstraat noemen: mag je als christen een snackbar hebben en allemaal ongezonde frites en snacks verkopen? Ik geloof dat ik daar zelf moeite mee zou hebben maar ik laat het wel uit mijn lijf om iemand die probleemloos patat staat te verkopen te veroordelen. Want je kunt natuurlijk ook zeggen dat een keertje patat best mag en dat als mensen er zelf voor kiezen om vooral van fastfood te leven, dat hun probleem is en niet van degene die het verkoopt. En zo geldt dat van zoveel dingen. Ik relativeer dus wat.
Terug naar jouw vraag: mag jij in de mode werken en styliste worden? Ik zou niet weten waarom niet, maar het hangt er wel van af hoe je het doet. Als je passie voor mode maar niet je passie voor God in de weg staat – net zoals dat trouwens geldt voor iemand die een passie voor bankstellen, serviesgoed of wat dan ook heeft.
Bij mode kun je natuurlijk ook in de verleiding komen om kleding te maken/ontwerpen/verkopen die seksueel uitdagend is. Daar zou voor mij een grens liggen. Maar ook hier gebiedt de eerlijkheid mij te zeggen dat ik sommige reforokjes ook best uitdagend vind.
Kortom: je mag een beroep zoeken/vinden waarin je voldoening vindt en dat bij je past, maar dat je niet zou moeten belemmeren in je geestelijke groei of je bijdrage in het Koninkrijk van God. In de Bijbel staat nadrukkelijk dat we in de wereld staan en dat we daar zelfs een taak hebben. Als we maar niet werelds worden. Laat het duidelijk zijn dat hier allerlei persoonlijke keuzes liggen. Zo kan de één met genoegen en parfumeriezaak beheren terwijl een ander dat veel te leeg en te luchtig vindt. Ik heb zelf diverse keren sollicitanten gehad die in het zakenleven hebben gewerkt en daar vooral bezig waren met het halen van targets en dus het maken van geld, maar die daar op den duur zoveel afkeer van kregen dat zij naar een andere wending in hun leven zochten om meer bezig te gaan met de diepere dingen van het leven. Je zou mij niet in een modezaak moeten poten, want ik zou er diep ongelukkig worden – ik zou denk ik ook geen goede representant zijn, maar dat daar gelaten.
Een mens moet doen in het leven wat bij hem past en waar God ook kwaliteiten voor gegeven heeft. Paulus zegt het ergens zo: al wat je doet in woord of werk, doe het alles ter ere van God. Als je op die manier met je werk bezig bent, doe je het goed.
Ik zeg tegen mensen wel eens: “Maak er wat moois van!” Tegen jou kan ik dat letterlijk zeggen.
Drs. Els J. van Dijk
Dit artikel is beantwoord door
drs. E.J. (Els) van Dijk
- Geboortedatum:28-01-1956
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Veenendaal
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Voormalig directeur Evangelische Hogeschool. Nu begeleiding en advies.
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Het was zelfs zo dat zijn linnen lijfrok (uit één stuk geweven) van zoveel waarde was dat de Romeinse soldaten erom dobbelden wie van hen deze lijfrok mocht gaan bezitten.
Als Christen smaakvolle kleding ontwerpen die een vrouw een respectvol aanzien geeft is een verademing tegenover alle andere ontwerpsters die de vrouw kleden als een lustobject.
Als je de catalogus ziet van een bekende refokledingzaak, dan mag ik er wel een baantje bijnemen om dat te kunnen betalen.
In de vraag lees ik: “ik weet dat wij als christenen ons niet bezig moeten houden met wereldse dingen” en in het antwoord: “styliste is prima……(…) ….als we maar niet werelds worden……”
Sorry, maar een modecarrière en ‘niet werelds’ zijn gaan natuurlijk niet samen, hoe graag je het ook wilt. Ik vraag me daarbij af of een “niet werelds” beroep eigenlijk wel te vinden is.
Wanneer ik de antwoorden lees, vrees ik dat een ieder van jullie toch niet echt thuis is in onze modewereld, waar alles draait om perfecte lichamen en vooral ook schaamteloosheid rondom het lichaam! Hoe meer je er van ziet, hoe beter het lijkt, ja het gaat zelfs “refoland” niet voorbij!
Het is een illusie te denken dat – wanneer je de modewereld ingaat – je daar niet of nauwelijks mee in aanraking komt. Alsof het allemaal goed is zolang je maar gericht blijft op “refomode” en dat gaat natuurlijk niet op! Want ook díe mode is aan verandering onderhevig, maar oke, daar zou je een rol in (kunnen) spelen natuurlijk. Wanneer je daar een goed besef van hebt is er geen enkel probleem, maar het wordt hier niet als zodanig genoemd en dat verbaast me.
Trouwens, elk (reformatorisch) persoon die nog leeft in de veronderstelling dat “we” ons niet met aardse zaken bezighouden in “refoland” zou zich eens in gezelschap van reformatorische mensen moeten begeven. Daar je nog vreemd aangekeken wordt wanneer je broekdragend bent, zijn zij de schaamteloosheid rondom het sms- en en (vooral hardop!) mobiel bellen in gezelschap al eeuwen voorbij. We zijn zo aards als wat, maar goed, dat is een andere discussie realiseer ik me! Toch, om even aan te geven dat we allemaal evenveel ‘aards’ zijn benoem ik het maar even.
Ik ben het absoluut eens met het antwoord dat je er voor moet gaan (het is je passie!), maar gezien de luchtigheid van de antwoorden, moet ik even teruggrijpen op andere zaken die hier recent nog voorbij gekomen zijn op refoweb.
We bakkeleien namelijk al over het gebruik van een dobbelsteen bij een potje ‘mens erger je niet’ en 'geen filter' op het internet is uit den boze, maar een modecarrière dient geen enkel gevaar in zich??
Daar is enige voorzichtigheid dan wel bij geboden lijkt me. Zeker wanneer je het als je beroep wilt maken, ben je dag en nacht bezig met “aardse zaken”.
Afijn, als je daarbij niet vergeet waar het in dit leven werkelijk om draait, dan is er wat mij betreft geen enkel probleem!
Enne, in veel beroepen ben je bezig met aardse zaken, toch ?
Ik zie heel veel kleding, die prima gedragen kan worden in refogezelschap, maar een stuk goedkoper omdat het in "wereldse" zaken gekocht wordt.
En in veel winkels kun je kleding kopen die voldoen aan de refo-normen!
Wees creatief en kritisch en wacht bij een kleiner budget op de uitverkoop.
Koop dan ook voor het jaar erop als je kids hebt!
Voor de vragenstelster: mode is leuk en je werk er van maken ook! Maar weet dat het een andere wereld is ,met andere normen en waarden dan waar mee jij bent groot gebracht. En daar moet je mee kunnen omgaan om toch je eigen identiteit(te willen) houden. Succes.
De passie die je daarvoor ervaart is ook niet 'toevallig'. Wil de Heere dat je deze weg gaat? Hij geeft alleen Zijn zegen als jij jouw levensweg, ook hierin, gaat in afhankelijkheid van Hem. En misschien ligt er hierin wel een taak voor je klaar. Maar misschien ook niet. Wees dan maar niet bang voor het antwoord maar overleg met de Hemelse Vader. Hij weet wat goed voor je is en wil jouw ook de weg wijzen. Ga niet verder hierin als je weet dat het Gods weg niet is. Ook al moet je dan je passie opgeven. Je zult er zo ontzettend veel meer voor terug krijgen. En als je deze weg mag gaan neem dan ook alle obstakels, die je vanwege je christelijke identiteit zult ervaren, maar met de Heere. Zal Hij dan daarin ook niet tonen dat Hij trouw is?
Ik wens je Gods zegen toe hierin!
Annet76, na 3 keer je reactie gelezen te hebben snap ik werkelijk niet wat de toegevoegde waarde van je 'sms' en 'hardop bellen in gezelschap' reactie is?? Dit heeft helemaal niks met 'aards', 'werelds' of 'refo' te maken, dit is gewoon (on)beleefdheid en heeft alles met opvoeding te maken.
Vraagstelster, je vraagt:"In hoeverre mag je wereldse kleding dragen in de vorm van een rok?"
Als ik twijel over een kledingstuk stel ik mezelf deze vraag: 'Als de Heere Jezus terugkomt op de aarde en ik dit shirt/rok/broek aanheb...........'
Tja, als je het na drie keer lezen nog niet begrijpt, bespaar ik me liever de moeite om uit te leggen wat smsen en bellen met "aards", "werelds" of "refo's" te maken heeft in combinatie met deze vraag.
Gelukkig geldt dat niet voor iedereen;)
Mijn reactie is misschien niet goed gekozen, ik kan en wil het best uitleggen. Soms mis je gewoon de intonatie op een forum, waardoor je bepaalde woorden anders tot je neemt dan ze wellicht zijn bedoeld.
Ik heb de vraag én het antwoord nog eens gelezen en heb wellicht in mijn eerste reactie teveel de nadruk gelegd op twee zinnen, namelijk: “Als we maar niet werelds worden” en “wij moeten ons als Christenen niet bezig houden met wereldse dingen.” Er valt óók te lezen dat we niet buiten aardse zaken om kunnen en dat iedereen het nodig heeft. Gelukkig maar!
Juist dat we (iedereen!) in de “wereldse zaken” behoorlijk aan het doorschieten zijn, heb ik willen uitleggen aan de hand van mijn voorbeeld van het mobiel bellen. Het is namelijk onredelijk om een modecarrière op voorhand af te keuren, gezien de dingen die er om ons heen óók (zichtbaar) gebeuren. We zijn allemaal “aards” aan het worden. Maar eerlijk is eerlijk, het ‘afkeuren’ is eigenlijk niet wat hier gebeurt en dus is het misschien inderdaad overbodig.
Jij noemt dat (gewoon) onbeleefdheid en dat is ook helemaal waar natuurlijk. Toch, het heeft voor mij ook alles te maken met het doorschieten in “aardse zaken.” En ach, wat maakt het uit welke naam we eraan geven, dat de balans zoek is mag duidelijk zijn.
Vandaar, een carrière in de mode is prima, maar het draagt wel degelijk het gevaar van “doorslaan” in zich. Meer nog dan andere beroepen zou ik haast zeggen. Als je een beroep gaat uitoefenen waarin het veelal draait om buitenproportionele schoonheidsidealen, is de kans ook groot dat het ten koste gaat van “geestelijke zaken.”
Daarom leek mij een klein beetje terughoudendheid wel op z’n plek. Ik zou zeggen: "Bezint eer ge begint!"