Verlies van je leven
Ds. C.G. Vreugdenhil | 5 reacties | 15-04-2010| 18:00
Vraag
Aan ds. Vreugdenhil. In uw boekje “Borgtocht” las ik over het verlies van je leven, waardoor de Heere Jezus alles wordt. Dat is nu de grote nood in mijn leven. Ik zie dat ik Jezus niet kan missen, er is ook een verlangen naar Hem, maar toch kom ik aan de andere kant niet van die innerlijke tegenstand tegen het verlies van mezelf af. Eigenlijk wil ik het niet. Ik blijf mezelf handhaven. Dominee, hoe moet ik toch verder?!
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
Je vraag is van pastorale aard. Het gaat om de worsteling van het geloof om jezelf te verliezen en het leven in Christus te vinden. Vraag jezelf eens af waarom je Jezus niet kan missen. Het is grote nood in je leven. Dus het is niet een theoretische vraag, maar meer zoals die verslagen mensen op de Pinksterdag: wat moeten we doen? Eigenlijk wil je het leven in jezelf niet verliezen en levert dat weerstand op. Jezus zegt: wie achter mij wil komen, die nemen zijn kruis op en volge Mij. Lees Johannes 12:25.
Nu kun je steeds bezig zijn met: ik moet het leven in mezelf verliezen en dan zal ik het vinden in Jezus. Je kunt het ook omdraaien. Als jij je leven in de worsteling van het geloof aan Christus mag overgeven, dan is het gevolg daarvan dat je het leven in jezelf verliest. Johannes de Doper zegt: Hij moet wassen en ik minder worden. Let op die volgorde. Johannes op Patmos schrijft: Toen ik Hem zag, viel ik als dood aan Zijn voeten. Let ook op die volgorde. Als je nu Jezus niet missen kunt en je naar Hem verlangt, naar de kennis van Hem en de liefde van Hem, waarom zou je dan jezelf niet aan Hem overgeven? Als je dat doet volgt daar als vanzelf op dat Hij alles voor je wordt en dan wordt jij niets. Naar de mate we aan Christus een plaats geven in ons leven, naar die mate zullen we ondervinden dat ons eigen 'ik' een kleinere plaats gaat krijgen.
Denk niet dat dit alles op één bepaald moment moet gebeuren, dat is meestal een proces. Als jij een Borg nodig hebt, kun je het zelf niet en ga je toch zien dat je eigen ik je nooit meer tot God kan brengen. Lees Galaten 2:20 eens. Dat is heel bevrijdend. En wat jij niet kunt, dat kan God wel. Hij laat geen bidder staan. Zie het Lam van God. Dat is toch de doodsteek voor alle lammeren die wij willen aanbrengen voor God. Onze werken deugen niet, Christus is het alleen. Sterkte met je worsteling. Houd vol, want Hij troost het hart dat schreiend tot Hem vlucht.
Met vriendelijke groet,
Ds. C. G. Vreugdenhil
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C.G. Vreugdenhil
- Geboortedatum:02-04-1946
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Houten
- Status:Inactief
Bijzonderheden:
Ds. Vreugdenhil schreef op 7 oktober 2024 zijn laatste bijdrage voor de vragenrubriek van Refoweb. Vanaf van het begin, nu bijna 25 jaar geleden, is deze broeder aan Refoweb verbonden geweest. Hij schrijft: "Ik ben nu 78 jaar en moet mijn werkbelasting verminderen. Ik heb altijd graag meegewerkt, maar nu ga ik ermee stoppen." Het langstdienende panellid van Refoweb neemt hiermee afscheid na 231 vragen en antwoorden. De redactie van Refoweb zegt hem voor dit alles hartelijk dank en wenst hem nog veel gezegende en vruchtbare jaren toe bij het werk in Gods Koninkrijk.
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
<i>Reageren op een antwoord is mogelijk mits de reactie iets toevoegt en niet in strijd is met het antwoord van de deskundige. Vraagstellers zijn niet gebaat bij tegenstrijdige reacties en bovendien vinden we het ongepast ten opzichte van de deskundige die zijn/haar vrije tijd ter beschikking stelt om onze bezoekers te helpen. Voor discussies is er het forum.</i>
Nu kom ik uit de GVK en behoor tot een zeer vooruitstrevende gemeente en daar voel ik me ook prima in thuis. Het mooie vind ik nu: je kunt uit verschillende kerken komen die liturgisch gezien weinig gelijkenissen hebben, maar toch ben je wezenlijk één in Christus. Dat doet ons er voor bewaren dat we vooroordelen hebben en negatief over elkaar denken.