Gevoelsmatige kant van de zaak
drs. E.J. (Els) van Dijk | 1 reactie | 07-04-2010| 11:38
Vraag
Bedankt voor de genomen moeite mijn vraag te beantwoorden. Ik zou het heel fijn vinden als mw. Van Dijk mijn vraag nogmaals zou kunnen/willen beantwoorden. Het gegeven antwoord is namelijk de 'theoretische' en 'theologische' reactie waar ik helaas niet om heb gevraagd. Ik ken deze antwoorden al en denk ook over deze dingen na. Met mijn eigen leven leiden bedoel ik niet dat ik God niet toelaat in mijn leven. Gelukkig weet ik dat Hij het is die mijn leven wil leiden! Het is zo dat ik tot voor kort alleen rekening hield met wat goed was voor anderen, wat anderen van mij dachten. Ik dacht niet aan mezelf. Ik heb geleerd (met therapie) dat dit niet goed is en probeer mijn gevoel toe te laten, ook in mijn geloofsleven. God zij dank mag ik weten een kind van Hem te zijn en weet ik dat het niet van mijn gevoel afhangt. U schreef: "Maar wat ik vaak bij 'evangelischen' merk is dat ze nog zo veel zelf doen. Het 'ik' staat zo vaak in het middelpunt, maar het gaat niet om 'ik'. En in het leven van elke dag kan er dan vaak veel bij door." Dit soort reacties vind ik zo jammer en niet waar! De verleiding is groot om het tegendeel te gaan bewijzen, maar dat heeft toch geen zin. Misschien is het heel naïef van mij om zo'n vraag als deze op Refoweb te stellen, sorry hiervoor. Nogmaals, het ging me om de gevoelsmatige kant van de zaak. Maar waarschijnlijk kan ik niet verlangen dat anderen (uit reformatorische hoek) meevoelen met zoiets. Het blijft lastig en het voelt zo eenzaam dat niemand het lijkt te begrijpen! Waar kan ik dan wel terecht met mijn vragen, verlangens, twijfels en onzekerheid? Veel vrienden, kennissen en dominees schieten zo snel in de verdediging of vatten het negatief op en dan voel ik me echt absoluut niet serieus genomen. Op deze manier blijft er haast niets anders over dan zelf (met mijn gezin) op zoek te gaan in andere gemeentes en God te vragen of Hij ook hierin ons leven wil leiden.
Antwoord
Beste mevrouw,
Voor de helderheid van de beantwoording ben ik eerst maar even terug gegaan naar uw oorspronkelijke vraag. Als ik deze analyseer, gaat het u volgens mij om de oneigenlijke keuze tussen gevoel en verstand als het gaat om het geloofsleven en het kerkelijk leven. U zegt het letterlijk zo: het is net of ik moet kiezen tussen verstand en gevoel. In de traditionele kerken staat het verstand meer centraal, zo lijkt het, en in de evangelische kerken meer het gevoel.
Laat ik beginnen met te zeggen dat het een oneigenlijke afweging is. Begrijp mij goed, dat vind ik niet van u, maar er kunnen eenzijdigheden in kerken en gemeentes sluipen waardoor een eenzijdige benadering ontstaat. Geloven is een zeker weten en een vast vertrouwen. Voor het één heb je wat meer je verstand nodig, voor het ander meer je hart. Maar deze twee kunnen beslist niet zonder elkaar! Ik kan ook twee andere bijbelse begrippen noemen die zo ongeveer hetzelfde uitdrukken: liefde en trouw. Die twee horen met elkaar in balans te zijn. Als er alleen maar trouw geldt in een huwelijk, ontstaat er een verstandshuwelijk en dat lijkt mij afschuwelijk. Als er voornamelijk liefde heerst zonder trouw, dan loop je grote risico's als het gevoel van liefde even weg is. Waarom zou je dan nog trouw zijn?
Dat geldt ook voor het geloofsleven. De Farizeeërs werden gekenmerkt door trouw en daar hadden zij een dagtaak aan. Jezus bestraft hen daarvoor en zegt heel stellig: gij huichelaars, gij reinigt alleen de buitenzijde van de beker maar van binnen zijn jullie vol roof en onmatigheid. Waar is de liefde, de toewijding, het verlangen?
Wij zijn dwaze mensen als we verstand en gevoel uit elkaar halen en het een belangrijker achten dan het andere. Geloof is geen activiteit van het verstand, of van het hart, of van de wil, of van een gevoel - het is de totale afstemming van de mens op God, zo las ik ergens. En dat is zo bijbels als wat. Luister maar: Gij zult de Heere uw God liefhebben, met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. Wat Ik u heden gebied zal in uw hart zijn.
Paulus benadrukt dat wij ons geheel en al moeten heiligen, zodat geheel onze geest, ziel en lichaam onberispelijk bewaard zullen worden. Het gaat dus om héél de mens. En dat zien we in de kerk niet altijd terug. Als je soms om je heen kijkt zie je mensen met bedrukte gezichten zingen: Juicht o volken juicht, handklapt en betuigt onze God uw vreugd. Wees tesaam verheugd! De blijdschap lijken we in de kerk niet zo gemakkelijk te kunnen, durven of willen uiten. Terwijl de kerk toch de plaats zou moeten zijn waar verloste kinderen van God hun blijdschap niet op kunnen! Je zegt tegen je geliefde toch ook niet met een somber gezicht dat je blij bent met hem?
In dit verband kwam ik een prachtig citaat tegen dat ik hier graag weergeef:
De vaste burcht van het christelijk geloof is de vreugde van God, niet de vreugde in God. Het is geweldig voor een mens om geloof te hebben in de vreugde van God, te weten dat niets het feit van de vreugde van God verandert. God heerst, regeert, en verheugt Zich. Zijn vreugde is onze sterkte. Het wonder van het christelijk leven is dat God iemand vreugde kan geven midden in de uitwendige ellende, een vreugde die hem de kracht geeft te werken totdat de ellende verwijderd is. Vreugde is anders dan geluk, want gelukkigheid hangt af van wat gelukt. Er zijn elementen in onze omstandigheden die wij niet kunnen helpen, vreugde is daar geheel onafhankelijk van.
Terug naar uw vraag. Moet u kiezen tussen gevoel en verstand? Alstublieft niet! Het zou onbijbels zijn. Het zou goed zijn als kerkelijke gemeenten beseffen dat het in de overgave aan God gaat om heel de mens en dat daarom in prediking en liturgie de diverse aspecten die ik noemde op gelijkwaardige wijze aandacht krijgen. Wat in elk geval de taak van elke geloofsgemeenschap is, is dat het verlangen naar God opgewekt wordt. Als geliefden niet meer naar elkaar verlangen, heeft een relatie geen toekomst meer. De Bijbel staat vol van Gods verlangen naar Zijn kinderen. Hij is de Vader die op de uitkijk staat. Maar we zullen Hem niet ontmoeten als wij niet verlangen naar Hem. Verlangen is een zaak van het hart. Als we geen hartelijk verlangen naar meer van Christus in ons leven hebben, zal onze godsdienst aan de buitenkant blijven en alleen een zaak van het verstand. Als we alleen maar op ons gevoel afgaan zullen we maar al te gemakkelijk instabiele christenen zijn die soms wel en dan weer niet 'voelen'. Het gaat dus om de balans.
Als u in uw gemeente een bepaalde eenzijdigheid constateert wat dit betreft, kunt u twee dingen doen: het goede voorbeeld geven door met geheel uw bestaan Gode toegewijd te zijn en vooral ook uw hart te laten spreken. Daarnaast is het mogelijk om bijvoorbeeld door het lezen van goede boeken en het luisteren van muziek op het gebied van geloofstoerusting zelf ook voor de balans te zorgen. Maar laat in elk geval het verlangen naar uw God en Vader niet verdoven. Pas als we verlangen, kunnen we groeien en ook van betekenis zijn voor de mensen die God aan ons toevertrouwt.
Hebreeuwse vroedvrouwen maakten baby's dorstig door hun vingers in een kom met gestampte dadels te dopen en die vervolgens in de mond van de baby te stoppen. Daardoor werden de baby's dorstig gemaakt om te drinken. De kerkelijke gemeente heeft de taak om gemeenteleden dorstig te maken naar het levende water. Ik hoop dat u daar rijkelijk van weet te drinken, zodat u uw eerste schuchtere “ja” steeds weer weet te bevestigen door oprecht het antwoord te mogen geven op Gods verlangen: “Ja Heere, U weet alle dingen. U weet dat ik u liefheb!” En ik hoop dat u daarin aanstekelijk bent voor andere gemeenteleden.
Drs. Els van Dijk
Dit artikel is beantwoord door
drs. E.J. (Els) van Dijk
- Geboortedatum:28-01-1956
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Veenendaal
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Voormalig directeur Evangelische Hogeschool. Nu begeleiding en advies.
Bekijk ook:
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
http://www.cgn.nl/