Uitleg Prediker 11
Ds. H. Paul | 1 reactie | 05-01-2010| 14:00
Vraag
Volgens mij is deze vraag nog niet eerder gesteld. Tijdens een persoonlijke bijbelstudie over Prediker kwam ik terecht bij Prediker 11:9 en 10. Met dr. G. Ch. Aalders, die een Korte Verklaring der Heilige Schrift schreef, lees ik vers 9 als volgt: “Die strekking kan niet zijn dat de jeugd het leven maar onbeperkt moet genieten, en dat zij zich maar moet 'uitleven', zoals men tegenwoordig zegt, maar men zal de eerste zindsneden veelmeer moeten verstaan als een zekere concessie: de jeugd mag wel vreugde scheppen in haar jonge jaren, ja zij mag tot op zekere hoogte haar wenschen volgen, maar - bij dat alles dient zij nimmer uit het oog te verliezen, dat zij eenmaal voor Gods rechterstoel zal komen te staan.” Als 18-jarige jongere vind ik dit zeker een duidelijke en aansprekende boodschap, die ook een waarschuwing inhoudt. Vers 10 lees ik, met dezelfde verklaarder (die ik hier niet citeer omdat dat teveel zou worden) een toelichting hierop. In de King James Vertaling begint vers 10 dan ook met “Therefore...”. De Kanttekenaars geven echter een andere verklaring. Het “Verblijd u, o jongeling! in uw jeugd, en laat uw hart zich vermaken in de dagen uwer jongelingschap, en wandel in de wegen uws harten, en in de aanschouwingen uwer ogen” wordt gezien als ironie, en het vervolg van het vers zou dan zijn “Alsof hij zeide: Gij zult daar wel ongaarne aankomen, maar God...” Het lijkt op zich wel op elkaar, maar begrijpt u waar ik het verschil zie? In de door mij genoemde verklaring wordt het verblijden en dergelijke niet afgekeurd, maar wordt er gezegd dat je dit op zo'n manier moet doen, dat je er verantwoording van af zou moeten kunnen leggen (“maar weet, dat God, om al deze dingen, u zal doen komen voor het gericht”). In de kanttekeningen echter wordt mijns inziens gesuggereerd dat Salomo dit ironisch bedoelt: dit zou dus totaal niet mogen, wat ben je slecht als je dit zou doen, maar wacht maar, eens zál je voor het gericht komen! Wellicht ligt het aan mijn interpretatie en zijn de kanttekeningen niet zo bedoeld. Toch wil ik vragen of er een Ger. Gem.-dominee is die begrijpt wat ik bedoel en tijd kan vrijmaken om mij uit te leggen hoe ik deze tekst nu moet lezen.
Antwoord
Beste vraagstel(ler)ster,
Het is een goede zaak zich in alles te laten leiden door wat Gods Woord ons voorhoudt. Het Woord is een eenheid. Het weerspreekt zichzelf nooit. Daarom is het goed de teksten in hun verband te lezen en Schrift met Schrift te vergelijken.
Het verband van de tekst wijst het feit, dat de jongelingen (= de jeugd) zich niet mag laten leiden door wat strijdig is met de hele Schrift. Terecht noemen de kanttekenaren Num. 15:39 erbij. Duidelijk is wat bedoeld wordt: de jeugd gaat spoedig voorbij. Dan mag men in die tijd genieten van wat in de jeugd gegeven wordt aan een goede en verantwoorde ontspanning. Maar alles blijft staan onder het toezicht van Gods Woord en Wet. Nooit kan en mag als verantwoord en toegestaan gezien worden, wat daarmee strijdt.
Het tweede gedeelte van de tekst is ook duidelijk en mag van het eerste niet losgemaakt worden.
Tenslotte is hfdstuk 12 ook een duidelijke prediking.
De verklaring van dr. Aalders getuigt eveneens van een juiste visie op de tekst.
Laat het gebed om de Heilige Geest bij de voortduur gebeden worden.
Hartelijke groeten,
Ds H. Paul
Dit artikel is beantwoord door
Ds. H. Paul
- Geboortedatum:16-07-1928
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Moerkapelle
- Status:Inactief