Herman Bavinck
drs. ing. P.L.D. Visser | Geen reacties | 30-12-2009| 11:30
Vraag
In een preek werd door een dominee het volgende gezegd: De bekende dogmaticus H. Bavinck lag op zijn sterfbed en hij gaf aan dat hij God niet kon ontmoeten. Het was bij hem alleen verstandswerk. Ik heb wel eens gehoord dat hij gezegd had: Herman Bavinck kan God met zijn dogmatiek niet ontmoeten. Maar is het zo dat hij meende onbekeerd te zijn, zoals die dominee suggereerde? Had hij geen enkele hoop op zijn sterfbed?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Beste vragensteller/vragenstelster,
Na wat speurwerk op het internet kwam ik de volgende informatie tegen over het levenseinde van dr. Herman Bavinck. Ik kan zonder verder onderzoek niet voor de betrouwbaarheid ervan instaan, maar het leek mij toch wel nuttig om twee citaten met bronvermelding door te geven:
Bavinck is één van de grootste theologen geweest van de tweede helft van de negentiende en de eerste decennia van de twintigste eeuw. Met name door zijn vierdelige dogmatiek is hij bekend geworden. Op zijn sterfbed zei hij het volgende: "Aan mijn geleerdheid heb ik nu niets meer; mijn dogmatiek baat mij ook niet meer; alleen het geloof maakt mij zalig."
(www.hersteldhervormdegemeentewaarder.nl/Kerkbode/20090319.pdf)
Een levensavond heeft Bavinck niet gekend. Opeens werd zijn kracht gebroken. Hij had zich naar Leeuwarden begeven om er de Synode der Gereformeerde Kerken bij te wonen (1920). Daar vertoonde hij sprekende teekenen van vermoeidheid. Op de huisreis werd hij onwel. Toen volgde de inzinking. Lang heeft zijn lijden geduurd. Soms kwam er even opflikkering van kracht, maar om spoedig weer te worden gedoofd. Hij, die heel zijn leven had gepeinsd, lag ook op zijn sterfbed te peinzen. Wat hem vooral bezig hield was het raadsel van den dood. Maar hiervan was hij zeker, dat hij de hemelsche heerlijkheid zou beërven. En tot de velen, die hem kwamen bezoeken, sprak hij van zijn verlangen om ontbonden te worden en met Christus te zijn. Den 29ste Juli 1921 ontsliep hij, die veel had gedacht, veel had gearbeid en veel had liefgehad. (www.dbnl.org/tekst/_jaa003192301_01/_jaa003192301_01_0020.htm)
Uit deze citaten blijkt dat Bavinck dus niet gezegd heeft dat het ‘verstandswerk’ bij hem was. Integendeel, hij moet aan veel mensen getuigd hebben van zijn verlangen en verwachting om bij Christus te zijn. Ik vermoed dat de dominee die je hoorde spreken over Bavinck het punt wilde maken dat niemand, ook geen groot theoloog, behouden wordt op grond van zijn prestaties zoals bijvoorbeeld een belangrijk dogmatisch werk. Het komt aan op het leven van genade, door het geloof.
Nog iets anders gaat door mijn hoofd bij het nadenken over je vraag: hoe belangrijk zijn iemands laatste woorden op het sterfbed eigenlijk? Natuurlijk, voor de nabestaanden hebben die een groot emotioneel gewicht. Maar zou het niet meer bijbels zijn om te letten op iemands leven in plaats van alle nadruk te leggen op iemands sterven? Aan de vruchten kent men de boom. Het sterven kan geestelijk donker zijn, maar uit het leven dat eraan vooraf ging zal blijken of iemand de Heere vreesde. Jacobus zegt het zo: het geloof zonder de werken is dood (2:26).
Met vriendelijke groet,
Ds. P.L.D. Visser,
legerpredikant
Dit artikel is beantwoord door
drs. ing. P.L.D. Visser
- Geboortedatum:29-07-1969
- Kerkelijke gezindte:Christelijk Gereformeerd
- Woon/standplaats:Ouderkerk a/d Amstel
- Status:Inactief