Nalaten zondagse diensten
Ds. M.A. Kuyt | 1 reactie | 29-06-2009| 09:06
Vraag
Ik voel mij erg schuldig en zondig. Ik las kort geleden in een kerkblad over het nalaten van de onderlinge bijeenkomsten. Een dominee had een artikel daarover geschreven. Het kan gebeuren dat ik zo'n vier of vijf zondagen achter elkaar niet in de kerk kom. Ook wel eens langer niet. Dit heeft ook te maken met een goede reden maar ook wel eens dat ik wel kon (dus geen goede reden), maar niet ging. Ik voel mij soms zo moedeloos en denk dan dat het voor mij niet meer kan. Als ik dan wel weer in de kerk kom, is het ook met vrees. Toch is het een wonder dat de Heere dan weer tot mij spreekt. Dat heb ik niet verdiend. Zo vol ongeloof en vrees. En dan zijn het de goedertierenheden des Heeren. Dan moet ik het uitroepen: O HEERE dat u naar zo'n een wil omzien. Ook schreef die dominee over het beluisteren van preken via internet. Dan doe ik elke zondag en ook veel doordeweeks. Is dit verkeerd? Ik weet ook dat er dominees zijn die er op tegen zijn. Als het kan luister ik elke dag. Als het weer Heilig Avondmaal is, dan zorg ik ervoor dat ik niet in de kerk ben. Dat was het pas bij ons in de kerk. Ik vind het vreselijk dat ik dit nu schrijf. Maar ik vind het maar beter dat ik er dan niet ben. Als ik de nodiging hoor voel ik mij zo ellendig. Dan voel ik dat ik er naar toe getrokken word en ik weet dat ik er nog (kerkrechtelijk) niet aan mag. Als ik er wel aan zou mogen, dan denk ik nu wel eens zou ik dat dan durven? En dan voel ik mij ook velen malen erger als Petrus. Dat ik de Heere heb verloochend. O, dan voel ik mij zo'n zondaar dat ik niet zou durven om aan de tafel des Heeren aan te gaan... en toch er al naar toe getrokken te worden. Daarom vind ik het zo moeilijk dat ik besloten heb om dan ook niet naar de kerk te gaan. Vaak in de binnenkamer heb ik zo'n strijd. Maar ook mag het met God alleen ook zo goed zijn. Ik vind het vaak ook zo moeilijk. Vooral mijn oude ik/natuur, mijn zondige bestaan. Elke keer opnieuw mijn zonden. Ik word er zo moedeloos en bedroefd van. Daarom bid ik vaak of de Heere mij maar weg wilt nemen. Mag ik dit wel bidden? Maar ik verlang zo om bij de Heere te zijn. Ik hoop ook echt dat het niet lang meer zou duren.
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Er worden heel wat zaken aangestipt in de vraag maar het draait vooral om het schuldgevoel tegenover de Heere en de beleving van eigen onwaardigheid. Je weet je aangetrokken tot de dienst des Heeren, er is verlangen in je ziel tot Hem Die leeft en aan onze zielen het leven geeft en anderzijds is er huiver, schroom en ben je moedeloos. Ondertussen blijf je in een cirkel ronddraaien en mijd je de kerkdiensten. Dit is geen goede ontwikkeling. En dat ben je je ook (gelukkig) bewust.
Het zal zeker waar zijn dat de Heere iets van Zijn aanwezigheid kan laten gevoelen buiten de erediensten om. Ook door diensten en preken door de week wil de Heere spreken. Maar dit mag niet ten koste gaan van de gewone weg van de regelmatige kerkgang. De Heere is niet gebonden maar Hij heeft ons wel gebonden aan de middelen. In de erediensten klinkt de volmacht van de prediking en worden ook de sacramenten bediend. Zo wil de Heere Zijn gemeente bouwen. Door Woord en Geest op de plaats waar de ambten samenkomen. Denk aan Thomas. Toen hij er de eerste keer niet bij was (door geldige of ongeldige redenen??) op de eerste Paasdag, kreeg hij in de week daarna geen apart bezoek van de Heere, maar moest hij wachten tot de volgende week. Op de dag des Heeren verscheen de opgestane Christus aan Zijn bedroefde discipel. En mocht hij het uitroepen: Mijn Heere en mijn God! Vermijd daarom de diensten niet. Maar wees juist daar, waar Christus met zondaren wil wonen.
Ga de confrontatie niet uit de weg. Ook niet bij het Heilig Avondmaal. Want juist daar waar we onszelf tegenkomen (en tegenvallen) vanwege onze hardigheid en schuld, daar schittert de genade Gods in Christus voor verloren zondaren. Als je niet naar de kerk gaat, zo schrijf je, is er veel strijd. Maar is dit de echte strijd van het geloof of is het de boze die in je woelt en die je bestookt? Door niet naar de plaats te gaan waar de Heere wil wonen en werken, verzoeken wij de Heere. En geven wij de boze de wapens in handen om ons aan te vallen en ons verkeerde gedachten in te blazen. De boze heeft heel wat pijlen op zijn boog. Hij kan met alle gemak je een aantal zaken voor de voeten werpen waarin je schuldig staat voor God. En hij heeft nog gelijk ook: je geeft de boze teveel ruimte door slordig met de dienst van God om te gaan. In de erediensten wordt God aangeroepen en wordt de zegen meegegeven. Daar kan de boze niet tegen op. Daarvoor moet hij op de loop. Daarom moet je op die plek zijn waar God woont onder de lofzangen Israels. Alleen achter het schild des geloofs worden de vurige pijlen van de boze uitgeblust!!
Om de draad op te pakken moet je proberen iemand te vinden die met je meegaat naar de kerk. Je hebt mijns inziens te weinig omgang met andere mensen. Je denkt te individualistisch en je leeft teveel op jezelf. De kerk wordt beschreven onder het beeld van een lichaam met vele leden. Die dragen zorg voor elkaar. In zwakheid en nood. Maar ook in vreugdevolle dagen. Maak iemand die je vertrouwt deelgenoot van je worsteling en je strijd en vraag of deze voor je bidt. En of hij of zij je wil stimuleren om je plek in de kerk in te nemen. En als je ontbreekt, spreek je af, dat deze persoon je later daarop aanspreekt. Het is niet voor niets dat de Catechismus in Zondag 39 -als ons leerboek spreekt over het Vierde Gebod- het zo verwoordt: “dat ik naarstig tot de gemeente Gods kome”, enz. Let op het woordje “naarstig”. Maar ook op de omschrijving: “de gemeente Gods”. We gaan niet eventjes naar de kerk. We gaan naar de gemeente Gods! We zijn leden van dat ene lichaam! We hebben de gemeenschap der kerk nodig om Gods Woord te horen. Anders vereenzamen we en worden we teveel op onszelf teruggeworpen. De Heere Jezus zond Zijn discipelen twee bij twee uit. En Kleopas ging samen met een (onbekende) tweede op weg naar Emmaus. En zegt de Spreukendichter niet: twee zijn beter dan één? Valt de één, de ander richt hem op. Zoek zo de gemeenschap van de kerk rondom de erediensten. In die weg zal de Heere Zijn Zegen geven. Want Hij spreekt gewis tot elk die voor Hem leeft!
De zonden-strijd wordt niet minder door onze kerkgang op zichzelf. En ook niet door ons bidden, zuchten en strijden. We hebben het bloed van Jezus Christus nodig. Dat reinigt van alle zonde. Dat bevrijdt ons uit de boeien en de banden, waarin de satan ons beknelt. Ook onze oude natuur raken we niet kwijt. Die kan alleen gekruisigd worden in de omgang met Christus. Zodat we met Paulus leren zeggen: ik ben dood voor de zonde en levend voor God (Rom. 6:11). De zonde is dus nooit dood. Maar de christen die met Christus gestorven is en opgestaan is wel degelijk dood voor de zonde. In het nochtans van het ware geloof! Dat leert de Heilige Geest.
De Heere bidden om Hij ons wil wegnemen is zondig als we niet weten of we verzoend zijn met God en of we nog een taak hebben op deze aarde. Wie verlangt bij de Heere te zijn, heeft ook Zijn dag, Zijn dienst en Zijn volk lief. Die mag het zingen: hoe lieflijk hoe vol heilgenot, o HEER der legerscharen God zijn mij Uw huis en tempelzangen. Het één kan niet zonder het ander. Zou je niet voor de Heere willen leven op aarde? En voor Zijn Naam uitkomen?
Leg het alles maar aan de Heere voor. Zoek raad bij anderen. En zet je treden in Gods spoor. En blijf bidden: “maak in Uw Woord mijn gang en treden vast.” Wij, die tot hinken en tot zinken ieder ogenblik gereed zijn en in onszelf niets bezitten dat Gode aangenaam is, mogen komen zoals we zijn. Dan blijven we niet, wie we zijn. Dat is waar. Wie gerechtvaardigd is, is ook geheiligd. En wordt geheiligd. Dan is het ons verlangen geworden om in alles de Heere te dienen.
Hopelijk krijg je iemand naast je die het telkens weer tegen je zegt als de kerkklokken luiden: kom ga met ons, en doe als wij!! Strijd zo de goede strijd van het geloof!
Hartelijke groeten en zegenbede,
Ds. M. A. Kuijt, Huizen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M.A. Kuyt
- Geboortedatum:17-04-1957
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Wijk en Aalburg
- Status:Inactief
Dit panellid heeft meerdere artikelen geschreven
Ik denk persoonlijk dat het goed is als je een geestelijke broer of zus naast je heb, die al wat langer de wandel met de Heere kent, die je aan de hand neemt en leidt.