Gesneden beelden
Ds. A.A. Brugge | Geen reacties | 16-06-2009| 10:06
Vraag
Probleem: Gij zult u geen gesneden beeld maken, enz. Dat je geen gesneden beeld mag maken van hetgeen in de hemel is, daar heb ik geen moeite mee, want ik weet niet hoe ik dat zou moeten doen. Dat ik geen gesneden beeld mag maken van hetgeen in de wateren onder de aarde is, vind ik te aanvaarden, want er zijn geen wateren onder de aarde waar dieren in leven. Dus daar kun je geen beeld van maken. Onbegrijpelijk vind ik dat de Heere dat zelf zegt in de Tien Geboden. Hij wist en weet toch wel dat de aarde rond is en dat er geen water is waarin enge beesten huizen? Maar ook mogen wij geen gesneden beelen maken van enige gestalte die onder op de aarde is. Nog nooit heb ik vanaf de kansel horen oproepen om beelden te boycotten of daar tegen te zijn. Het maken en neerzetten van beelden is door ons algemeen volledig geaccepteerd. Hoe kan dat en hoe zit dat nou precies?
Antwoord
De bedoeling van het tweede gebod is het verbod om de Heere te dienen door middel van beelden. Toen Aäron een gouden kalf maakte, was dat niet een afgod in de zin zoals Baäl een afgod is, maar om door middel van het gouden kalf, God te eren en te dienen. Ook koning Jerobeam I die in Dan en Bethel tempels maakte met gouden kalveren, wilder in eerste instantie daardoor de God van Israël dienen. Overigens is in later tijd de stap naar het afgodendom van de heidenen daarmee gemaakt.
Als Ex. 20 noemt “boven in de hemel”, bedoelt dat dus heel eenvoudig, dat men door middel van vogels God niet mag dien. “Beneden de aarde”, bedoeld wordt feitelijk op de aarde, strekt zich dus uit naar landdieren, of bomen en planten. “Uit de wateren onder de aarde” ziet op zeedieren, zoals vissen.
Waarom mag de Heere niet worden afgebeeld? Omdat de Heere in Zijn almacht, alomtegenwoordigheid en eeuwigheid als Schepsel niet mag worden verbonden aan een schepsel. Dat kleineert Wie God eigenlijk is. Bovendien mag de mens God binden aan een beeld, en menen Hem daarmee te eren? God is een Geest, zo verheven en heilig, dat het oneerbiedig is Hem in een beeld te vereren.
De Heere kunnen we alleen kennen door Zijn Woord, daarom noemt ook Zondag 35 van de Heidelbergse Catechismus, die het tweede gebod behandeld, dat de Heere niet door plaatjes of beelden wil onderwijzen, maar door de levende verkondiging van Zijn Woord (antw. 98).
Moeten we nu tegen alle beelden zijn. Nee, mits we maar niet denken door middel van beelden God te dienen. Persoonlijk houd ik van kunst, onder andere ook beeldhouwkunst. Die kunst heeft de Heere ook willen gebruiken, onder andere door Bezaleël en Aholiab te begiftigen met gaven om de tabernakel in te richten.
Ds. A. A. Brugge
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A.A. Brugge
- Geboortedatum:18-01-1966
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Doetinchem
- Status:Inactief