Luther en de doop
Ds. A. Simons | Geen reacties | 31-12-2008| 00:00
Vraag
Aan ds. Simons. Hoe moet ik de doop zien uit de preek van Romeinen 3:28? Welke troost vond Luther in de doop, want die troostte hem toch heel erg? Dat had hij toch op de wand geschreven? Weet u waarom? Wat mag ik met mijn doop? Wat deed Luther met zijn doop?
Antwoord
Luther schrijft in zijn kleine Catechismus over de doop: “Het betekent dat onze oude Adam met al zijn boze lusten en daden dagelijks sterven en dagelijks opstaat in een nieuw leven.” Ook kom je bij Luther sterk tegen dat de doop een teken en zegel is van Gods belofte. Al zou hemel en aarde vergaan, Gods belofte blijft ongedeerd. Geen zonde, zegt Luther, kan ons verdoemen behalve het ongeloof. Het geloof wat de toevlucht neemt tot Gods onbedrieglijke belofte, ziet alle zonden in Christus verslonden. Deze belijdenis geeft aanvechting en strijd. Luther zegt: “de doop is een burcht tegen alle aanvechtingen” Soms denken we dat de Heere ver is en vreemd, onwillig om ons te horen of te helpen. Volgens Luther mogen we dan zeggen: “Heere God, U beloofde me dit in Uw Woord. U verandert uw belofte niet. Ik ben gedoopt, ik ben een door U verloste.” Ook schijnt Luther gezegd te hebben, in zijn grootste aanvechting; “Duivel ga weg, ik ben gedoopt.”
Je vraagt wat voor troost had Luther uit zijn doop? Het is duidelijk dat de doop voor Luther een teken en zegel is op de betrouwbaarheid van het Woord. Waar ligt de troost van Gods kind? In het Woord. Zo hangt de zondaar aan de nek van het Woord; Ik laat U niet los tenzij dat Gij mij zegent (Gen. 32). Over troost gesproken: de troost ligt in het Woord. Nee, niet in jouw en mijn werken. Daar ligt de dood. Het leven ligt in de belofte van het Evangelie.
Je schrijft; wat mag ik met mijn doop? Hetzelfde als met de belofte van het Woord. Rusten op het Woord. Je verlaten als een zondares op je doop. Nee, niet op iets van jezelf. Als is het nog zo vroom. Acht het schadelijk en drek, ook je doop (Filipensen 3). Je doop op zichzelf redt je niet, integendeel. Het geloof in de doop, het geloof in het Woord, het geloof in Hem redt mij van de eeuwige dood. Kom, laten we ons buigen, buigen bij de kribbe. Kom, laten we dat Kind bewonderen, omhelzen. Kom, vriend/vriendin kus de Zoon opdat Hij niet op u toorne (Ps. 2).
Misschien zeg je wat moet ik doen? Wil je zo graag wat doen? Kom, laat je dan zaligen. Kom, laat dan alles los en verlaat je op Hem die onderging en opstond opdat wij niet eeuwig zouden omkomen. God zegene je
Ds. A. Simons, Vinkeveen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A. Simons
- Geboortedatum:07-05-1958
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Valburg-Homoet
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Bekijk ook: