Wanneer kan en mag en durf ik nu te zeggen: niet alleen voor anderen maar ook vo...
Ds. J. van Rossem | Geen reacties | 10-12-2008| 00:00
Vraag
Wanneer kan en mag en durf ik nu te zeggen: niet alleen voor anderen maar ook voor mij (HC over waar geloof)?
Antwoord
Hartelijk dank voor je vraag. Dan kunnen we bij die vraag ook de vraag toevoegen: Wanneer mag ik weten een kind van de Heere te zijn? En: wanneer mag ik weten dat de Heere Jezus voor mij gestorven is? En daarbij nog een vraag: kan ik dat zeker weten? Ja, dat kan!
In diepste wezen is het geloof een gave van de Heilige Geest en als zodanig vrucht van wedergeboorte. We kunnen elkaar het geloof niet geven. Dat is ook niet erg: het zou een gebrekkig geloof zijn met verkeerde elementen (tevredenheid over mezelf!) en daarom geen geloof zijn. Elk geloof, hoe klein ook, heeft altijd zuiverheid en heerlijkheid in zich. Hoe meer geloof, hoe groter de volkomenheid van het geloof als een werk van de Heere zal zijn.
Waar begint het geloof? Als ik me zondig weet van de Heere en het recht beaamt dat de Heere mij mag verwerpen. Van nature heb ik dat niet. Rechte tranen over de zonde zijn een werk van de Heilige Geest. Ik krijg dan de Heere Jezus nodig, omdat er in mijn hart voor Hem plaats gemaakt is. En ik heb eerder geen rust voordat Gods Geest Hem in mijn hart heeft neergelegd in al Zijn schoonheid en heerlijkheid. Geloven is iets wat je niet zomaar doet en niet uit jezelf doet. Een zondaar moet in het geloof vluchten tot Christus omdat hij beseft en beleeft dat er buiten Hem geen leven en geen zaligheid is. Rust nog duur wordt gevonden dan alleen in Jezus’ wonden. Weet dat het geloof begint bij het missen van de Heere, dan gaat het naar het zoeken van de Heere Jezus en uiteindelijk komt het uit bij het vinden van de Heere Jezus. Dat geeft vreugde en verwondering. Dan moeten we al ons verzet tegen de Heere en de weg nar de zaligheid opgeven.
Nu gaat het erom dat we leren geloven dat God ons alle zonden, op grond van het offer van de Heere Jezus Christus vergeven heeft. Dat betekent ook dat we geen woord over onszelf kunnen horen en dat we ons steeds weer opnieuw moeten tegenvallen over elke zonde die we doen. Dit alles opdat we het niet van onze hoedanigheden zouden verwachten, maar van Hem alleen.
Geloof heeft ook alles te maken met zelfonderzoek. Velen willen van zelfonderzoek niet weten. Waarom toch? Juist in het zelfonderzoek houd ik het geloof over en verdwijnt alle schijngeloof.
Er is eigenlijk maar een manier om deel te krijgen aan de geloofstroost van het Evangelie: en dat is om je schuld te erkennen en zo te mogen opzien naar de Heere Jezus als het Lam Gods Wie door eigen werken wil zalig worden heeft geen geloof en vindt in Gods Woord geen troost. Gebruik wel de middelen waarlangs de Heere het geloof geeft: het zijn de middelen van Woord en Geest. Wie met het hart om geloof verlegen is, is veel bij open Bijbel. En die is naast die Bijbel veel op de knieën met het gebed. Die liefde van de Heere Jezus in het hart kreeg uitgestort, die ervaart steeds opnieuw dat Gods Woord ook waar is in het hart. Dan komt er een verwondering die sprakeloos maakt...
Geloof is eigenlijk als verliefd zijn: je weet niet hoe je er aan komt, je begrijpt niet hoe je het hebt, en je kunt de liefde niet weg krijgen. Dan zie je geen enkele schoonheid in wat jij doet, maar wat de Heere Jezus voor je en in je gedaan heeft.
Ik wens je veel geloof toe. Omdat het een gave van de Heere is kan het nog. Niemand is te slecht om geloof te ontvangen, maar weet zich wel te slecht, en toch kreeg zo het geloof. Mag het maar van Hem alleen verwachten..
Ik wens je de zegen van de Heere toe.Hij geeft en versterkt het geloof. Niet om iets in ons. Maar om alles in Hem.
Ds. J. van Rossem
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J. van Rossem
- Geboortedatum:04-03-1945
- Kerkelijke gezindte:Hersteld Hervormd
- Status:Inactief