Hoe vaak moest men in de oudtestamentische tijd persoonlijk (dus naast het offer...
Ds. A. van Vuuren | Geen reacties | 03-12-2008| 00:00
Vraag
Hoe vaak moest men in de oudtestamentische tijd persoonlijk (dus naast het offer voor het hele volk op de Grote Verzoendag) offeren als men gezondigd had? En was dit alleen voor zonden die openbaar kwamen of ook voor andere zonden? Je zou toch denken dat dan je hele kudde (schapen/andere dieren) uitsterft, want je zondigt dagelijks! Hoe zit dat precies?
De zorgverzekeringen van Care4Life
Waarom overstappen naar de Care4Life zorgverzekering? Lees hier over onze principiële uitsluitingen.
U bent al verzekerd vanaf € 149,10 per maand.
Antwoord
Beste vraagsteller.
Je vraag rond de offerdienst is een interessante aangezien die dienst een zichtbare heenwijzing is naar de betekenis van het offer van Jezus tot verzoening van de zonden. Zeker in onze tijd waarin de mensen zo visueel ingesteld zijn is het goed elkaar te wijzen op de schitterende symboliek in de offerdienst van het Oude Testament. Je daarin verdiepen leidt onder Gods zegen tot verdieping van het geloofsleven. Ook al is die offerdienst in Christus' komst en verlossingswerk vervuld, wij kunnen er gebruik van maken "om ons in het Evangelie te bevestigen en ons leven daarnaar te reguleren" (artikel 25 Ned. Geloofsbelijdenis).
Met name de eerste zeven hoofdstukken van Leviticus bieden veel gegevens over de verschillende soorten offers en hun betekenis. Lees die eens rustig door. Het is heel leerzaam om die verschillende betekenissen van de offers na te gaan! Dan blijkt dat het niet alleen om zond- en schuldoffers gaat, maar ook om dank- en lofoffers. Dat leert ons dat het schuldbelijden in het christenleven weliswaar een wezenlijk en onmisbaar aspect is, maar dat het ook gaat om een leven met de Heere, een leven van toewijding aan God, een leven van lof en dank!
Jouw vraag betreft echter de hoeveelheid offers: Sterft dan niet de hele kudde uit,gezien de vele zond- en schuldoffers die nodig waren? Nodig voor zowel bewust begane zonden als voor onbewust begane overtredingen die je pas achteraf beseft. En dat zijn er nogal wat, in een mensenleven al. Ik denk aan die oude man, die met tranen in zijn ogen sprak: "Ik heb al tachtig jaar gezondigd, dag in dag uit. Mijn zonden ik kan ze niet meer tellen." Bewustwording van je schuld en schuldbelijdenis van je openbare en verborgen verkeerdheden zijn dus nodig. Zo een kon destijds met een schaap of koe naar de priester gaan. Voor het offer werd gebracht moest de berouwvolle zondaar zijn hand drukken op de kop van het dier. Ten teken dat hij zijn schuld overdroeg en dat hij geloofde dat het offerdier de zonden (symbolisch) zou wegdragen. Wat een opluchting, wat een bevrijding moet dat de offeraar hebben gegeven, telkens weer. De vraag is natuurlijk of die bewustwording altijd zo sterk was onder de Israëlieten. Zo niet dan zal het met het aantal dierenoffers wel zijn meegevallen. Bovendien moet je bedenken dat indien mensen de kosten voor een schaap of rund niet konden opbrengen er een ander soort offer mocht worden gebracht. Vogels of graan bijvoorbeeld. Inderdaad was er bij bijzonder gelegenheden sprake van een grote hoeveelheid dierenoffers, maar als we de oudheidkundige bronnen mogen geloven was het aantal slachtoffers onder Israël vele malen lager dan bij de omringende heidense volkeren.
Kortom, uit de Bijbel valt niet af te lezen dat de grote hoeveelheid dierenoffers een bedreiging vormde voor het voortbestaan van de veestapel. Je krijgt veeleer de indruk dat dat niet het geval was. Belangrijker is echter de vraag: leven we van het offer van het Lam van God, geslacht tot verzoening van de zonde, namelijk Jezus Christus? Is het ook jouw belijdenis: "Ik zal mijn hand op Jezus leggen, amen op zijn offer zeggen" Al zou de hele veestapel onder Israël zijn opgeofferd, het zou geen enkele zondaar redden. Wie berouw heeft kan slechts rust en houvast vinden in dat enige unieke offer van dat ene geslachte Lam, Jezus offer aan het kruis. "Met een offerande heeft Hij in eeuwigheid volmaakt degenen die geheiligd worden"(Hebreen 10:14).
Hoe vaak en hoeveel er onder Oud-Israël werd geofferd, ik kan er de vinger niet achter krijgen. Hopelijk is mijn antwoord toch een vingerwijzing voor je. Zoals de lange wijsvinger waarmee Grunewald Johannes de Doper afbeeldde op het Isenheimer altaar, wijzend naar de Heere Jezus: Zie het Lam van God dat de zonde der wereld wegdraagt.
Ds. A. van Vuuren
Dit artikel is beantwoord door
Ds. A. van Vuuren
- Geboortedatum:02-11-1948
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Capelle a/d IJssel
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus-predikant