Aanbod van genade (niet) voor iedereen
Ds. H. Paul | Geen reacties | 15-11-2008| 00:00
Vraag
Is het aanbod van genade nu wel of niet voor iedereen? En hoe zit het dan met de uitverkiezing? Door mijn Ger. Gem.-achtergrond weet ik niet beter, maar de laatste tijd spreek ik veel anderen over dit onderwerp, die dat helemaal niet onderschrijven. God heeft toch al van eeuwigheid besloten wie er bij Zijn kerk zal horen? Dus al zouden we ons hele hart aan God kunnen geven, en God heeft besloten dat wij niet uitverkoren zijn, dan heeft dat toch geen zin?
Antwoord
Beste vraagstel(ler)ster,
Je stelt mij een vraag, die mij bijzonder raakt. Deze vraag bewijst dat je aan het redeneren een beslissende betekenis toekent. Maar vergeet niet dat ons vermogen om te redeneren en concluderen door de zonde is aangetast en even diep gevallen is als wij zelf. Wat ons alleen te doen staat is onze gedachten gevangen te geven aan Gods Woord en aan onze belijdenis. Die hebben het laatste woord.
Het is ons niet gegeven om vanuit de uitverkiezing te redeneren. We lezen in Joh. 6:32b: “Mijn Vader geeft u het ware Brood uit de hemel.” Daarvan zegt Calvijn: Nu wordt u dat ware Brood aangeboden. De Heere Jezus zegt dat tot de ongelovige Joden. Denk ook aan 2 Kor. 5:20, waarin Paulus welmenend roept en nodigt. De tranen van de Heere Jezus waren oprecht als hij de onbekeerlijkheid van Jeruzalem beweent. Hij heeft de inwoners bijeen willen vergaderen maar zij hebben niet gewild.
Laten we onze belijdenis gehoor geven. Daarin lezen we b.v. in de DL hfdst. II, art. 5 van de beloften van het evangelie die alle mensen moeten worden verkondigd met bevel van geloof en bekering. In hfdst. III en IV art. 8 en 9 wordt nadrukkelijk gewezen op het aanbod van genade, dat tot ieder komt. Christus Zelf wordt in het Evangelie ieder aangeboden. Lees het maar goed na en vraag de Heere om te leren buigen voor Zijn Woord.
Ik kan met niet onttrekken aan de gedachten dat velen met hun redeneren zich aan de klem van het Woord willen onttrekken. Dan is men slachtoffer van de val en geen schuldige zondaar, die Gods welmenende roepstemmen versmaadt om eigen leven te kunnen leiden. Ik hoop dat ieder die zich met eigen redeneringen op de been houdt op de plaats komt waar Asaf met zijn redeneren terecht kwam: als een zondaar voor God. In het eindgericht zullen we ons er niet mee op de been kunnen houden, maar zal ons gericht er zwaarder door zijn. Daar beware de Heere voor. Houd het maar bij het Woord: " Doe uw mond wijd open en Ik zal hem vervullen."
Hartelijk gegroet,
Ds. H. Paul
Dit artikel is beantwoord door
Ds. H. Paul
- Geboortedatum:16-07-1928
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Moerkapelle
- Status:Inactief