Lijn in Jezus’ optreden
Ds. M.A. Kuyt | Geen reacties | 07-10-2008| 00:00
Vraag
Ik zie een bepaalde lijn in Jezus’ optreden onder de mensen, als beschreven in de evangeliën. Eerst doet Hij veel wonderen en predikt Hij het Koninkrijk. Daarna gaat Hij wat meer in gelijkenissen spreken, in bedekte termen (omdat de Farizeeërs Hem zoeken te doden?). Uiteindelijk spreekt Hij vrijuit, zoals Hij nog nooit heeft gedaan; zowel tegen de discipelen, als tegen Pilatus, en in aanwezigheid van het Sanhedrin. Klopt deze lijn die ik zie? Kunt u mij hier iets meer over vertellen?
Antwoord
Er is inderdaad een bepaalde lijn te ontdekken in het optreden van de Heere Jezus. Na Zijn doop in de Jordaan wordt door Johannes maar ook door Jezus Zelf alom verkondigd dat het Koninkrijk der hemelen nabij gekomen is in de Persoon van Jezus Zelf. Hij is het Lam Gods dat de zonde der wereld wegneemt. Dit komen van God naar ons mensen toe in Jezus Christus wordt onderstreept door wonderen en tekenen: de Messias is daadwerkelijk op aarde gekomen. De profetieën aangaande het koninkrijk Gods gaan nu in vervulling. Later zien we dat Jezus meer in gelijkenissen gaat spreken. Dit gebeurt op het moment dat er misverstand gaat rijzen over Zijn prediking. Sommigen leggen de wonderen op een verkeerde manier uit. Zij zien op de broden en verstaan niet dat Jezus het Brood Gods is. Zij willen Hem tot Koning uitroepen. Koning zonder Kruis! Zij duiden Zijn woorden verkeerd. De gelijkenissen willen in “bedekte termen” aangeven Wie Jezus is. In Mattheus 13 lezen we dat zij die geloven dat Jezus de Messias is door de tekenen en wonderen in hun geloof worden bevestigd (vs.10-17). Degenen die Hem niet aanvaarden als de Messias raken daarentegen “verblind” door de gelijkenissen. Zij zien het niet. Ze denken dat ze het begrepen hebben maar zij tasten mis. Zij bekeren zich niet maar hebben genoeg aan het verhaal. De gelijkenissen zijn daarom geen “mooie verhalen” (en zeker geen “verhaaltjes”) maar onthullen dat het oordeel van God over een ongelovig en onbekeerlijk geslacht gaat. Tevens verwijzen ze naar het Koninkrijk dat aanstaande is en er anders uitziet dan wij mensen denken.
Jezus verbiedt op zeker moment zowel de duivelen om Zijn Naam bekend te maken (zie Marcus 1:34) als ook Zijn discipelen (Matth.16:20). De tijd is nog niet rijp om Hem te verkondigen als de Gekruisigde. De duivelen zijn niet de geschikte boodschappers en de discipelen zijn er niet klaar voor om het Evangelie in al zijn rijkdom te verkondigen. Pas na Pasen en Pinksteren zal duidelijk worden dat de Messias alzo moest lijden zoals de Schriften daarvan getuigen. De Messias is de Gekruisigde, de lijdende Knecht des Heeren. Rondom Jezus blijft een zeker “geheim” hangen vóór Zijn kruisiging. Niet omdat Jezus gezwegen zou hebben over Zijn messiasschap maar omdat Zijn messiasschap door de mensen (en door Zijn discipelen!) verkeerd geduid wordt.
Er zijn theologen die de mening zijn toegedaan dat Jezus gezwegen zou hebben over Zijn messiasschap. De evangelisten zouden Hem dat in de mond gelegd hebben ("das Messiasgeheimnis"). De Schrift geeft geen aanleiding om zo te denken. Jezus weet dat Hij de Messias is. Hij verbergt dat niet maar komt daar openlijk voor uit. Als Hij het Zijn discipelen verbiedt om erover te spreken is dat niet omdat Hij eraan twijfelt dat Hij de Messias is maar omdat de tijd nog niet rijp is om de diepe heilsbetekenis van Zijn Persoon uit te stallen. Na Pasen en Pinksteren zal het voor de discipelen duidelijk worden dat Hij het is van Wie de profeten gesproken hebben. Dan klinkt de boodschap vrijuit. Door de Geest van Pinksteren.
Over de zogenaamde “geheimhouding” van Jezus' messias-zijn schrijft o.a. dr. J. van Bruggen in “Het evangelie van Gods Zoon. Persoon en leer van Jezus volgens de vier evangelieën”, Commentaar op het Nieuwe Testament, Derde Serie, blz.123
Ds. M. A. Kuijt, Huizen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M.A. Kuyt
- Geboortedatum:17-04-1957
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Wijk en Aalburg
- Status:Inactief