(...) als een kind geboren wordt begint het met schreien (wenen), zo is het ook ...
Ds. C. Harinck | Geen reacties | 18-09-2008| 00:00
Vraag
Graag zou ik een vraag stellen aan ds. C. Harinck. Verschillende keren heb ik vooral in Oud Gereformeerde-prediking en Gereformeerde Gemeente in Nederland (alsmede in mijn eigen kerkgenootschap, Gereformeerde Gemeente) de volgende uitspraak gehoord: als een kind geboren wordt begint het met schreien (wenen), zo is het ook in de wedergeboorte, het begint met schreien. Nu heb ik hierover twee vragen: 1. Is dit altijd het geval, werkt de Heilige Geest altijd zo? Of met andere woorden: Gaat het altijd gepaard met fysieke tranen, hevige emoties? Brakel onderscheidt namelijk verschillende wijzen van wedergeboorte, waaronder mensen die “zonder veel hoogten en diepten” worden bekeerd. 2. Mijn tweede vraag richt zich op het volgende: naarmate een kind opgroeit en volwassen wordt, zal het minder huilen. Dient dit beeld ook bij een kind van God doorgetrokken worden? Wel minder zonden doen, en groter zondaar worden, maar de emotie wordt minder?
De zorgverzekeringen van Care4Life
De zorgverzekeringen van Care4Life stellen de beschermwaardigheid van het leven voorop. Benieuwd hoe?
Antwoord
Er worden in de preek soms beelden gebruikt. Het beeld van het schreiende kind is er één van. Of het zo'n gelukkig beeld is, laat ik hier rusten. Ieder wedergeborene zal inderdaad met David zeggen:"Gelijk een hert schreeuwt naar de waterstromen, alzo dorst mijn ziel naar God". De zondaar wordt ook bedroefd over zijn zonden. Deze zaken gaan niet buiten de emotie om en kan zich tonen in tranen en ontroering. Maar we moeten wel bedenken dat de boetvaardigheid in de eerste plaats een zaak is van het hart. In het verborgen moeten we vasten en treuren. Niet om van mensen gezien te worden.
De bekering is bij de één emotioneler dan bij de ander. Het karakter speelt hier een rol. De Heere leidt dit wel in rustiger wateren. Dan rust alles niet meer zo op ons gevoel. Maar de zonde blijft ons smarten en het onvolmaakte verootmoedigen. Maar waar in het begin van de bekering de vraag was: wat voel ik van Gods genade? Daar is na opwas en oefening meer de vaste zekerheid: De Heere zal het voor mij volenden. Christus moet onze grond van betrouwen worden en blijven.
Tot zover mijn antwoord.
Ds. C. Harinck
Dit artikel is beantwoord door
Ds. C. Harinck
- Geboortedatum:09-04-1933
- Kerkelijke gezindte:Gereformeerde Gemeenten
- Woon/standplaats:Kapelle
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus
Bekijk ook: