De leer van Kohlbrugge
Ds. W.G. Hulsman | Geen reacties | 10-07-2008| 00:00
Vraag
Kan iemand mij de essentie van de leer van Kohlbrugge geven, waarin deze leer afwijkt en of zijn leer zuiver is?
Antwoord
H .F. Kohlbrugge leefde van 1802 tot 1875. In zijn dagen was hij een verketterde en uitgebannen theoloog, die in geen enkel kerkverband paste, en die tenslotte een gemeente buiten ons land vond: Elberfeld. Toch wordt hij nu door velen beschouwd als één van de grote Nederlandse theologen. Hoe is dat zo gekomen?
Kohlbrugge bracht een boodschap die haaks stond op zijn tijd. Er werd in die dagen veel gesproken over het goede waartoe de mens in staat was. Het begrip “deugd” scoorde hoog. De mens met al zijn goedheid en braafheid stond centraal. Daartegenover bracht Kohlgrugge een radicale boodschap van zonde en genade. Hij liet van de mens, ook van de gelovige mens, niets heel. Ook een wedergeboren mens is vleselijk. Het goede leeft niet in ons. De enige die ons behouden kan is Christus. Met al zijn radicaliteit predikte Kohlbrugge dan ook Christus en liet zien dat al ons heil in Hem ligt. En ook dat we alleen door het geloof deel krijgen aan Christus.
Kohlbrugge is zondermeer een reformatorisch theoloog, Hij heeft juist velen aangesproken, die in zichzelf maar geen goeds konden vinden. En die vastliepen met een wedergeboorte-theologie, waarbij de mens langzamerhand op een voetstuk kwam te staan. De boodschap van Kohlbrugge wordt dan juist als bevrijdend ervaren.
Dit wordt echter niet door iedereen zo gezien. Er worden vragen gesteld over zijn prediking. Er zijn er ook die niet zo positief tegenover hem staan. Waarschijnlijk heb je daarmee te maken gehad. Vandaar dat je zonder meer er al van uit gaat dat zijn leer afwijkt en dat die niet zuiver is.
Is er dan geen reden toe om kritisch tegenover hem te staan? Belangrijk is dat we hem zien tegen de achtergrond van zijn tijd. En dan zie je dat hij een profeet was. Hij durfde alleen te staan.
Toch is het wel goed om even na te denkien over één van de vragen die er aan hem gesteld worden. Dat is: Hoe zit het met de heiliging bij Kohlbrugge? Komt die wel voldoende uit de verf? Laat hij die niet teveel liggen? Kohlbrugge laat zien dat alleen Christus de Bron is van het nieuwe leven. De wandel in Gods geboden is niet ten dele Gods werk en ten dele mensen werk, maar geheel Gods werk. Door Christus gaan we leven naar Gods geboden, maar dan ook alléén door Hem.
Op die wijze krijg je geen bekeerde mensen die wat zijn met hun vroomheid. Voor God ben ik een goddeloze en word ik nooit meer dan een goddeloze in mezelf. Alleen door Christus is er hoop, want door Hem worden goddelozen gerechtvaardigd. Dat is iets wat de Heere aan de zijnen eenmaal voor het eerst laat zien, maar daarna steeds weer, en ook steeds dieper.
Sterk benadrukte Kohlbrugge het “nochtans” van het geloof. Dat betekent: geen goed in mezelf. Alles klaagt mij aan. En toch, “nochtans” ben ik in het geloof in Christus een gerechtvaardigde. Al ervaar ik het niet zo, toch is het waar!
En wat er aan heiligmaking mag zijn, is er dankzij Christus. Wanneer Hij door het geloof in mij woont, is dat merkbaar in mijn dagelijks leven. Zo leren we roemen in Christus alleen. Kohlbrugge heeft dat ook heel zijn leven gedaan. En hij doet het nog via zijn prediking.
Typerend is wat hij op zijn graf liet zingen:
Christus, Der ist mein Leben
Und sterben, mein Gewinn.
Ihn hab’ ich mich ergeben
Mit Fried fahr ich darhin.
Tenslotte: Probeer zelf eens iets van Kohlbrugge te lezen. Bedenk dan wel dat hij leefde in de 19e eeuw, maar ondanks dat kunnen zijn woorden ook vandaag verrassend actueel zijn.
En met al de heiligen (waar Kohlbrugge er één van was) verstaan we zo iets van de lente, breedte, hoogte en diepte van de liefde van Christus. Jij ook?
Ds. W.G. Hulsman
Dit artikel is beantwoord door
Ds. W.G. Hulsman
- Geboortedatum:08-11-1956
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Barneveld
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus