Niet het verlangen voelen om te bidden en te lezen
Ds. J. Prins | Geen reacties | 06-06-2008| 00:00
Vraag
Hoe komt het toch dat ik elke dag en elke keer weer innerlijk niet het verlangen voel om te bidden en te lezen? Elke keer weer opnieuw en elke dag voel ik dat ik uit mijzelf daar vandaan vlucht. Is dat dan het voelen van de oude mens; is dit dan een voorbeeld daarvan? Heeft dan ook Gods kind die gevoelens? Is dit dan de dagelijkse bekering die nodig is? Elke dag opnieuw voelen dat je uit jezelf niet wilt en ook niet kunt! Is dit dan de geestelijke strijd die ik gevoel, het strijden hiertegen? Het toch in gebed gaan en het toch gaan lezen en dan zo rijk weer gevoed worden. Maar uit mijzelf nooit de begeerte. Ik kan mijzelf niet verklaren. Wat is dit?
Antwoord
Beste vragensteller,
Het is voor mij geen onbekende vraag die je stelt. Ik heb er helaas zelf ook last van. Eigenlijk, geef je zelf al een aantal juiste antwoorden op je vraag. Laten we jou gedachten even op een rij zetten, over het bidden zonder behoefte: “De onwil van de oude mens. Heeft Gods kind ook die gevoelens?” Zeker! Juist iemand die oprecht gelovig is, herkent die gevoelens. Een ongelovig iemand worstelt daar niet mee. Paulus zegt als gelovig mens: “En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen, gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen!” Rom. 8. Onze oude mens is niet in staat om te bidden! We zijn zo gericht op onszelf, onze eer, onze natuurlijke behoeften, e.d. En niet gericht op Gods eer en de naaste.
Je schrijft ook: “Elke dag opnieuw voelen dat je uit jezelf niet wilt en ook niet kunt! Is dit dan de geestelijke strijd die ik gevoel, het strijden hiertegen?” Waar de Heilige Geest in ons werkt door het Woord, loop je inderdaad iedere dag, elk moment tegen jezelf op. We hebben daarom de dagelijkse bekering nodig en de geestelijke strijd te voeren. Alleen hoe? Door het in Christus te zijn! En dat door het geloof, door Gods genade, door de Geest. Want Christus is de grote biddende en dankende Hogepriester. Alleen door Hem kan een zondaar naderen tot de Vader. (Want als we in Christus zijn, door het geloof, zijn we bevrijd van Gods toorn over ons.) Christus maakte immers door Zijn bloed een verse en levende weg tot de Vader, tot de genadetroon. De weg die wij door onze zonde hebben afgesloten, geblokkeerd! Door het bloed van Christus kunnen we verzoend worden met God en ontvangen we vrede met Hem. Prachtig staat dat in de Hebreënbrief: “Dewijl wij dan, broeders, vrijmoedigheid hebben, om in te gaan in het heiligdom door het bloed van Jezus, Op een verse en levende weg, welken Hij ons ingewijd heeft door het voorhangsel, dat is, door Zijn vlees; En dewijl wij hebben een grote Priester over het huis van God. Zo laat ons toegaan met een waarachtig hart, in volle verzekerdheid van het geloof, onze harten gereinigd zijnde van het kwaad geweten, en het lichaam gewassen zijnde met rein water”. Hebr. 10:19- 22
En: “Dewijl wij dan een grote Hogepriester hebben, Die door de hemelen doorgegaan is, namelijk Jezus, den Zoon van God, zo laat ons deze belijdenis vasthouden. Want wij hebben geen hogepriester, die niet kan medelijden hebben met onze zwakheden, maar Die in alle dingen, gelijk als wij, is verzocht geweest, doch zonder zonde. Laat ons dan met vrijmoedigheid toegaan tot de troon van de genade, opdat wij barmhartigheid mogen verkrijgen, en genade vinden, om geholpen te worden ter bekwamer tijd”. Hebr. 4:14-16.
Lees beide gedeelten maar eens in hun verband en neem er dan de kanttekeningen van de Statenvertaling bij. Zo pleit, dankt en bidt Christus Jezus boven voor de gelovigen in de hemel bij de Vader en de Heilige Geest doet dat beneden op de aarde in de harten van hen. Wat Christus op grond van Zijn voorbede en offer van de Vader ontvangt voor hen, dat geeft de Geest hen door het geloof. Dat doet de gelovigen, bidden, danken, vertrouwen, smeken, klagen, geloven, hopen en liefhebben.
Door onze armoede te laten zien, wil de Heere ons brengen aan de voeten van Christus. Opdat we leven uit Hem en ook bidden door Hem.Daarom zeggen we toch aan het eind van ons gebed: om Jezus wil of in Jezus Naam of op grond van Jezus’ offer...!
Kijk, als zo Christus door de Geest in ons werkt, komt er ook verlangen om te bidden en in de Bijbel te lezen. Belangrijk daarbij is een geordende stille tijd, waar we uitgerust aan beginnen. Groot is het dan, als we gaan ontdekken dat God de Vader, op grond van het offer van Christus en door de Heilige Geest ons wil leren bidden en onze gebeden verhoort... want dan gaan we Hem er voor danken én ons hoe langer hoe meer met vertrouwen aan Christus overgeven! En dat is tot Gods eer en tot onze zaligheid. Daar gaat het om.
Ik hoop je vraag zo een beetje beantwoord te hebben en wens je een rijk gezegend gebedsleven.
Met vriendelijke groet,
Ds. J. Prins, Ederveen
Dit artikel is beantwoord door
Ds. J. Prins
- Geboortedatum:04-10-1956
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Ederveen
- Status:Inactief