Voorkeur voor adoptie en pleegkinderen
Ds. M.F. van Binnendijk | Geen reacties | 11-12-2007| 00:00
Vraag
Is het raar als een meisje zelf geen kinderen wil maar andere kinderen wil helpen, d.m.v. adoptie/pleegkinderen? En zo hen weer een toekomst geven? Het is geen vorm van egoïsme, van dan hoef ik geen zwangerschap en bevalling, maar heb toch kinderen. Maar vanuit een sociaal oogpunt. Waarom moet je zelf kinderen krijgen als je zoveel andere kinderen kunt helpen en hun weer een toekomst kunt geven? Maar dit kan natuurlijk niet als je niet getrouwd bent, maar dit moet je man dan ook wel willen (dat is dan een probleem, als hij het niet wil). Hoe zou een man kunnen reageren op zo'n mening? Hoe kijken andere mensen hier tegenaan? Zouden ze het raar vinden, als je zelf wel kinderen kunt krijgen en dan dit doet? En is adoptie/pleegkinderen alleen maar voor mensen die geen kinderen kunnen krijgen? Daar begint het wel op te lijken, want als je geen kind kunt krijgen, dan 'neem' je toch gewoon een adoptiekind/pleegkind? Ik heb dit nog nooit aan iemand verteld, uit angst voor de reacties, maar de plannen in m'n hoofd nemen steeds vastere vormen aan. Ik denk dat deze mening ontstaan is, doordat ik niet zo'n geweldig thuis heb en graag in een pleeggezin wil.
Antwoord
Je vraag is niet zo eenvoudig te beantwoorden als het in eerste instantie lijkt. Je intentie is liefdevol en gunnend, maar de laatste regel van je vraag verraadt veel van je onderliggende gevoelens en motivatie.
In een eerder antwoord over adoptie schreef ik, dat het in Nederland sowieso niet mogelijk is om als single ~man of vrouw~ te adopteren. Daartegenover zou je wel kunnen denken aan een taak en plek, waarbij je zorgzaam en liefdevol kunt omgaan met kinderen (de zorg, peuterspeelzaal e.d.). Daarmee is je vraag gedeeltelijk al beantwoord. Het tweede deel (waarover nu nog weinig te zeggen is) betreft wat je (aanstaande) man hiervan zou vinden.
Je geeft aan, bijzonder veel om kinderen te geven en ze te willen helpen. Echter, om een kind een liefdevol thuis te kunnen geven, maakt het niet uit of het een biologisch eigen kind of adoptief kind is. Daarbij verkijken veel mensen zich op adopteren. Adoptieouderschap vraagt namelijk heel wat méér dan biologisch ouderschap. Het is niet maar het vullen van een gat of een gemis. Daarbij komt nog eens het feit dat er maar heel weinig kinderen ter adoptie naar Nederland komen, terwijl de vraag van kinderloze echtparen naar een adoptiekind vele malen groter is geworden, en de wachttijd van voorheen zo'n drie maanden tegenwoordig verlengd is tot zo'n kleine anderhalf jaar. Daarbij kent Nederland gelukkig niet het verschijnsel, dat ik in 1995 aantrof in Jakarta, waar zelfs om middernacht nog kinderen van vier, vijf jaar oud op straat liepen om kranten of limonade te verkopen aan voorbijgangers. Dan zou het wellicht anders liggen.
Maar nu je laatste opmerking. Deze werpt een bijzonder licht over de gehele vraag. Ik heb sterk de indruk dat er veel meer meespeelt. Ik proef een diepe pijn en verwonding aan je eigen 'kind-zijn'. Pijn, die je als kind hebt opgelopen op de plaats waar dat zeker niet zou mogen gebeuren: thuis. Bij mensen van wie je dat zeker niet zou mogen verwachten: je ouders. Ik merk ook een onderliggende gevoelslaag van: "Wat mij is aangedaan wil ik mijn eigen kinderen niet aandoen." In het willen ontlopen van biologisch eigen kinderen bespeur ik dan ook een zekere angst voor (het missen van) ouderliefde, wanneer je zelf (eigen) kinderen zou krijgen. Mijn vrouw (die even over mijn schouder meeleest) zegt op dit punt heel eerlijk: "Eerst met jezelf aan de slag."
Ik ben het met haar eens. Hoe pijnlijk dit ook mag overkomen, toch zul je ~in het belang van welk kind dan ook~ eerst je eigen pijn, die je als kind hebt opgelopen, moeten proberen te verwerken. Tegelijk zul je iets moeten weten van je eigen visie op het ouderschap zelf, voordat je zelf aan kinderen toe bent. Het gevaar is namelijk niet denkbeeldig, dat je ~zonder dat je dat bewust wilt of doet~ jouw beschadiging overbrengt op je kind(eren).
Dat doet mij altijd denken aan die treffende woorden uit Exodus 20, waar staat dat de zonde ~en vooral de schade die voortkomt uit de zonde~ zich altijd uitwerkt, zelfs tot in de derde en vierde generatie... (Exodus 20 : 5). De vraag "Van wie zou hij dat toch hebben?" is dan in wezen geen vraag meer. "Wat gij niet wilt dat u geschiedt..." doe dat ook je kinderen niet aan.
Ds. M. F. van Binnendijk
Dit artikel is beantwoord door
Ds. M.F. van Binnendijk
- Geboortedatum:30-11-1963
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Stadskanaal
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Lees ook: het weblog 'Dominee in de bajes'