De bijbelse beloften in het doopformulier
Ds. B. J. van de Kamp | Geen reacties | 06-11-2004| 00:00
Vraag
Hoe vloeien de beloften waarover in het doopformulier gesproken wordt voort uit de Bijbel? M.a.w. zijn deze beloften bijbels verantwoord?
Antwoord
Wat wij in het doopformulier heel nadrukkelijk moeten onderstrepen, is het zinsdeel: “in God” en “in Christus.” Dat is gehaald uit bijvoorbeeld Johannes 15:3: Door het spreken van Christus is het heil waarachtig tot de discipelen gekomen. Zoals God sprak en het was er, in de schepping, zo is het spreken van Christus in de herschepping. Verder komt het ook met name de brieven van Paulus, denk bijvoorbeeld aan Efeze 2 vs. 4 en volgende. Het is God, Die tot ons komt in de beloften, ja en amen in Christus. Het doopformulier begint bij God, omdat de Drieënige God zegt dat Hij begint, verkiest, de wereld liefheeft, om niet. Agapè.
Het verbond van God, de verkiezing van God is het beginsel. Het fundament. Dat moet groeien; daarop moet je bouwen. Het leven uit het verbond is het leven van de wedergeboorte, is de gehoorzaamheid aan het bevel tot geloof en bekering. Het is dus het beginsel. De bron. Daaruit komt de kennis van zonde, genade en het leven van de dankbaarheid voort.
Omdat het de bron en het beginsel is, is het ook onbijbels om te zeggen: het moet je gegeven worden. Het is je gegeven. Verwacht dan ook de uitwerking ervan door het gebruik van de genademiddelen: trouw in de eredienst, gebed, schriftlezing, enz. God heeft je nooit beloofd dat je gezond 100 jaar zult worden, maar wel dat je op grond van Zijn beloofde genade en liefde mag en zult zalig worden, als je dat in vertrouwen op Hem van Hem verwacht. In Christus. Wie niet met Christus begint, Het Beginsel, De Bron, De Weg, De Waarheid, Het Leven, De Wijsheid, De Rechtvaardigheid, De Heiligmaking, De Heerlijkmaking enz., komt ook nooit tot Christus. Dat is met Christus gestorven zijn en ook met Hem opgewekt en met Hem leven.
Ook de gedachte van de veronderstelde wedergeboorte is onbijbels. Daar schuilt de gedachte achter: het zit met mij wel goed. Nee, nee het zit met mij niet goed. Het zit alleen met de Heere Jezus Christus goed. Hij heeft het volbracht. Ik heb zijn werk in mij nodig. Dat is mijn dagelijkse groei = afsterven van de oude, zondig, van God afdenkende mens en de opstanding van de nieuwe mens, die dagelijks in Christus is als een rank in de Wijnstok. Ik heb nodig dat Zijn Leven doorvloeit in mijn leven, door Zijn Woord en Geest.
Kan dat allemaal. Mag ik dat verlangen? Mag ik geloven dat God mij dat allemaal echt wil geven? Ja, dat heeft Hij beloofd en daar wil Hij om gebeden zijn. Daartoe moeten wij Hem ook voor waarachtig houden. Vertrouwen. Geloven. Niet voor niets zegt de Heere Jezus: U geschiede naar dat gij geloofd hebt. Al is het maar als een mosterdzaad. Het mag dus veel groter. Nooit kan het geloof te veel verwachten. Daarom spreekt het formulier ook zo heerlijk van grote betekenis en kracht van de beloften.
Naar ik hoop ben ik zo verhelderend op je vraag ingegaan.
Hartelijke groet, ds. B. J. van de Kamp
Dit artikel is beantwoord door
Ds. B. J. van de Kamp
- Geboortedatum:21-11-1950
- Kerkelijke gezindte:PKN (Hervormd)
- Woon/standplaats:Hierden
- Status:Actief
Bijzonderheden:
Emeritus