Leugenachtige mythes over blowen
Habakuk.nu | Geen reacties | 22-05-2010| 12:00
Jarenlang verdiende Steven Wiegman zijn geld met prostitutie, drugshandel en oplichting. In de laatste editie van De Oogst staat zijn verhaal te lezen. In youth hostel De Shelter hoorde Steven op een dag het Evangelie en kwam hij tot geloof. Opvallend aan zijn verhaal is dat Steven, ook na zijn bekering, nog jarenlang worstelde met zijn wietverslaving. Van alles uit zijn oude leven vond hij cannabis het moeilijkst om los te laten. Het boek ‘Stoppen met blowen’ van filosoof Yoram Stein bevestigt dat wiet veel meer is dan een onschuldige softdrug. Volgens Yoram Stein, die zelf vijftien jaar verslaafd was aan wiet, bestaan er rond cannabis hardnekkige mythes. Dat is vanwege de progressief-liberale ideologie die in Nederland nog altijd dominant is: blowen verruimt de geest en kan verder weinig kwaad: vrijheid, blijheid.
Maar deze mythe is volgens Stein gebaseerd op leugens. In dagblad De Pers zei hij: ‘Cannabis draagt bij aan de ontwikkeling van schizofrenie, leidt tot passiviteit, is weldegelijk een opstapje naar harddrugs en gebruikers dempen er op een ongezonde manier hun emoties mee.’
Het ergst vindt Stein de drugsprofessoren, de wetenschappers verbonden aan onderzoeksinstituut Trimbos of de Universiteit van Amsterdam die zelf vaak verstandig met drugs weten om te gaan en de schadelijke effecten en het verslavende karakter van cannabis bagatelliseren. ‘Wij betalen belasting, zodat zij ons de risico’s van drugsgebruik kunnen rapporteren. Dat hebben ze jarenlang geweigerd. In 2006 vergeleek Raymond Niesink van het Trimbos cannabis op de radio nog met chocolade. Hij zou juist moeten waarschuwen. (…). Het lijkt er soms op dat in Nederland alles moet kunnen, behalve moraliseren. Nou, ik ben een ontzettende moralist.’
Knetterstoned
Een collega van Stein reageerde op het boek: ‘Iedereen moet in zijn jonge jaren toch een keer knetterstoned zijn geworden?’ Volgens Stein is dat precies het probleem. ‘Je moet één keer stoned worden. Dat moet helemaal niet.’
Stein maakt een belangrijk punt. Want vrijheid moet net als liefde begrensd worden. Ongebreidelde, losgeslagen vrijheid grenst aan zinloosheid. Is dat niet het grote probleem van veel vrijheid-blijheidpredikers? Ze missen een idee dat het waard is om voor te leven en te sterven. Ongebreidelde vrijheid (‘doe alles wat je leuk en lekker vindt!’) drijft je uiteindelijk tot verslaving en wanhoop.
Gertjan de Jong