ZOA en Woord en Daad starten noodhulpactie voor Haïti
ZOA-Vluchtelingenzorg | 2 reacties | 13-01-2010| 20:21
GORINCHEM – Woord en Daad en ZOA-Vluchtelingenzorg zijn vandaag een noodhulpactie gestart voor het door een aardbeving getroffen Haïti. De organisaties starten een fondsenwervingsactie en beraden zich momenteel op mogelijkheden om een team naar Haïti te sturen. Haïti werd gisteren in de namiddag (lokale tijd) getroffen door een zware aardbeving van 7,0 op de schaal van Richter. De exacte schade is nog onbekend, maar het is duidelijk dat grote delen van de hoofdstad Port-au-Prince verwoest zijn en dat vele doden te betreuren zijn.
Woord en Daad en ZOA zullen samen met vijf Haïtiaanse partnerorganisaties van Woord en Daad direct noodhulp bieden. De hoofdkantoren van de partnerorganisaties bevinden zich allen in Port-au-Prince, verschillende projecten (scholen, klinieken) eveneens. Deze organisaties hebben bij eerdere rampen (overstromingen, aardverschuivingen) ervaring opgedaan in het bieden van noodhulp en hebben daarvoor de capaciteit in huis. Door de slecht of niet werkende telefoonverbindingen is nog onduidelijk in hoeverre medewerkers, mensen uit de doelgroepen en gebouwen en kantoren van de partnerorganisaties getroffen zijn. Woord en Daad doet haar uiterste best haar partners zo snel mogelijk te bereiken om de lokale situatie goed in kaart te brengen.
Woord en Daad en ZOA beraden zich momenteel op de mogelijkheid om op korte termijn een team naar Haïti te sturen die de hulp aan de getroffen bevolking ter plaatse zo nodig kan ondersteunen met technische expertise. Daarnaast hebben de organisaties samen inmiddels €250.000 beschikbaar gesteld en hier een gezamenlijke fondsenwervingsactie voor in gang gezet. Dit gebeurt in goede afstemming met Dorcas, Red een Kind en Tear.
Bericht uit het rampgebied
Ds. Sainvilus Point du Jour, directeur van AMG, een partnerorganisatie van Woord en Daad in Haïti stuurde kort na de aardbeving het volgende bericht
„Regeringsgebouwen zijn ingestort, huizen, wegen en bruggen zijn vernield. Er zijn zo veel mensen gedood. We weten nog niet hoeveel, maar de aantallen zijn extreem hoog. Autoverkeer is er ook niet, want de wegen zijn kapot. Port-au-Prince, de hoofdstad van Haïti, is bedekt met een dikke laag stof. Er is geen elektriciteit, mensen huilen om hulp. Het bloed vermengt zich met het stof. Zowel volwassenen als kinderen liggen onder het puin. Wat jullie nu voor ons kunnen doen is bidden, bidden, bidden.”